Mariella

mariella ok

Mijn naam is Mariella, ik ben 25 jaar en kom uit Oostenrijk. Vanaf mijn geboorte was mijn biologische moeder om verschillende redenen en haar gezondheid niet in staat om voor mij te zorgen. Daarom werd ik opgevangen in de pleegzorg alwaar een nieuw gezin reeds op me wachtte, en me verwelkomde. 

 

Ik ben opgevoed met christelijke waarden: we gingen op zondag naar de kerk en werkten veel op de boerderij. Ik ben de jongste van vijf kinderen, van wie er nog één een pleegkind was. In mijn eerste levensjaren had ik meerdere gezondheidsproblemen, mede doordat ik drie maanden te vroeg geboren was en ik al in de steek gelaten werd. 

 

Als groot gezin waren er altijd veel moeilijkheden: het alcoholprobleem van mijn vader, de ruzies, vooral tussen mij en mijn pleegbroer, het werk dat veel inspanning vergde. Mijn moeder maakte zich zorgen om mij en wilde mij helpen, ze zocht steeds meer kracht en steun in het geloof om zo het gezin bij elkaar te kunnen houden. We gingen vaak op bedevaart, we baden elke dag en toen ik klein was voelde ik me daar goed bij. 

 

Toen ik opgroeide, werd het gevoel geen plek te hebben, me altijd "fout" te voelen, ongewenst, alsmaar groter, ook al kreeg ik veel liefde van mijn familie, maar deze kwetsuren waren sterker. Als deze gevoelens me kwelden, reageerde ik altijd met enorm veel woede op mijn ouders, ik gaf ze de schuld van alles en wees ze af, en geleidelijk aan isoleerde ik mezelf meer en meer van mijn omgeving. 

 

Het leek me dat kinderen van mijn leeftijd meer geliefd en beter waren dan ik, dat hun families beter waren, ook omdat ik me op school nooit hard genoeg inzette, en dit alles maakte dat ik me altijd minderwaardig voelde tegenover iedereen. 

 

Het was moeilijk voor mij om me onderdeel van de groep te voelen; vaak werd ik voor de gek gehouden vanwege het geloof van mijn familie en ik schaamde me. Ik kwam in opstand, ik vertelde leugens, ik stal uit het huis en het ging steeds slechter met me op school. 

 

Toen ik in de stad naar een kostschool ging, dacht ik dat ik de vrijheid had gevonden die ik wilde. Na een tijdje ontdekte ik met mijn nieuwe "vrienden" de wereld van drugs: aanvankelijk brachten we onze tijd door met het roken van "joints" en alles leek perfect. Ik dacht dat ik eindelijk mijn plek had gevonden, gewild en bemind was, en er eindelijk in zou kunnen slagen om mijn kwetsuren kon overwinnen. 

 

Met mijn familie werd ik alsmaar afstandelijker, ze begrepen dat ik niet goed in mijn vel zat maar ze hadden niet langer de kracht om zware ruzies het hoofd te bieden. Ik wisselde vaak van vrienden en na verloop van tijd begon ik hardere drugs te gebruiken en de problemen namen toe. Ik kon nergens meer nee tegen zeggen en verloor de controle over mijn leven. Bij dit alles verloor mijn moeder nooit de hoop en bleef ze voor me bidden met het voorstel om naar de Gemeenschap Cenacolo te gaan, die we jaren daarvoor in Medjugorje hadden ontmoet, maar ik wees dit idee af. 

 

Maar toen ik op het donkerste punt van mijn leven aankwam, te midden van illusies en leugens, riep ik tot de Heer: "Als U hier bent, red me!". Een paar dagen later belde ik mijn moeder om te zeggen dat ze me moest ophalen en naar Medjugorje moest brengen. Ik realiseerde me dat alles achterlaten niet mijn sterkte was. Daar aangekomen heb ik enkele intakegesprekken gedaan: ik werd getroffen door de vrijheid en de waarheid die ik bij meisjes zag, maar tegelijkertijd was ik zo bang. 

 

Toen ik binnenkwam in de Gemeenschap, realiseerde ik me dat ik in het leven veel maskers had opgezet zodat ik niet zwak zou overkomen bij de anderen, en dat ik niet had geleerd mezelf te omarmen zoals ik ben. Ik wist niet hoe ik mijn geschiedenis en mijn familie moest omarmen en ik kon niet lijden zonder slachtoffer te worden. 

 

De Gemeenschap en de meisjes hebben me geholpen om niet meer voor de waarheid van mezelf weg te lopen. Ik vond eindelijk een ritme in de dag, ik ervoer voor het eerst in mijn leven dat ik een baan kon beginnen en afmaken. Ook vandaag nog ontdek ik veel gaven waarvan ik niet wist dat ik ze had. 

Het gebed, dat tot dan toe een saai en repetitief iets was, is een steun geworden die me de kracht geeft om door te gaan. Onderling delen bevrijdt me van mijn maskers en leugens, en ook van de angst om beoordeeld te worden en te zeggen wat ik echt denk. 

 

Vandaag voel ik me gelukkig: ik voel dat Gods liefde me wilde en me nooit alleen heeft gelaten; Hij was daar en wachtte tot ik mijn "ja" zou zeggen. Mijn kleine hulpreet, “help me”, was voldoende en Hij deed de rest. 

 

Ik heb het gevoel dat ik terug wil geven wat God mij vandaag in het leven heeft gegeven. Moeder Elvira leerde ons dat de gemeenschapsweg ons niet alleen van verslavingen wil bevrijden, maar ons het echte leven terug wil geven. De Gemeenschap voor mij is: elke dag ten volle leven en veel genezingen in mij en in mijn zusjes naast mij. 

 

Vandaag voel ik vrede in mijn geschiedenis, in mijn familie, in mijn verleden. Soms, als de wonden nog bloeden, leer ik ze voor Jezus te brengen in het Heilig Sacrament en ze te delen en wil ik dus niet meer weglopen, maar in ware volheid leven. Ik leer om uit mijn egoïsme te komen en niet meer alleen naar mezelf te kijken, huilend om mezelf, zoals ik eerder deed. 

 

Een van de grootste geschenken die ik mocht ontvangen, is de verzoening met mijn ouders: de liefde die ik vandaag voor hen en ook voor mijn biologische moeder voel, is het resultaat van de helende “weg” die ik heb gemaakt. 

 

Dank u Heer, want ik kan deel uitmaken van deze grote familie die me verwelkomde door zoveel vertrouwen in mij te stellen, het vertrouwen dat ik had verloren. Dankjewel Moeder Elvira, want voor uw voorbeeld en door haar “hier ben ik”, leer ik elke dag mijn "ja" tegen God te zeggen en ervaar ik dat ik een geliefde dochter ben! Dankjewel, Mariella