elvira scintille

” Vanaf het begin hebben
de jongens,
jullie kinderen,
mij geleerd hoe belangrijk het is
om ook hun families te verwelkomen.
En ze bij de weg van wedergeboorte
van hun kinderen te betrekken.
Ik heb hen véél gevraagd
en dat doe ik nu nog altijd:
de bekering!"

Moeder Elvira

 

Merksem 15 februari 2020

Paus Franciscus
ZALIGSPREKINGEN 2. - ZALIG DE ARMEN VAN GEEST
Catechese reeks over 'De Zaligsprekingen' - Aula Paulus VI

12 febbraioGeliefde broeders en zusters, goedendag!

Vandaag confronteren we ons met de eerste van de acht Zaligsprekingen in het Evangelie van Matteüs. Jezus begint de verkondiging van zijn weg naar het geluk met een paradoxale boodschap: “Zalig de armen van geest, want aan hen behoort het Rijk der hemelen” (Mt. 5, 5). Een verrassende aanpak. Een merkwaardige betrachting van de zaligheid: armoede.

We moeten ons de vraag stellen: wat bedoelt men hier met “armen”? Als Matteüs alleen dit woord zou gebruiken dan zou de betekenis louter economisch zijn. Met andere woorden het zou verwijzen naar mensen die weinig of niets hebben om in hun onderhoud te voorzien en die dus de hulp van anderen nodig hebben.

Het Evangelie van Matteüs, spreekt, in tegenstelling tot Lucas, over “armen van geest”. Wat betekent dit? De geest is, volgens de Bijbel, de levensadem die God aan Adam geschonken heeft. Het is het meest intieme van onze persoon, laten we zeggen ons geestelijk wezen, het meest innerlijke, dat wat ons tot menselijk persoon maakt, de diepste kern van ons zijn. Met andere woorden, “armen van geest” zijn zij die arm zijn en die zich arm voelen, bedelaars in het diepst van hun zijn. Jezus noemt hen zalig omdat aan hen het Rijk der hemelen behoort.

Hoe vaak is ons niet het tegengestelde gezegd! Men moet in het leven iets zijn, iemand zijn… Je moet naam maken… Dat is de bron van eenzaamheid en ongelukkig zijn. Als ik “iemand” moet zijn dan ben ik in concurrentie met anderen en ben vol van de dwingende zorg over mijn ego. Als ik niet aanvaard arm te zijn, weet ik geen plaats te geven aan alles wat mij aan mijn broosheid herinnert. Die broosheid verhindert dat ik een belangrijk iemand word, rijk, niet alleen met centen, maar door eer en al het andere.

Iedereen die naar zichzelf kijkt, beseft dat men, hoezeer men zich ook inspant, fundamenteel onaf en kwetsbaar blijft. Er bestaat geen truc die deze kwetsbaarheid verhult. Ieder van ons is kwetsbaar, vanbinnen. Men moet nagaan waar. Hoe moeizaam is het leven als men de eigen grenzen miskent! Men leeft moeizaam. De grens kan men niet wegnemen. Ze is er. Hoogmoedige mensen vragen geen hulp, kunnen geen hulp vragen. Het komt niet bij hen op hulp te vragen want ze moeten zich zelfredzaam tonen. En toch zijn er velen van hen die hulp nodig hebben. Maar de hoogmoed verhindert het hen. Het is zo moeilijk een vergissing toe te geven en vergiffenis te vragen! Wanneer ik pasgehuwde paren een raad geef over hoe zij hun huwelijk best kunnen beleven, dan zeg ik hen: “Er bestaan drie toverwoorden: mag ik, dankjewel, verontschuldig”. Dat zijn woorden van de armoede van geest. Men moet zich niet opdringen, maar wel toelating vragen: “Lijkt het je goed dit zo aan te pakken?” op die wijze is er dialoog in het gezin, bruid en bruidegom dialogeren. “Jij hebt dit voor mij gedaan, dank je want ik had het nodig”. Altijd gebeuren vergissingen, uitschuivers: “Verontschuldig mij”. Gewoonlijk zeggen mij de echtparen, de nieuwe, zij die hier zijn en vele andere: “Het derde is het moeilijkst”, verontschuldiging vragen, vergiffenis vragen. Waarom doet een hoogmoedige dit niet? Die kan geen verontschuldiging vragen, want men heeft altijd gelijk.

Men is niet arm van geest. De Heer daarentegen houdt nooit op vergiffenis te schenken. Het zijn, spijtig genoeg, wij die er mee ophouden.

Moe worden van vergiffenis te vragen is een erge ziekte!

Waarom is vergiffenis vragen moeilijk? Omdat het ons valse zelfbeeld aantast. Leven met de bedoeling het eigen tekort te verdoezelen, is toch ook vermoeiend en beangstigend. Jezus Christus zegt ons: arm zijn is een bron van genade; Hij toont ons zo de weg uit die vermoeidheid. We mogen armen van geest zijn, want dat is de weg van het Rijk van God.

Maar we moeten een fundamentele zaak duidelijk stellen: we moeten ons niet veranderen om armen van geest te worden, we moeten geen enkele verandering doorvoeren want we zijn het reeds! We zijn armen… of om het nog duidelijker te zeggen: we zijn “stumperds” van geest! Het ontbreekt ons aan alles. We zijn allen armen van geest, we zijn bedelaars. Dat is de menselijke situatie.

Het Rijk van God behoort aan de armen van geest. Er zijn de rijken van deze wereld: ze hebben goederen en ze hebben het gemakkelijk. Maar dat zijn rijken die eindigen. De macht van mensen, van keizerrijken, gaat voorbij en verdwijnt. Vaak zien we het op televisie of in de kranten dat een machtige regeerder of een regering er gisteren nog was en vandaag verdwenen is, gevallen is. De rijkdommen van deze wereld verdwijnen, ook het geld. De voorvaderen leerden ons dat een zweetdoek geen zakken heeft. Dat is waar. Ik heb nooit in een rouwstoet een vrachtwagen gezien met de verhuisgoederen. Niemand neemt wat dan ook mee. Bezittingen blijven hier.
Het Rijk van God behoort aan de armen van geest. Er zijn de rijken van deze wereld: ze hebben goederen en ze hebben het gemakkelijk. En we weten hoe ze eindigen. Werkelijk regeren doet wie het echte goed meer dan zichzelf bemint. En dat is Gods macht.

Hoe heeft Christus zich machtig getoond? Door te doen wat de koningen op aarde niet doen: aan de mensen leven geven. Dat is de ware macht. De macht van de broederlijkheid, de macht van de naastenliefde, de macht van de liefde, de macht van de nederigheid. Dat heeft Christus gedaan.

Hierin bestaat de ware vrijheid: vrij is wie deze macht van de nederigheid heeft, de macht van de dienstbaarheid, van de broederlijkheid. In dienst van deze vrijheid staat de armoede die door de Zaligsprekingen wordt geprezen.

Er bestaat een armoede die we moeten aanvaarden, de armoede van ons zijn. Er is een armoede die we moeten nastreven, de concrete armoede, arm zijn aan de dingen van deze wereld om vrij te zijn en te kunnen beminnen. Voortdurend moeten we de vrijheid van hart zoeken die haar wortels heeft in de armoede van onszelf.



ONDERRICHT 3 - MAAK JIJ JE OOK KLEIN!

16Merksem 18 januari 2020

MAAK JIJ JE OOK KLEIN!

Wie is bang van een kind?

Onze God, de Almachtige, wordt met Kerstmis kind…

Hij maakt zich klein, arm en weerloos om onze angsten weg te nemen en ons te zeggen:
“ Streef toch niet naar menselijke roem of menselijke macht: maak jij je ook klein! Heb toch geen haast om groot te worden en machtig te zijn; en ook wanneer je groot zal zijn, blijf toch altijd kind in je hart, want zo zal je leren om je te verwonderen, om te glimlachen, om te vergeven, om te herbeginnen, om vertrouwen te hebben.”

Terug worden als kinderen, zoals Jezus ons zegt, is de hoofdtaak van het christelijk leven omdat onze God zich manifesteert aan de kleinen.

De christelijke rijpheid bestaat er precies in om als eenvoudige kinderen te zijn, die zich vol vertrouwen toevertrouwen in de armen van hun Vader.

De menselijke macht, het geweld, de ambities, de arrogantie, het willen opvallen, de superioriteit…..………het zijn allemaal leugenachtige houdingen, die verlegenheid, angst, eenzaamheid en hardheid maskeren.

Jezus zegt ons: “Wees als kinderen! Als jullie niet terug kind worden, zullen jullie niet in het Rijk Gods binnengaan….”.

In de grot van Betlehem moet je je hoofd bukken om binnen te kunnen, zo is het ook met de poort van het Paradijs: maak je klein en je zal gelukkig zijn! Je zal binnengaan in het Rijk Gods!”


Vragen tot reflectie:

- Kan ik met een concreet voorbeeld getuigen van de vreugde die vrijkomt als ik me klein maak?

- Kan ik met een concreet voorbeeld getuigen dat ik mezelf maskeer met een leugenachtige houding en vertellen welk een slecht gevoel dit teweeg brengt?

ONDERRICHT 2 - GETUIGEN VAN DE BARMHARTIGHEID

Merksem 16 november 2019

Getuigen van de barmhartigheid

5Onze gemeenschap nodigt uit om een Christelijk leven te leiden.

Het is de Christelijke methode; het feitelijke beleven van het Christelijke leven, het leven van Christus’ leven; doordringen in de gevoelens van Christus en Zijn gevoelens in ons doen leven, ze overbrengen d.m.v.  concrete gebaren,  concrete, maar ook volledige gebaren, zodat ze begrijpbaar worden voor ‘de arme’. De arme voedt je op in de liefde; hij verplicht je om je te toetsen in je gebed.

Daarom zei ik dat, ook al ben ik al 30 jaar in een congregatie geweest,  ik nu begrepen heb wat het geloof en de kwaliteit van het geloof is en dat geloof vooral ‘zien’ is - de werken van God zien, het passeren van God in jouw leven, in mijn leven - beschouwen.

Alleen toen ik de barmhartigheid van God ervaren heb, en dus gezien heb waar God in mijn verhaal gepasseerd is, in mijn armoede, in mijn zonde, in mijn angst, in mijn triestheid , …heb ik de pracht van de vrijheid ervaren, van de vergeving.

En wat mij toen goed gedaan heeft,  heb ik later ook aan jullie voorgesteld.

Hoe meer ik vooruit ga, hoe meer ik begrijp dat ik niks begrijp!

Maar waarom zou ik het moeten begrijpen? En als ik het begrijp wat gebeurt er dan?

Ik luister daarentegen, handel, leer.

Ik begrijp de dingen niet, maar ik ben zeker dat ik ze doe, omdat ik ervan hou te leren, ik hou ervan mij te laten onderrichten.

En dat is het mooiste ter wereld: niet te streng zijn voor onszelf, één dag per keer, niet aan morgen denken, vandaag is belangrijk voor jou, vandaag moet rijk zijn aan de volheid die je nodig hebt. Niet blijven hangen in de vraag “Waarom beleef ik dit of dat moeilijk moment?” Immers, omdat het binnen in mij is! Het zijn de moeilijkheden van het dagelijks leven, … maar moeilijkheden die zich in vreugde transformeren,  omdat het een ervaring is,  een ervaring van maturiteit, een ervaring die handeling wordt, gave, hulp, liefdadigheid, solidariteit, niet slechts een woord!

Omdat ik zelf de moeilijkheid beleef om elke dag te glimlachen, om te dialogeren, om te luisteren, om te werken; ik vraag de jongeren niet om perfect te zijn.  (ik begrijp dat de jongeren ermee worstelen, dat het niet vanzelf gaat)

Wij hebben Jezus als model, en ons opnieuw bekleden met Hem wil zeggen, doordringen in de gevoelens van Jezus, het wil zeggen Jezus ‘herhalen’.

Getuigen zijn van vrede, geduld. Wij hebben Hem als voorbeeld en daartoe nodigen we ook de jongeren uit.

Wanneer ik de gemeenschap wilde stichten, heb ik het jaren moeten vragen aan mijn oversten,  jàren en ze hadden gelijk. Ze zeiden “maar Elvira, wat wil je doen, je hebt geen enkele voorbereiding” en da’s waar, ook vandaag nog.

Vandaag kan ik alleen spreken vanuit ervaring; omdat ik mijn handen vuil gemaakt heb, ik heb ook mijn gezicht vuil gemaakt, ik heb mijn leven vuil gemaakt. Wanneer je de liefdadigheid in praktijk brengt, komt er altijd een gewetensonderzoek aan te pas.

En dan ondervind je, zoals het mij vaak overkomen is, dat liefhebben LEVEN betekent, een leven dat geen leeftijd meer kent….en ik voel me steeds…..nee, niet jonger, want ik kijk ook in de spiegel, wanneer ik me was en kam enz……….ach en soms zeggen de mensen tegen mij dat ze “in Saluzzo, zoveel jaar geleden, een zuster gekend hebben die was begonnen met drugsverslaafden en dan schaam ik me om te zeggen dat ik die zuster ben, omdat ik vandaag zo anders ben…………….wat denk je, als je met de verslaafden leeft, komen die rimpels er wel hé………..de rug kromt zich, maar het LEVEN kromt zich niet, het hart, de moed , het risico krommen zich niet …… in 1 woord: het GELOOF kromt zich niet!

Een geloof dat liefde is, een liefde die smaak geeft aan je leven!

Wij zijn een gemeenschap van “publieke zondaars” die aan de wereld de oneindige en grandioze barmhartigheid van God willen openbaren.

De ‘armen’ zijn onze meesters en onze ‘meesters in het leven’, laten zich dienen door ons.

Al de mensen die onze gemeenschap bezoeken, zien de barmhartigheid. Daarom spreek ik over een gemeenschap van publieke zondaars., ze wil echt een levende hoop zijn van een altijd aanwezige barmhartigheid, altijd actief, altijd nieuw  ……van God!
 

 

ONDERRICHT 1 - WIJ VERKONDIGEN HOOP


2MERKSEM, 19 oktober 2019

Wij verkondigen de hoop

Ik ben heel gelukkig om vandaag bij jullie te kunnen zijn!

Ik wilde iets voorbereiden voor jullie, maar ik ken jullie niet, ik weet niet wat jullie verwachtingen zijn, jullie verlangens, jullie passie. Dus heb ik me toevertrouwd aan de Heilige Geest, want Hij is uiteindelijk het vuur van de evangelisatie.

Ik heb me ook toevertrouwd aan Maria, die de uiterst tedere moeder is van ieder van ons en  van de kerk;  wij hebben die tederheid nodig, wij hebben die liefde nodig. Niets of niemand kan deze liefde vervangen om ons hart te vullen.

Ik ben een vrouw die de gevolgen ondervindt van de weelde  van deze tijd. Ik ondervind de catastrofes, de ontgoocheling, de angst, het verdriet, de woede en de gewelddadigheid van de jongeren van vandaag.

Puinhopen van miserie, ook al komen de jongeren over als ogenschijnlijk geslaagd op cultureel, technisch en materieel vlak. Het ontbreekt hen aan niks, maar ze missen iets méér.
Goed, ik leef dus met verslaafden.

Onze gemeenschap is een universeel onthaal, is een voorstel dat niet alleen de bevrijding van de drugsverslaving beoogt, maar dat ook aan het verlangen van de ziel wil beantwoorden.

In feite zijn onze jongeren aan het zeggen dat alles wat de families, zijzelf en de maatschappij gerealiseerd hebben, niet genoeg is om de ziel in vrede te laten zijn, niet genoeg is om een antwoord te geven aan het hart.

De jongeren van vandaag verkondigen eigenlijk een grote profetie: ze hebben alles  en toch ervaren ze de dood in hun hart, de dood van de hoop, van het vertrouwen, de dood van de liefde, de dood van de grootste verlangens van die ons dag en nacht om aandacht vragen.
Wat kan ik jullie zeggen? Ik praat volgens wat de Heilige Geest kent, namelijk jullie harten….

Ik vind het altijd een groot voorrecht om te verkondigen, te evangeliseren, om aan iedereen de liefde van God uit te schreeuwen want alles wat in onze gemeenschap gebeurt,  gebeurt omdat God het nooit beu wordt om van ons te houden en hij zal het ook nooit beu worden. Hij houdt niet alleen van ons wanneer we goed zijn, maar vooral wanneer we zondaars zijn.
Dat is mijn ervaring, dat is onze ervaring: wij hebben tot in onze buik de Liefde kunnen voelen, de Liefde van een Vader die geïnteresseerd en gepassioneerd is, die geknield zit voor zijn kinderen.

Wij hebben dit mirakel zien gebeuren in de harten van de jongeren.

En wij willen ons niet beperken tot de jongeren, maar we willen de medewerking van de ouders, van de familie. We beginnen geen dialoog met de jongeren als we de familie niet eerst ontmoet hebben. We willen de familie in actie samen met ons, we vragen geen financiële bijdrage,  zoals het hen soms liever zou zijn. Wij aanvaarden geen financiële bijdrage, want onze jongeren hebben geen behoefte aan geld, ze hebben geen behoefte aan materieel welzijn, onze jongeren vragen het leven en het leven heeft geen prijs, of beter: het leven heeft Jezus betaald en hij betaalt het nog alle dagen, het is de prijs van een ander leven.

En zo beseffen de ouders dat dat kruis van het gedrogeerde kind, van die 2 gedrogeerde kinderen, soms zelfs families met drie gedrogeerde kinderen….dat dat kruis dat hen een schande leek, een vernedering leek,  een marginalisering van hun gezin leek, dat door iedereen veroordeeld werd … dat dat kruis uiteindelijk nieuwe hoop brengt, verrijzenis en  leven in de familie brengt… dat dat kruis de wortel geneest; ik zeg immers gewoonlijk dat het kind slechts een tak van de familie-boom is, we moeten de wortel genezen!

Daarom verenigen de ouders zich in oudergroepen om een weg af te leggen in  geloof, in hoop, een weg in liefde. Zij dachten dat geld geven genoeg was, maar wij vroegen integendeel een radicale ommekeer, een bekering, een ommekeer van het hart, want dàt is de rijkdom waar iedereen nood aan heeft, zowel zij als wij.
En die weg leggen we samen af, zonder verwachtingen, we eerbiedigen ieders tempo daarin.

We willen ons specialiseren in de liefde. Jezus heeft gezegd dat Hij van ons houdt, Hij heeft ons ook de opdracht gegeven elkaar te beminnen… dàt is vreugde! Dàt is het werkelijke welzijn, het waarachtige vergroten  van het hart,  dat het hele universum kan omhelzen.

Overal kunnen we liefhebben, kunnen we vergeven, kunnen we omhelzen, kunnen we zorgen voor, kunnen we  de voeten wassen….zoals we zijn! Soms is een glimlach al genoeg om de andere te beroeren, of een omhelzing of een blijk van interesse al genoeg zodat  de andere te doen voelen dat hij ertoe doet.
De mens is in het centrum van  de wereld, de menselijke persoon, gemaakt naar het beeld en de gelijkenis van God, we kunnen God zien in de mens!!!!!!!!!!!!!
 

ENSEIGNEMENT 1 - Nous annonçons l'espérance

Nous annonçons l'espérance

Je suis très heureuse d'être ici avec vous ... Je voulais préparer quelque chose pour vous. Je ne vous connais pas, je ne sais pas quelles sont vos attentes, vos désirs, votre passion. Alors je me suis confiée au Saint-Esprit qui est la passion de l'évangélisation. Je me suis confiée au cœur de Marie qui est la tendre mère de chacun de nous, de l'église, et nous avons besoin de cette tendresse, de cet amour; qui comme rien ni personne peut remplir nos cœurs. Je suis une femme qui vit les conséquences de l'opulence de cette époque. Je subis les désastres, la déception, l’angoisse, la tristesse, la colère, la violence de la jeunesse d’aujourd’hui. Ce sont des tas de gravats, même si nous voyons des garçons apparemment réalisés du point de vue culturel, et du point de vue technique, matériel… rien ne leur manque, mais il leur manque le plus important. Eh bien, je vis avec des toxicomanes.

Notre accueil est universel et notre proposition ne concerne pas seulement la libération de la drogue, mais veut rejoindre le désir de l'âme. Après tout, nos jeunes nous disent que tout ce que les familles, ce qu’eux-mêmes et  que la société ont réalisé ne suffit pas à pacifier l’âme, à donner la réponse du cœur. C’est une grande prophétie que les jeunes nous disent aujourd’hui: ils ont tout et vivent la mort du cœur, la mort de l’espérance, la mort de la confiance, la mort de l’amour, la mort des plus grands désirs qui nous agitent jour et nuit.

Alors que dire? Je vous parle ainsi, selon ce que le Saint-Esprit connait: votre cœur. C’est toujours un grand privilège que d’annoncer, d’évangéliser, de hurler à tous l’amour de Dieu, car tout cela arrive parce que Dieu ne se lasse pas de nous aimer et qu’il ne s’en lassera jamais. Et il ne nous aime pas quand nous sommes bons, il nous aime surtout quand nous sommes pécheurs. C’est mon expérience, c’est notre expérience: avoir savouré jusqu’au tréfonds l’amour d’un père intéressé et passionné, qui s’agenouille devant ses enfants.
Nous avons vu ces miracles dans le cœur des jeunes. Et en même temps, nous ne nous limitons pas aux jeunes, mais nous souhaitons la collaboration des parents, de la famille. Nous ne dialoguons pas avec les enfants si nous ne rencontrons pas d’abord les parents, la famille que nous voulons active avec nous. Ceci non dans le but de demander les frais, nous n'acceptons pas les frais. Parce que nos jeunes n’ont pas besoin d’argent, ils n’ont pas besoin du bien-être matériel; nos jeunes demandent la vie et la vie n'a pas de prix; ou plutôt, la vie, Jesus l'a payée et Jésus la paye tous les jours, c'est le prix d'une autre vie.

Ensuite, les parents se rendent compte que de cette croix du fils toxicomane, des deux fils toxicomanes, parfois même des familles ont trois fils toxicomanes ... ils acceptent que de cette croix qui semblait une honte, qui semblait une humiliation, qui semblait l’émargination de cette famille que tout le monde jugeait. Eh bien, cette croix ramène l'espérance, la résurrection, la vie au sein de la famille. Il faut soigner la racine. Je dis habituellement que cet enfant n’est qu’une branche de l’arbre généalogique, il faut soigner la racine.

Ainsi, les parents se rencontrent pour faire un chemin de foi, un chemin d’espoir, un chemin d’amour. Ils pensaient que l'argent suffisait, nous demandons plutôt la conversion, la conversion du cœur qui est la grande richesse dont nous avons tous besoin, nous et eux.

Et nous faisons ce voyage ensemble, sans prétentions, en attendant le temps de chacun. Nous voulons nous spécialiser en amour. Jésus nous a dit de nous aimer, il nous a donné le commandement de nous aimer ... mais ceci est une joie, c'est le vrai bien-être, la véritable dilatation du cœur qui embrasse l'univers; partout où nous sommes, nous pouvons aimer, nous pouvons pardonner, nous pouvons embrasser, nous pouvons servir, laver les pieds à tout le monde ... avec ce que nous sommes! Parfois il suffit de faire un sourire et l'autre se sent propre, un câlin, un intérêt et l'autre se sent important. C’est l'homme au centre du monde, C’ est la personne humaine faite à l'image et à la ressemblance de Dieu; nous pouvons voir Dieu!

Mais je vous dis ces choses parce que je les ai vécues et elles ont donné vie à une qualité de vie en moi qui ne s’arrête plus, qui n’abandonne pas et qui ne craint pas les difficultés. Parce que l'amour c'est la vie, l'amour c'est la vie!

VRAGEN TER REFLECTIE

1. Elvira vertrouwt zich toe aan de inspiratie van de Geest om ons toe te spreken…

Hoeveel plaats laat ik aan de Geest in mijn leven?

Herken ik Zijn stem tussen de vele andere stemmen van de wereld of niet?

Is de Geest voor mij een werkelijkheid of een vaag begrip?

2. Elvira vertrouwt zich ook toe aan de tederheid van Maria “Als je wist hoeveel ik van je hou”, zegt Maria, ”zou je huilen van vreugde”!

Speelt Maria een rol in mijn leven of heeft ze geen betrekking op mijn leven?

Kan ik bij haar terecht voor troost, advies, moederlijke liefde, als voorspreekster bij Jezus of is ze voor mij een abstracte, theoretische  figuur?

3. Kan ik me vinden in Elvira’s kijk op deze tijd en haar beschrijving van spirituele armoede bij de jongeren ?

Zo ja, waarom. Zo nee, waarom.

4. Is de Liefde van de Vader zoals Elvira die beschrijft voor mij concreet te ervaren in mij leven of zijn dat vooral theoretische woorden?

Zo ja, kan ik getuigen van die liefde? Zo nee, verlang ik ernaar die liefde te ervaren en wat zou me daarbij kunnen helpen?

5. Voel ik een bereidheid in mij om actief de weg te gaan die Elvira voorstelt of niet? Zo ja, wat geeft mij dat? Zo nee, wat belemmert mij om dit te doen?

 

 

WERKJAAR SEPTEMBER 2018 - JUNI 2019

ONDERRICHT 7 - IN GODS PROJECTEN VERTROUWEN

Merksem, 15 juni 2019

In Gods projecten vertrouwen

De menselijke projecten (ook die van mij) hebben de neiging om uit te sluiten en zich op te sluiten,  om de vrede van de “kerkhoven”, van de eenzaamheid te bereiken. De projecten van God daarentegen dwingen ons tot het nemen van risico’s, zij breiden onze horizonten uit.

Wanneer wij een weg inslaan, hebben wij allemaal projecten. Wij hebben projecten in ons hoofd en dat is goed. Maar we moeten opletten om niet alleen overtuigd te zijn van wat wij zélf plannen, wat wij zélf willen. Soms is dit te weinig in vergelijking met wat God ons wil geven.

Als je alleen volgens je eigen plan leeft, dan ben je al mislukt. Jou plannetje is soms een kooitje. Het is dus belangrijk dat je je bewust wordt van wat je in dit perspectief beleeft: “Ik vertrouw op God en zal niet mijn hele leven in een kooitje opgesloten blijven”

Mocht je naar een bron van zuiver goud gaan en zoveel mogen nemen als je maar wilt… zou je dan met een klein glaasje gaan? Er zijn mensen die bij de bron van gigantische rijkdom blijven: van waar leven, van werkelijke vrede, van veilige toekomst… en er slechts uit putten met een klein glaasje! Er zijn daarentegen jongeren die deze uitbreiden naar het verstand, het hart, naar bekwaamheid tot zelfgave. Hoe meer iemand zijn onthaal-bekwaamheid uitbreidt, des te meer zal die persoon met Gods vreugde vervuld worden.

Wie God vertrouwt, groeit in levenskwaliteit, in bekwaamheid en levenservaring, in diepte en levensschoonheid, in zekerheid en levensgrootsheid. Als je Gods liefde gehoorzaamt, dan word je een kanaal van liefde voor de anderen.

Als je de bekwaamheid hebt om een instrument in Gods handen te zijn om aan andere kinderen van God hoop te geven, als je het vertrouwen hebt, de liefde, het geduld om Gods plan te verwelkomen… denk je dat Hij dan niet aan jou denkt? Hoe kunnen wij denken dat, wanneer iemand genereus is, altruïst, wanneer iemand van het leven houdt en offers brengt om aan anderen vreugde te geven… dat God hem zou vergeten? Nee! Onze God geeft het honderdvoud van een glas water terug uit liefde. Omdat het goede dat wij hier op aarde doen, voor altijd het goede is!

Zonder het kruis is het niet waar dat je liefhebt. Zonder aan jouw onmiddellijke plannen te verzaken is het niet waar dat je liefhebt. En morgen zal je de vrouw, die haar leven geeft aan jou, die aan alles verzaakt om bij jou te zijn, ook niet liefhebben. Je zult ook je kinderen niet liefhebben die een glimlach, een woord verwachten… Als je geen tijd hebt voor de anderen omdat je altijd je kleine “projectjes” moet verwezenlijken, dan zal je eenzaam worden, alleen achterblijven, omdat je meer van de dingen houdt dan van de mensen.

De vrijheid is heilig, en God is in ons. Maar wij moeten die (vrijheid?) kunnen beheren, omdat Hij ons de vrijheid heeft gegeven om “ja” of “nee” te zeggen tegen het leven, om ja of nee te zeggen tegen de waarheid. Wij zijn dus vrij, maar deze vrijheid moet ons de gaven, die God aan iedereen geschonken heeft, maximaal helpen ontwikkelen, gaven die velen onder ons nog niet ten volle kennen.

God zegt u: “met Mij kan je wonderen verrichten”. Wonderen! En ik aanschouw die: overal waar ik ga, aanschouw ik het wonder van het leven. Dit is mijn dagelijkse ervaring, omdat wat wij meemaken niet enkel mijn eigen klein project is gebleven, neen, wij hebben ons aan het project van God toevertrouwd en overgegeven ; Hij die zijn kinderen kost wat kost wil redden.

Hoe zou een beperkte vrouw zoals ik, zwak, arm van verstand, arm van menselijke bekwaamheden, hebben kunnen bedenken dat deze weg zich zo zou openen? Ondenkbaar! Maar ik heb het geduld gehad om wat de Heer mij elke dag wees, te volgen, en zo is deze weg beetje bij beetje opengegaan, als wijdverspreide armen die de wereld omarmen. Denk eens aan de omvang van ons onthaalhuis dat het Cenacolo geworden is! Ik wist het niet, maar de Heer had zoveel waardering voor mij… zoveel vertrouwen in me, dat Hij mij zoveel wonderbaarlijke dingen heeft laten aanschouwen.

Door ons te kiezen heeft God ons een groot vertrouwen geschonken. Hij heeft mij gekozen en geroepen wetend dat ik een kleine mier was, wat een vertrouwen! Hij vertrouwt ons omdat Hij in ons gelooft en Hij weet wat Hij in ons hart, in onze intelligentie en in ons leven heeft gezaaid. Hij weet wat Hij heeft gezaaid en zegt dus: “vroeg of laat zal het groeien…” Met groot vertrouwen geeft God de kostbare juwelen die Hij in ons zaait, en vroeg of laat zullen jullie die zien en oogsten… en de vreugde zal jullie vervullen, ja de vreugde!

Onze volmaakte realisatie is God vertrouwen. Als je gitaar wil spelen moet je oefenen, als je een doel wil bereiken, dan moet je trainen. Als je God wil vertrouwen moet je ook in de existentiële omstandigheden oefenen om te geloven dat Hij is.

Jullie moeten jullie vertrouwen in God trainen. Ik die het zeg, heb een groot project voor mij zien ontwikkelen en ik weet niet hoe de voltooiing zal zijn, zeker zal het in de Hemel zijn. Maar hier op aarde hebben de werken van de Heer geen einde als we achter Hem blijven voortgaan en niet voor Hem. Als we voor de Heer gaan dan loopt het mis en alles valt in duigen; wij moeten Hem volgen, Hij is de Herder die ons voorgaat, wij moeten Hem gewoon volgen met zekerheid en vertrouwen.

(vertaald uit het boek "Seguimi" - pagina 29-32)

 

ONDERRICHT 6 - REVISIE VAN HET LEVEN

Merksem, 16 maart 2019
Onderricht: "REVISIE VAN HET LEVEN"

Ditmaal drie verschillende deeltjes: het onderricht, een klein fragment van een cathechese van Moeder Elvira; een getuigenis over de "revisie" uit het boek "La speranda rinasce"; en tenslotte ook datgene wat Sebastian ons verteld heeft, hoe men de "revisie van het leven" in praktijk toepast in de Fraterniteit van Hondeghem nabij Rijsel.

7De Levensrevisie - uit opname 09 “la revisione di vita” van Moeder Elvira

In deze opname uit Moeder Elvira haar bezorgdheid over het “verflauwen” van de toepassing van de “levensrevisie”. Ze roept ons allen op om hier opnieuw, met kracht en inzet, aan te werken, want het  is een groot geschenk van de Heilige Geest in de Gemeenschap.

Ze zegt: “veel van jullie broers zijn dankzij dit middel bewust geworden van wat zij aan het doen zijn, en hoe ze het doen, van wat zij aan het beleven zijn, en hoe zij dat beleven, van wat zij aan het zoeken zijn, waarheen zij willen, waarom zij in de Gemeenschap blijven…”

Het is belangrijk dat wij beseffen dat wij onszelf niet genoeg, en niet diep genoeg kennen zoals Jezus dat doet. Als wij het goede niet beginnen te genereren, niet willen, als wij geen dragers en verkondigers van het goede worden, wat dan?

Maar wat betekent “het goede”? Vergiffenis, barmhartigheid, goedheid, geduld, tederheid, lijden… een liefde die niet geleden heeft, is nog steeds zelfzuchtig, op onszelf gericht, is nog altijd een voorwaardelijke liefde.

Wij moeten, daarentegen, onze broer helpen door veel te eisen van hem, omdat de ware liefde “eist”. De liefde die de Gemeenschap voor ogen heeft en die wij elkaar moeten doorgeven is een veeleisende liefde, een liefde die geen compromissen toelaat, een liefde die al lijdend terechtwijst. Een terechtwijzing die ons terug met elkaar doet spreken, die ons doet verduidelijken, die mij doet vergiffenis vragen aan mijn broer als ik die op een hevige toon heb gedaan.
De ware vriendschap wordt uit een compromis-vrij leven geboren, de vriendschap wordt uit een veeleisende liefde geboren, de vriendschap heeft een zegel: de trouw. Dus jongens, aub, laten wij elkaar dit geschenk geven, dat wij terug jeugd, frisheid, smaak en kleur aan de levensrevisie geven, een levensrevisie die we ernstig nemen. Moeder Elvira

“revisie van het leven”: prachtige getuigenis over de “revisie van het leven” uit het boek “la speranza che rinasce

REVISIE / HERZIENING VAN HET LEVEN

“Zij legden zich ernstig toe op de leer der apostelen, bleven trouw aan het gemeenschappelijk leven en ijverig in het breken van het brood en in het gebed. Allen die het geloof hadden aangenomen, waren eensgezind en bezaten alles gemeenschappelijk” (Handelingen 2:42).

1Wat een geschenk, echte vriendschap, die de vrijheid met onszelf en met anderen overwint: leren niet weg te lopen voor de hersenschimmen van onze angsten, maar gewoon in staat te zijn lief te hebben en lief te hebben voor wat we zijn.

De Gemeenschap leert ons om niet alleen dingen te delen, maar het leven, wie we “vanbinnen” zijn, om onze armoede en die van anderen te bekijken met de ogen van Jezus, om onze talenten te herkennen met de wetenschap dat alles wat we aan schoonheid hebben en beleven, dat dit van de Heer komt die meer van ons houdt dan van zijn eigen leven.

In al deze jaren herhaalt Moeder Elvira heel dikwijls in haar catecheses dat één van de “woorden” die God gebruikt om ons leven te leiden en te corrigeren de stem is van de broeders die naast ons staan. In de Gemeenschap ontdek je de noodzaak en de kracht die de anderen zijn in jouw bestaan; door samen met jou te leven zien ze jouw gaven en jouw fouten en helpen ze je op het pad van bekering dat een concrete verandering is. De andere slaagt erin om ons vanuit een ander gezichtspunt te zien dan het onze, om de dingen te begrijpen die wij soms niet kunnen ontdekken in ons eigen innerlijk leven, en die we moeten veranderen.

De herziening van het leven helpt ons om niet bang te zijn dat anderen onze “kwetsuren” zullen ontdekken, ze niet langer te verbergen, maar te omarmen en te genezen dankzij gebed, concrete inzet en broederlijke hulp. Daarom nemen wij in de fraterniteiten elke week de tijd om ons innerlijk leven vuur in te blazen, opdat de broeders die met ons leven, ons zouden helpen waarachtig te leven en concrete inspanningen te doen om onze zwakheden te overwinnen. Bijvoorbeeld: Je bent lui; dan sta je gedurende vijftien dagen elke ochtend op om vijf uur om het ontbijt te bereiden voor iedereen; je bent gesloten: je moet opstaan ​​aan tafel en zeggen met wie je zal praten die avond voordat je gaat slapen; je kunt niet zwijgen, je geeft altijd een weerwoord: tijdens het avondeten sta je op om aan iedereen te vertellen over een moment waarop je trots het van je gewonnen heeft, maar ook wanneer je erin geslaagd bent om deze te overwinnen door je mond te houden. We helpen elkaar om het kwaad in onszelf en in onze broeders te zien en te bestrijden, om samen het goede op te bouwen.

Na zoveel jaren van relaties die getekend zijn door onwaarachtigheid, eigenbelang en leugen, leren wij in waarheid spreken, luisteren en correcties aanhoren zonder onmiddellijk en hooghartig te reageren.  De herziening van het leven, vrij van roddel, vrij van achterklap, laat je proeven van het geschenk en de schoonheid van oprechte en echte vriendschap die niet ontstaat vanuit afgunst of jaloezie, maar vanuit het verlangen om samen te groeien op het pad van volwassenheid en heiligheid.

Na elke revisie is het voelbaar dat de geest in de gemeenschap, in ons huis, gezuiverd wordt, zich ontdoet van oordelen en compromissen, dat spanningen ontladen, dat de geur van vergeving, waarheid en echte vriendschap terugkeert. Dit alles is een training voor onze toekomst, om die christelijke families te bouwen waar we elkaar oprecht helpen, waar ruimte wordt gevonden om openlijk te dialogeren, om te groeien in broederlijke hulp.

Ik heb ontdekt er voortdurend nood aan te hebben mij te confronteren met mezelf, ontvankelijk te zijn, als eerste de waarheid over mezelf onder ogen te zien, maar ook met de mensen rondom mij. De "herziening van het leven" is één van de momenten die de Gemeenschap me heeft voorgesteld, waar ik de ruimte heb gevonden om dit allemaal te doen. In onze fraterniteiten verdelen we ons elke week in groepjes en daar stellen we ons open voor elkaar, delen we onze problemen, onze inspanningen, fouten, ontdekken we sommige kanten van ons karakter die we nog niet kenden, ook deze die we zouden willen verborgen houden, door ze naar het Licht te brengen. We praten over onze dagen, die eenvoudig zijn maar vol gevoelens en emoties.

Het is een geweldig cadeau om jezelf te kunnen openstellen, iemand te hebben die naar je luistert; het is ook vermoeiend en vele malen een lijdensweg, maar enorm belangrijk. Vele keren luchtte het moment van revisie me op en heeft het me gered! Dankzij de hulp van de zusters zag ik heel vaak, en klaar en duidelijk, de waarheid over mijzelf, over mijn gebaren en mijn daden, en besloot ik om niet op te geven. Het moment van de "herziening" geeft me altijd een grote duw vooruit, omdat het me doet groeien in vrijheid, niet alleen met mijzelf, maar ook met anderen en vooral met God die de mensen die naast me staan gebruikt om me in de waarheid te laten wandelen, zonder de angst om fouten te maken, te vallen, mezelf zwak te vinden of altijd behoeftig te zijn.

De "herziening" is een moment dat ik in elke familie zou willen brengen. We moeten de moed hebben om “stil te staan”, om te bidden en vervolgens in elkaars ogen te kijken en te delen, elkaar te helpen en ons kwetsbaar op te stellen in oprechtheid, maar ook te communiceren over de mooie dingen die we zien veranderen in onszelf en de anderen, want er is niets mooier en groter dan de wonderen, die God elke dag tot stand brengt, te herkennen en openbaar te maken.

Ik dank de Gemeenschap die me het belang van de ”herziening van het leven" heeft bijgebracht, en ik dank God omdat Hij me elke dag de kracht heeft gegeven om mezelf in discussie te stellen, om op weg te gaan in zijn Licht, ook wanneer het pijn doet, want na elk moeilijk moment komt er vreugde en vrede.

Wanneer ik denk aan de eerste keer dat ik geconfronteerd werd met de "herziening van het leven", komt een herinnering naar boven die me doet glimlachen. Ik wist niet wat het was en als gevolg daarvan had het, net als alle onbekende dingen, die speciale charme van de ontdekking.

Ik had een houding aangenomen die zich halfweg tussen ernst en vermaak bevond, maar bij het beantwoorden van de vraag van reflectie voor de daadwerkelijke herziening besefte ik dat er heel weinig oppervlakkigs aan was.

Wat mij werd voorgesteld, was mijn armoede bloot te leggen en in mezelf te kijken zonder de waarheid te verbergen of uitvluchten te vinden. Dit alles werd besproken met de andere broers die me in alle eenvoud en oprechtheid vertelden wie ik was en hoe ik me gedroeg, me dan praktisch advies gaven, en me tenslotte een concrete opdracht gaven waarop zou teruggekomen worden bij de volgende "herziening", om me te helpen veranderen, groeien en beter te worden. Dit alles deed me het belang van dit moment begrijpen als hulpmiddel voor mijn traject in de Gemeenschap.

Het is me overkomen dat ik bang was vóór sommige "herzieningen" begonnen, omdat ik wist dat de hulp die ik ontving me niet altijd blij zou maken: de waarheid over onszelf is moeilijk te accepteren, maar als je weet hoe die te “omarmen”, dan is het net dát wat je verandert. Zelfs als het je laat lijden, maakt de waarheid, wanneer je de moed hebt om die onder ogen te zien, je vrij, maakt ze je levend.

Na de vele "herzieningen" heb ik die angst niet meer, ook al blijft er soms nog de moeilijkheid om datgene dat me is verteld te accepteren; vandaag weet ik dat ik de "herziening" beleef als een moment van diepe verbondenheid, waarin het lijden van de waarheid “elkaar graag zien in concrete vriendschap” wordt.

De grootste hulp en de ware vriendschap, die heb ik beiden ontvangen van hen die wisten hoe ze me voor de realiteit van mezelf moesten plaatsen, zonder bang te zijn dat dit me zou laten lijden, omdat ze werkelijk oprecht van me houden.

(vertaald uit het Italiaans - mede de reden voor het latere verschijnen van ons verslag; maar zo waardevol; dit konden we jullie niet onthouden)

{mooblock=“revisie van het leven” in de praktijk - getuigenis van Sebastien - Hondeghem}

9Sebastien vertelt hoe de jongens in Hondeghem zo’n “revisie van het leven” in praktijk toepassen:

Kort samengevat: de jongens verdelen zich in groepjes van 4:

1. Er wordt gestart met een gebed om het gebeuren in de handen van Maria te leggen.

2. Vervolgens gaat één van de jongens vertellen hoe hij zich de laatste veertien dagen gevoeld heeft met betrekking tot het werk, de andere broers (van het huis) en het gebed. Nadat hij gesproken heeft, zegt hij: “Met jullie hulp en met Gods hulp wil ik vooruit gaan.”

3. Dan gaan de drie andere broers zo eerlijk mogelijk zeggen wat goed gaat en wat verbeterd kan worden. De broer die besproken wordt, luistert en dankt hen voor de revisie. Hij reageert niet op wat zijn broers zeggen, ook al is het pijnlijk of naar eigen gevoel “vernederend”… hij weet dat de jongens het liefdevol bedoelen, opdat hij kan groeien op zijn weg.

4. Pas de volgende dag mag hij reageren. Deze periode geeft hem de tijd zichzelf te analyseren en vaak zal hij in de periode ontdekken welke waarheid er zit in de liefdevolle woorden van zijn broers.  

Zulk een revisie werkt zeer bevrijdend.  Op zeer respectvolle manier wordt er gezegd wat nodig is. De drie broers mogen de eerste een opdracht geven, een suggestie doen. Bijvoorbeeld: “Start zelf eens een gesprek, sluit je niet op in jezelf.”  Of, “Spreek voluit, heb geen schrik om de waarheid te zeggen.  Moeilijke dingen moeten ook gezegd worden.” 

Iemand die jou de waarheid zegt, geeft jou een geschenk. Ook al lijkt het op het eerste moment heel moeilijk om horen…

ONDERRICHT - 5  GOD LEIDT ONS

Merkesem, 16 februari 2019 

M1GOD LEIDT ONS

Wat een verwarring soms in ons… “ik wil hierheen, ik wil daar naartoe” en je zou willen weten of het al dan niet de wil van God is. Wanner je gehaast bent, onrustig, dan is het nooit Gods wil.

Het eerste wat je voelt als je in Gods wil bent is een diepe totale vrede. De vrede is synoniem van geduld: vandaag, morgen, binnen een maand, binnen tien jaar… de tijd interesseert me niet, ik vertrouw op God. De ervaring leert ons dat in alle dingen, ook in de goede dingen, de haast niet goed is. Leve de vrede!

Als wij eerlijk zijn (met onszelf) weten we of iets de wil van God is of niet. En wij zeggen niet ”maar, ik weet niet of de Heer het wilt”. Kijk: als je lui bent, dat wilt Hij niet; als je ambitieus bent, wilt Hij dat niet; als er in de dingen die je wilt ambitie, haast, hoogmoed, vlucht, wrok… aanwezig zijn, dan weet je dat het allemaal dingen zijn die de Heer niet wilt omdat die ons geen goed doen! Als er vrede is, eenheid, vreugde, communio… dat zijn de dingen die Hij wilt!

De werken van God worden in het gebed geboren, en ook in de kwelling omdat je voelt hoe ontoereikend jij altijd bent. Hier deel ik mijn ervaring met jullie: op een zeker moment gebeurt het dat God mij roept! En dan komt er onrust, kwelling, een zoektocht; omdat ik mezelf als maatstaf bleef nemen, ik nam Hem die mij roept niet als maatstaf: de Almachtige, de Liefde, de Onbaatzuchtige! “ik ben niet bekwaam” zei ik. Ik was nog niet helemaal bewust dat Gods Liefde in mijn wil, in mijn zwakheid binnengekomen was om mij bekwaam te maken Hem te volgen.

De werken van God worden door Hemzelf uitgevoerd. Hij doet ze uit liefde, met liefde, en de liefde van God put niet uit, die raakt nooit op. De ware liefde wordt nooit ziek! Mijn ervaring doet mij zeggen dat het mogelijk is: het is mogelijk in vrede te leven, het is mogelijk in liefde te leven, het is mogelijk in trouw te leven, het is mogelijk in het geloof te leven, in de hoop en de caritas. Het is mogelijk!

M2Ons christelijke leven bestaat uit licht en donker, heeft momenten van enthousiasme en momenten van moedeloosheid, hoogtes en laagtes zoals iedereen. Wij hebben geen enkel privilege van God gekregen! Het enige privilege is dat Hij ons heeft geroepen. De Heilige Geest heeft ons het passeren van Jezus doen aannemen (ontvangen) die ons zegt: volg Mij. En wij hebben JA gezegd. Wij hebben zoveel achtergelaten  en niet voor één jaar, twee, vijf of tien jaar maar voor heel ons leven. Het is een wonder: wij zo arme, onevenwichtige en kwetsbare schepselen, met hoogtes en laagtes, zo onzeker… wij spenderen een heel leven door het belangrijkste te doen = dienen met liefde (dienen en liefhebben). Het is buitengewoon!

Jullie die geroepen zijn om te trouwen, wanneer jullie deze keuze maken, moeten jullie goed nadenken en in de school van de nederigheid staan, het gebed aanleren, de waarheid aanleren. Jullie bereiden zich voor op de huwelijksroeping dat een universeel, definitief, vrolijk, huppelend, dansend JA-woord is. Het is de mooiste gebeurtenis op aarde!

Hoeveel haast hebben de jongeren soms niet om de jongen, het meisje te zoeken… Maar kniel en bidt! De Heer weet al wie de juiste jongen voor je is, welk de juiste weg voor je is. Als je Hem toelating geeft, als je Hem betrekt in jouw keuze opdat die vreugde, leven, hoop zou worden, opdat die getuigenis zou worden, en verkondiging. Hij zal je in alles leiden. Je zal geroepen worden tot het christelijke huwelijk of het toegewijd leven. Heb vertrouwen: alles zal door Hem worden geleid.

Geloven betekent ten volle vertrouwen in een Ander die onze geschiedenis en de geschiedenis van de wereld leidt, die trouw aan de mens blijft en zijn barmhartige liefdesactie voor zijn kinderen doorzet.

Dit is de levensstijl die wij willen volgen, die ik aan de jongeren, aan de toegewijden, aan de missionarissen, aan de families, aan de vrienden voortdurend voorstel: zich intenser overgeven aan de wil van de Vader.

Wij willen de verleiding om te programmeren, denkend aan morgen, overwinnen. Zodoende zouden we de rijkdom van vandaag verliezen in welk gehele de  schoonheid van Gods voorzienigheid aanwezig is. Aan die voorzienigheid hebben wij ons toevertrouwd sinds het begin van ons kleine levensverhaal. Er is elke dag zoveel te beleven dat wij de dag van morgen in Gods handen met groot vertrouwen zullen blijven afgeven (loslaten). Zijn oneindige trouw is onze zekerheid.

Reflectie:

- Hoe groot is mijn vertrouwen in God, hoe vertaalt het zich in mijn concreet leven?

- Hoe laat ik God leiden in mijn keuzes? Wat is mijn weerstand tegen Gods plan met mij?

- Programmeer ik God, of laat ik God mij programmeren?

 

ONDERRICHT - 4.  LAAT ONS ALTIJD BIJ JEZUS BEGINNEN

Merksem, 19 januari 2019

LAAT ONS ALTIJD BIJ JEZUS BEGINNEN

8

Ik besef dat er altijd een beetje angst is als we vanuit onszelf beginnen. Ook al gaat het over iets goeds en moois dat we hebben bedacht. De Heilige Paulus, voordat hij de Heer ontmoette, dacht dat het goed was de Christenen te vervolgen en in de gevangenis te werpen. Daarna besefte hij dat er een strijd in hem aan de gang was: “Ik zie het goede dat ik zou willen doen en doe het slechte dat ik niet wil doen”. Wij zouden deze strijd nooit uit het oog mogen verliezen.

Ondertussen kennen wij Jezus een beetje beter. Ik besef dat mijn keuzes, de “Ja woorden” die ik moet uitspreken, de offers die ik moet brengen, de kracht en de moed om dingen te doen…  als ik vanuit mezelf vertrek, dan mislukt het allemaal. Ik begin te denken en na te denken… en omdat ik vanuit mezelf vertrek zijn de beperkingen zo talrijk en zo groot dat ik geen stap voorruit durf te zetten.

Als ik daarentegen vanuit Jezus vertrek, dan is er ook die strijd tussen het goede dat ik me geroepen voel te doen en de angst die me bijna “nee” doet zeggen omdat ik denk dat ik toch zal mislukken. Maar als ik vanuit Hem vertrek, dan is er zo’n bron van nieuwigheid dat mijn beperkingen, mijn schaduwen, mijn mislukkingen, mijn droefheid, mijn angst in een bron van nieuwigheid kan veranderd worden als ik vanuit Jezus vertrek.

Als je vanuit jezelf vertrekt, dan is het alsof je ontworteld bent en het doet je pijn en je bent bang. Maar als je zegt “in ieder geval ga ik in de naam van Jezus, ik ga omdat ik weet dat Hij mij voorgaat en dat er voor Hem niets onmogelijk is”, als wij vanuit Hem vertrekken, dan wordt alles mogelijk en alles, ook het meest negatieve wordt naar het positieve omgevormd.

5Ons leven als toegewijde mensen is zoals dat van jullie, met licht en donker, met momenten van enthousiasme en momenten van moedeloosheid, met hoogtes en laagtes.

Het unieke privilege is dat de Heilige Geest ons heeft doen beseffen dat Jezus gepasseerd is en dat Hij ons “Volg Mij” toeriep, en wij “Ja” hebben gezegd.

We hebben zovele dingen losgelaten, niet voor één jaar, twee, vijf of tien jaar… Het is een wonder: wij arme schepselen, zo onevenwichtig, zo broos, zo laag, zo onzeker, we spenderen ons leven om het belangrijkste te doen: “beminnend dienen”. Iets wonderbaars, dat is het mirakel.

Er is een grote rem, jullie moeten opletten, ook jullie die willen trouwen. Er is een giftige slang die zegt: “ik ga uit met dat meisje omdat ik er zin in heb (mi piace) Een jongen die serieus wil zijn zou nooit zo mogen spreken. Nooit “omdat dat meisje leuk is”; een spel is leuk, een voorstelling, een vakantie, de Sinkse foor is leuk, en wanneer je het niet meer leuk vindt, dan stop je ermee en zoek je iets anders.

De giftige slang die in je denken kan komen, “fluistert” je toe: “als ik haar niet meer leuk vind, dan kan ik toch scheiden”. Zie, dit is héél erg. Een jongen die beslist om te trouwen moet nederig worden, heel nederig, met zovele vernederingen elke dag. Zonder vernederingen kan je het niet weten; de school om nederig te worden zijn de dagelijkse vernederingen die je niet weigert, die je in stilte aanvaardt, die je incasseert en offert aan de Heer.

De keuze van het huwelijk moeten jullie goed overwegen en de school van de nederigheid, de school van het gebed, de school van de waarheid volgen. Dit betekent dat jullie  je tot de roeping van het huwelijk voorbereiden.

Humm, héhé, weet je, dit is het mooiste ding ter wereld, een groot vertrouwen dat God ons heeft gegeven. Zoals deze die Hij mij gaf  toen Hij mij koos en riep ondanks dat Hij wist wat voor een kleine mier ik was. Hij geeft ons vertrouwen omdat Hij in ons gelooft, en omdat Hij weet wat in ons hart, in ons verstand, in ons leeft. Hij weet wat Hij gezaaid heeft en weet dat het zal groeien… en groeien…

Met het vertrouwen dat God ons geeft, zullen die kostbare juwelen die Hij in ons heeft gelegd vroeg of laat groeien, jullie zullen ze zien en oogsten en de vreugde zal jullie kleed worden, de vreugde!
 
 
- Wat motiveert mijn doen en laten? Betrek ik Jezus hierbij?

- Hoe ga ik om met vernederingen?

- Wat is die vreugde voor mij, waar komt ze vandaan?

- Als er vernedering of vreugde komt, waar is Jezus dan?


ONDERRICHT - 3.  JEZUS VOLGEN

 

Merksem, 17 november 2018

11Dit onderricht is te vinden op de CD SEGUIMI – een onderricht voor de Toegewijden van de Gemeenschap in 2005


JEZUS VOLGEN

Wij willen Jezus’ voorbeeld volgen, zijn leven op aarde verlengen. Ons doel is Hem, de Heer te  volgen... en wat doet Hij op dit moment? Hij geeft zijn leven! Zo kunnen wij echt leven door onszelf te geven, zoals Hij heeft gedaan. Onszelf geven in de kleine dingen... en ook in de grote: “Gelukkig zijn jullie wanneer ze je uitschelden, Gelukkig wie vanwege de gerechtigheid vervolgd worden, Gelukkig wie hongeren en dorsten naar gerechtigheid”. Zie, de Heer doet alles ondersteboven: gelukkig degenen die lijden.

Het betekent dat Hij ons niet bedrogen heeft, Hij heeft ons de waarheid gezegd. Dus mogen wij geen andere plaatsvervanger gaan zoeken. We moeten ons doel volgen dat we vrij gekozen hebben. Maar er wordt niet één keer voorgoed gekozen, er wordt iedere dag opnieuw gekozen, meer nog : vele keren per dag. En dat is alleen mogelijk als wij verbonden zijn met de Waarheid van ons leven, (van ons JA woord), met Jezus die zijn leven geeft voor ons en die ons leven voedt opdat wij bekwaam worden om het te geven.

Je moet je leven geven: door de schoenen van je broer te poetsen, maar zonder het te gaan vertellen. Je moet je leven geven door het middagmaal voor te bereiden, maar dan zonder te zuchten. Niets is onmogelijk, niets is te moeilijk als we iets hebben gekozen en ervoor willen gaan. We volgen een Herder die ons de energie, de kracht, de vreugde en de innerlijke vrede gegeven heeft om dit te doen.

Dan zeg ik u: laten we consequent zijn zoals Jezus. Hij heeft gezegd: “Ik ben met jullie tot het einde van de tijden.” Tot het einde van mijn tijd is Hij mij trouw, en dan doet Hij verder, voor jou..., voor jou..., voor jou..., tot in de eeuwigheid.

4We hebben Jezus als voorbeeld, en we zouden ons meer in de Aanbidding van de H. Eucharistie moeten onderdompelen. Daar kunnen en willen we leren... niemand kan voor jou keuzes maken, maar JIJ kan het! Als je het niet wilt, gebeurt er ook niets. Als je niet kiest om ten volle deze momenten te beleven: het gebed, het eerlijke werk, de waarheid, de vreugde om herboren te zijn, dan gebeurt er niets.

Ons leven is te waardevol, te belangrijk om er niets van te maken. We moeten ons leven kunnen smaken met een levenslust die je hart met vreugde vervult. We moeten de essentie van ons leven bereiken, anders zullen we nooit tevreden zijn. We zullen maskers blijven dragen en we zullen blijven doen alsof, totdat wij op een zekere dag beseffen dat we niets hebben, dat we alleen wind hebben gezaaid.

We moeten beleven wat Jezus voor ons doet, en dat moeten we op onze beurt voor de anderen doen, want het geloof brengt ons leven in beweging. Het kan niet louter geloof blijven, wel een geloof dat zich in daden omvormt, een geloof dat liefde wordt, zelfgave, jouw leven geven, jouw leven verliezen voor de anderen.

We kunnen allemaal een geloof hebben in onze hersenen, maar het geloof wordt concreet via jouw handen, jouw voeten, ogen, hart, vlees, bloed…

Het leven geven is iets zo moois! Je eigen leven geven, het leven dat niet meer van JOU is; neen, het is het leven van Christus dat je geeft, en dat is wat wij moeten geven, niet het onze, niet onze gedachten, niet onze klachten, niet ons leven, maar het leven van Christus in ons, dat moeten wij doorgeven aan de anderen.

 

ONDERRICHT - 2. ELKE DAG KIEZEN VOOR GOD

 

9Merksem, 20 oktober 2018

ELKE DAG KIEZEN VOOR GOD!

Niemand kan denken dat hij “gearriveerd” is.

Het risico om te vallen is er altijd.

Dat zegt ons het Woord : “Aan welke kant sta je?”

Het volstaat immers niet om éénmalig voor God te kiezen in de waan dat ik dan voor altijd ‘in orde’ ben.

In het Woord blíjft God ons roepen en verlicht Hij onze geest, daarom kan niemand zich ‘op zijn gemak’ voelen, in de idee dat hij gisteren al gered is geweest. God wil ons alle dagen redden, wil Zijn eeuwigdurende trouw realiseren in jouw leven, vandaag, nu.

Hij onderwijst ons, Hij geeft ons raad hoe we ons leven kunnen leiden, Hij voedt ons.

Hij voedt onze geest, voedt ons hart, voedt onze wil en zegt ons: “En jij, nu je Mij ontmoet hebt, aan welke kant wil je staan?”

Je kiest niet 1 keer voor alle keren tegelijk, dat is een leugen; je kiest elke dag, vele keren per dag.

Het lijkt dat we voor God gekozen hebben, maar misschien hebben we God gekozen uit gemakzucht, of omdat het zo hoort, of om gerust te kunnen zijn, of om een manier te vinden om onze ontrouw van ons af te kunnen schuiven in het sacrament van de verzoening en ons geweten te sussen; misschien hebben we God gekozen omdat de traditie van de familie ons ertoe gebracht heeft.

Daarom zegt God tegen mij en tegen jou, vandaag :”Aan welke kant sta je? Waarom heb je mij gekozen? Waarom volg je mij?”.

Als het zou volstaan God éénmalig te kiezen, zouden we Zijn Woord niet meer nodig hebben. Maar Hij verkondigt het ons elke dag, Hij voedt onze geest, opdat ieder van ons zijn keuze om hem te volgen vandaag zou hernieuwen.

Hij wil niet alleen ons gevoel voeden, het gevoel dat ons doet zeggen “ik voel me gedragen” in een bepaalde situatie, omdat we dat ‘chique’ vinden, maar Hij wil onze wil voeden.

Het kan niet zijn dat er een moment is voor het kwade en een moment voor God.

En dat moeten we niet alleen vanuit een sentimenteel oogpunt beslissen, nl. op een moment dat ik helemaal in vrede ben, wanneer het gebed goed gaat, wanneer ik me ergens toe gedreven voel en het geloof me goed afgaat…..

Soms hoort men zeggen “Ooh, ik ben in die of die groep geweest, ik ben daar gaan bidden en ik was echt in vervoering!”…

Welnu, dat is het sentimentalisme voeden, maar de Heer wil ertoe komen ook onze wil te voeden, want het geloof is een akte van de wil en niet alleen van goesting; liefde is een akte van de wil en niet alleen een mooi gevoel.

We zitten allemaal in hetzelfde schuitje, op zoek naar een liefde en een trouw aan God die zich zou wortelen in onze wil en niet alleen in een morele code of  in angsten. Het geloof is een geïncarneerde realiteit, het is ons leven dat groeit met gebaren, met keuzes voor het goede of het kwade, voor leven of dood, voor licht of duisternis.

Gods trouw openbaart zich in het dagelijks leven en, in Zijn eindeloos geduld, geeft Hij ons altijd een nieuwe mogelijkheid, elke dag, elke dag, elke dag… opdat we opnieuw het leven zouden kunnen kiezen, het goede zouden kunnen kiezen, God zouden kunnen kiezen. Hij wilt dat we van binnenuit, met wilskracht, voor het leven zouden kiezen, ten alle prijs, de waarheid zouden willen, ten alle prijs, de liefde van God zouden willen, ten alle prijs!

Het leven verliezen is als eerste liefhebben, hoe dan ook liefhebben, zonder onderscheid te maken tussen personen, want wat telt is dat jíj liefhebt, dat jíj nederig bent, dat jíj aanvaardt fouten te maken, dat jíj je niet verdedigt tegen een belediging, dat jíj niet met de vinger wijst, dat jíj niet veroordeelt…

Liefhebben is de wortel van het goede, liefhebben doet elke dag de zon opgaan, liefhebben is het fundament dat je in balans doet blijven en zeker in je keuzes.

Liefde is je leven, je geschonken leven!

ONDERRICHT - 1. VERREZENEN MET CHRISTUS

Merksem, 15 september 2018

VERREZENEN MET CHRISTUS

Wij zíjn al verrezenen.

Jezus heeft  de verrijzenis beleefd voor ons en nu moeten wij de moed hebben om onze verrijzenis te beleven door Hem te volgen.We moeten ons op weg begeven in de waarheid, het licht, de vergiffenis: dát is de verrijzenis van Jezus, waarvan ons heden doordrongen is.

De verrijzenis vindt dag na dag plaats. Jezus heeft ze als eerste beleefd op aarde en nu zijn wij aan de beurt! En we weten heel goed wanneer we iets doen dat “niet van verrijzenis getuigt”: dan worden we opnieuw triestig, eenzaam, we glijden opnieuw bergaf, keren terug in het graf van de dood.

We hebben het leven van de Verrezene omhelsd en nu kunnen we niet meer zeggen dat ‘ik het niet begrepen heb’ of dat ‘ik het niet kan’. Want God is geen concept meer, maar een Persoon die in ons is gekomen en in ons leeft. Dus kunnen we ons niet meer rechtvaardigen wanneer we lui,trots, egoïstisch of hard zijn. We moeten alleen zeggen : “Heer, heb medelijden met mij, heb medelijden met mij! Jezus, ik vertrouw op U!”…… en dan opnieuw beginnen!

Het is een reis die we maken. We maken nog fouten, we vallen nog, maar we laten niet toe dat het iets banaal wordt. We vallen, zoals ook mij vaak overkomt, maar dan zetten we ons opnieuw op het spoor van God, want als we achteruitgaan, betekent dat opnieuw, triestheid, angst, donkerte, blindheid.

Er is een spreekwoord dat zegt “wie stilvalt, is verloren”.

Als je stilvalt, verlies je op een zeker moment de weg, je weet niet meer waar je bent. We moeten ons nooit tevreden stellen, we moeten altijd vooruit kijken. Wie stopt is verloren. Rust wie stopt uit? Nee: wie aan zichzelf denkt, wie egoïstisch is, verliest de horizon, de beweegredenen, de vreugde en het leven. Als jullie zeggen: “genoeg”, zijn jullie dood; als jullie niet meer verder op weg willen gaan, gaan jullie achteruit. Door vooruit te gaan zullen we Jezus echt ontmoeten, Jezus die het antwoord heeft voor ieder van ons: Hij is het antwoord op onze ‘waarom’-vragen, Hij is het antwoord, laat ons het niet ergens anders zoeken.

De verrijzenis is, op weg gaan en blijven zoeken. Jezus ontmoeten betekent je nooit tevreden stellen met hoe je bent. Als je je tevreden stelt en je armen laat zakken, stopt met zoeken, met willen, met liefhebben, met ontmoeten…………wel, dan ben je dood. De Verrijzenis is een weg, een oversteek van de duisternis naar het Licht, van een lang gezicht naar een glimlach, van de triestheid naar de vreugde, van de haat naar de liefde, dag na dag!

We moeten de moed hebben om ons gezicht te verliezen, bij iedereen! Want velen weten niet dat Jezus verrezen is. Het is tijd dat we het beginnen te roepen, vanuit ons hart, met een glimlach, met vreugde! En de anderen kijken naar je en stoppen ermee om negatief te denken in hun hart – ook al is het misschien maar voor even. Je moet de mensen verrassen en zo beginnen ze te zeggen: “er zijn dus jongeren die gelukkig zijn, die spelen, die bidden, die werken!”

We moeten de hoop hebben, het vertrouwen, dat mosterdzaadje-geloof dat bergen verzet; we moeten christenen zijn zonder vrees om aan te kondigen, te verkondigen, tegen de wereld te roepen hoe vreugdevol het is om verrezenen in Christus te zijn!

Christus is verrezen! Is ècht verrezen! Het is de dagelijkse ervaring, die mijn ogen al jaren aanschouwen, die mijn handen kunnen aanraken, die mijn oren kunnen horen: de doden verrijzen, de gevangenen worden bevrijd, de blinden zien. De kracht van de verrijzenis “ontketent” onze eigen verrijzenis.

De Verrezene legt dynamisme in ons, het rondlopen, de haast om te verkondigen. Waar zijn vandaag die apostelen, die Petrus en Johannes die vertrekken en de wereld rondtrekken? Wie zijn die Magdalena’s, vergeven door en verzoend met God, die aan iedereen verkondigen dat Jezus De Levende is? Dat zijn wij, diegenen die gedoopt zijn!!!

Wij zijn gekozen, wij zijn bevoorrecht. God heeft geen voorkeuren, maar maakt wel keuzes. En Hij heeft je geroepen doorheen je levensomstandigheden: het land waar je geleefd hebt, de christelijke familie, de ouders, misschien de school waar je gestudeerd hebt…… God maakt keuzes en roept, en wij hebben de vrijheid om te antwoorden en de kwaliteit van leven te ervaren, die alleen God aan ons leven kan geven.

Het geloof geeft ons een kwaliteit van leven, een smaak die de anderen heimwee geeft en dat wordt dus al een catechese, een verkondiging op zich. Wij zouden dat parfum in onze omgeving moeten zijn. Ons leven moet spreken, wakker schudden, in vraag stellen, goede of slechte gebaren onderscheiden, waar we ook zijn, op het werk, in de vrije tijd, …
Onze echte professionaliteit bestaat uit het gelovig zijn: de essentie, het ruggemerg, de substantie van ons geloof  bestaat eruit hoezéér we christen zijn, hoé we christen zijn, met hoeveel liefde we de dingen doen.
Het “hoezeer” en het “hoe” zijn het antwoord van je zijn op de liefde van de Heer voor jou.

 

WERKJAAR SEPTEMBER 2017 - JUNI 2018

ONDERRICHT - 6. De 7 eigenschappen van God als vader - Waarheid en verzoening


Merksem, 26 mei 2018

ONDERRICHT: de 7 eigenschappen van God als vader - Waarheid en verzoening

We zijn hier om ons herop te bouwen als zoon/dochter van God, in een sfeer van vertrouwen en hoop om onze levenskracht te hervinden, te voeden.

Om gezond te kunnen bouwen is de relatie met God essentieel. Het familiale leven, het gemeenschapsleven, dient harmonieus te zijn. Ook paus Franciscus spoort ons daartoe aan!

God is overvloed van Goedheid en Generositeit!

God is vader èn moeder.

We vertrekken vanuit de vader.

De vader-relatie is voor iedereen belangrijk en soms zijn er ‘deuken’ in die relatie die hersteld dient te worden.

Voorbeeld van een vrouw die op haar 11 jaar haar vader is verloren….haar moeder die zelf een heel goeie (tè goeie?) relatie had gehad met haar eigen vader, is in fusie gegaan met haar dochter als haar man gestorven is, de dochter heeft nooit haar eigen rouwproces doorgemaakt… dat heeft heel haar leven getekend..

Het kwade komt het relationele leven binnen om er zijn negativiteit te lozen.

Ook sommige vooraanstaande filosofen waren onevenwichtig in hun denken, omdat ze waren gekwetst in de relatie met hun vader (Bv Nietzsche, Freud) : bij elk van hen is er een drang naar geweld aanwezig.

Het ontbreekt hen aan een vertikaliteit in de relatie met hun vader. Dit zie je ook bij wezen of geadopteerde kinderen, en daardoor verloopt hun persoonlijkheidsontwikkeling niet altijd optimaal. Ook de wereld mist sterk de vertikale dimensie, dus is het moeilijk om deze te ontwikkelen als je ze niet gehad hebt!

M6De ideale vader bestaat niet………….. hij is ofwel te hard of te zacht, of te ordinair of te prestigieus of te verpletterend, of teveel of te weinig aanwezig, enz. enz.

Er is altijd wel een teveel of een te weinig van iets!

In een film “Jésus, l’enquête ” zien we het drama van een zoon die zich niet geliefd voelt door zijn vader….. het drama lost zich op als de vader sterft en de zoon beseft dat zijn vader juist oneindig veel van hem hield, maar het niet kon zeggen.

Dus om ons in waarheid te kunnen opbouwen moeten we langs de Hemelse Vader passeren. We moeten Hem leren kennen, door Hem gegrepen worden.

Hoe ga ik mijn relatie bijsturen? In waarheid met mezelf? Hoe komt alles terug in de authenticiteit van een echte relatie zoals ze bedoeld is?

De omhelzing van de verloren zoon, is heel mooi, heel ontroerend, maar wat daarna?

Als ouder kan ik bidden, zodat ik me geliefd voel door de Vader en mijn zoon/dochter zich - via mij - ook geliefd zal voelen door Hem en door mij.


GOD HOUDT VAN IEDER VAN ONS! Hij zegt: “Sta op! Zet je in beweging!”

We bekijken 7 kwaliteiten van de Vader waartoe ik geroepen word …..iedereen kan zich voor zichzelf daaraan aftoetsen. een soort check-list 
(De eigenschappen van een vader zijn quasi gelijk aan die van een moeder, maar dan in omgekeerde volgorde! Dus bij de moeders van eigenschap 7 naar 1...)

1 . echte autoriteit

“tiens debout, mon fils, je te fais confiance, vis ta liberté, “ op een mooie manier met je vrijheid omgaan…

Echte autoriteit is geen autoritair gedrag, dat komt van de angst om niet erkend te worden, het is geen domineren over de ander…..ze richt zich naar het ontwikkelen van de autonomie van de ander… niet onmiddellijk, maar op termijn. (wij mogen onszelf de vraag stellen: ben ik te veel of te weinig autoritair?)

2. trouw

De Hemelse Vader is 100 % betrouwbaar, verraadt niet, gaat niet weg, is een Rots, een citadel.

Veel jongeren lijden onder de ontrouw, we hebben iemand betrouwbaar nodig om onszelf op te kunnen bouwen!!!

3. vrijgevigheid/gulheid

God is overvloed! Kijk maar in de natuur, de lente!

Ongerustheid dat we niet genoeg zullen hebben komt onze kinderen niet ten goede!

4. hart-elijkheid

Barm-hart-igheid is het hart van God!

We hebben meedogendheid nodig! De juiste aanmoediging , ondersteuning op het juiste moment! Een vader die barmhartig is vanuit heel zijn hart!

Soms zijn we bang om teveel te geven, we moeten durven geven!

5. aandacht

“Dieu fait dans les details!” God toont zich tot in de kleinste details! Elk haar op je hoofd is geteld! Waarom zijn jullie zo bezorgd? Kijk naar de lelies in het veld... hoe meer we de details leren zien, hoe meer ons vertrouwen zal groeien!

Ben ik als papa/mama aandachtig geweest in de details?

6. rechtvaardigheid

Hij heeft geen “febbekes”, geen lievelingetjes, Hij geeft geen voorkeursbehandeling, iedereen wordt erkend en bemind zoals hij is, er is geen discriminatie, Hij aanvaardt de zwakheid van Zijn kinderen… Hoe fout is het bv om slimmere kinderen een voorkeursbehandeling te geven tegenover minder slimme….. dat geeft heel veel frustratie!

7. familiegevoel

God heeft de smaak van familie, gemeenschap……..Hij wil ons SAMEN! Hij wil dat er communicatie is, onderlinge dialoog.

Welnu… er zijn kwaliteiten die goed functioneren en kwaliteiten die niet goed functioneren.

Voor datgene dat goed gaat, kunnen we dankbaar zijn, voor het minder goede kunnen we vergeving vragen.

Hoe meer we ons in de lijn van de kwaliteiten zetten, hoe meer hulp we krijgen.

Dus laat ons onderzoeken wat onze waarheid daarin is.

Vanuit deze bril kunnen we ook kijken naar onze kinderen….”waarom is het zo moeilijk? Ons aandeel en hun aandeel! Wat heeft er niet gefunctioneerd? Dit alles ontdekken in de waarheid!

Misschien zeg je, maar dat hèb ik al gedaan, ja maar soms zijn het plooien geworden in onze ziel en moeten we ze vaak herhalen.

Soms is het ook een strijd met het kwade:

Bijvoorbeeld: een kolonel van het leger die met veel woede te kampen had….. ik leerde hem dat die woede niet van hem is, maar van de kwade geest, dat hij zichzelf er niet van moest beschuldigen, het volstaat dan om die geest af te kondigen …let bij zo’n problemen ook op de datum… bv 24/12 of 14/8 zijn dagen dat je daar extra toegankelijk voor bent, omdat het dagen zijn, waarop het kwade verslagen is.

Dus eerst in waarheid kijken en dan de relatie herstellen!

(vertaling onderricht van père Guy Lepoutre, gegeven op de familiebijeenkomst van april 2018 in Lourdes/Frankrijk – vertaling: Pascale Dirckx)


REFLECTIE

    •      waarom is de relatie met mijn zoon/dochter foutgelopen?

    •      wáár is het foutgelopen?

    •      hoe kan ik in gesprek gaan met mijn kind?

 


REFLECTIE BIJ PAASWENS VAN MOEDER ELVIRA EN PAASBOODSCHAP VAN PAUS FRANCISCUS

Merksem, 21 april 2018

REFLECTIE bij het ONDERRICHT, dat ditmaal bestaat uit de Paaswens van Moeder Elvira en de Paasboodschap van paus Franciscus.

We horen onze Paus en Moeder Elvira praktisch hetzelfde zeggen:

"Christus’ verrijzenis is de ware hoop van de wereld" (Paus Franciscus)
"de Verrezen Jezus is de hoop!" (Moeder Elvira)

Hoe begrijp ik dat? Wat betekent het voor mij? Waar zie ik tekens van de Verrijzenis om mij heen en in mij?

 

Paaswens van Moeder Elvira

banner p01

De Ware vrijheid is opgestaan! Ook wij worden in het leven een beetje "gekruisigd" omdat het Kruis in ieders leven is.
Maar we weten dat Jezus, deze Gekruisigde Mens, onze God, die gestorven is, is opgestaan! Dus is er ook nog Hoop voor ons.
En we moeten het stellig geloven: de Verrijzenis bestaat!

Wanhoop slaat nergens op: de hoop is onze kracht, onze toekomst, ons heden; de Verrezen Jezus is de hoop!"

Moeder Elvira

 

Urbi et Orbi - Paasboodschap van paus Franciscus - video en tekst

Zondag 1 april 2018
“Urbi et Orbi”
Centrale loge van de St.Pietersbasiliek in Rome

 ppasqua

Jezus is de Heer,
de Vader heeft Hem weer tot leven gewekt
en Hij zal altijd leven te midden van ons.
Alleluia! 

Paus Franciscus

wilt u de video bekijken, klik hier

Dierbare broeders en zusters, zalig Pasen!

Jezus is opgestaan uit de doden. Christus is verrezen!

In heel de wereld klinkt deze aankondiging in de Kerk samen met het alleluia-gezang: Jezus is de Heer, de Vader heeft Hem weer tot leven gewekt en Hij zal altijd leven te midden van ons. Alleluia!

Jezus zelf had zijn dood en verrijzenis al aangekondigd met het beeld van de graankorrel. Hij zei: “Als de graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft hij alleen. Maar als hij sterft, brengt hij veel vrucht voort” (Joh. 12, 24). En precies dat is gebeurd: Jezus, de graankorrel door God gezaaid in de voren van de aarde is gestorven, gedood door de zonde in de wereld. Hij is twee dagen in het graf gebleven, maar in zijn dood besloten lag de volle kracht van Gods liefde die op de derde dag vrijgekomen is en zich heeft geopenbaard. Die dag vieren we vandaag: het paasfeest van Christus de Heer.

Wij Christenen geloven en weten dat Christus’ verrijzenis de ware hoop van de wereld is, die niet teleurstelt. Het is de kracht van de graankorrel, van de liefde die neerdaalt en zich tot het einde geeft, en de wereld daadwerkelijk vernieuwt. Die kracht draagt ook vandaag nog vrucht in de voren van onze geschiedenis die getekend is door zoveel onrecht en geweld. Hij draagt de vrucht van hoop en waardigheid waar ellende en uitsluiting heersen, waar honger heerst en geen werk is, bij vluchtelingen en asielzoekers die door de huidige wegwerpcultuur zo vaak afgewezen worden, en bij de slachtoffers van drugshandel, mensenhandel en moderne slavernij.

Vandaag vragen wij vruchten van vrede voor de hele wereld, te beginnen met het geliefde en zo gekwelde Syrië, waar de bevolking uitgeput is door een oorlog zonder einde in zicht. Moge deze Pasen het licht van de Opgestane Heer het geweten verlichten van alle verantwoordelijke politici en militairen, opdat er onmiddellijk een einde komt aan de uitroeiing, opdat de mensenrechten zouden gerespecteerd worden en onze broeders zusters daar de zo nodige hulp kunnen krijgen, terwijl ook de juiste omstandigheden geschapen worden voor de terugkeer van hen die verdreven zijn.

We roepen op tot vruchten van verzoening voor het heilige land dat ook in deze dagen lijdt onder conflicten die de weerlozen niet sparen, voor Jemen en heel het Midden-Oosten, opdat dialoog en wederzijds respect de bovenhand krijgen over verdeeldheid en geweld. Mogen onze broeders in Christus, die vaak lijden onder geweld en vervolging, lichtend getuige zijn van de Verrezene en de zege van goed over kwaad.

We smeken vandaag om vruchten van hoop voor wie smacht naar een waardiger leven, vooral in de delen van het Afrikaans continent, die door honger, diepgewortelde conflicten en terrorisme geteisterd worden. Moge de vrede van de Verrezene de wonden in Zuid-Soedan helen, en de harten openstellen voor dialoog en wederzijds begrip. Laten we de slachtoffers van dat conflict niet vergeten, vooral de kinderen. Laat er solidariteit zijn voor de velen die gedwongen hun land verlaten en die het hoognodige om te overleven nog niet hebben.

Wij smeken om vruchten van dialoog voor het Koreaans schiereiland, opdat de gesprekken bijdragen aan harmonie en vrede in de regio. Laten zij die directe verantwoordelijkheid dragen met wijsheid en inzicht handelen, om het welzijn van het Koreaanse volk te bevorderen, en met de internationale gemeenschap vertrouwensbanden op te bouwen.

Wij vragen om vruchten van vrede voor Oekraïne opdat er meer stappen richting eendracht worden gezet, en de humanitaire initiatieven die ’t volk zo hard nodig heeft door kunnen gaan.

Wij smeken om vruchten van troost voor het Venezolaanse volk dat, zoals zijn Herders schrijven, vreemdeling in eigen land is geworden. Moge het door de kracht van de Verrijzenis van de Here Jezus de juiste, vreedzame en menselijke weg vinden om zo snel mogelijk uit de politieke en humanitaire crisis te raken die het land in zijn greep houdt. En moge er opvang en steun zijn voor diegenen die gedwongen zijn hun vaderland te verlaten.

Moge de Opgestane Heer vruchten van nieuw leven brengen voor de kinderen die door oorlog en honger opgroeien zonder hoop, zonder onderwijs en zonder zorg, en ook voor de ouderen die weggeworpen worden door een egoïstische cultuur die aan de kant zet wie niet meer ‘productief’ is.

Wij vragen om vruchten van wijsheid voor degenen in de hele wereld die politieke verantwoordelijkheid dragen, opdat ze altijd de menselijke waardigheid respecteren en zich met toewijding inzetten voor het algemeen welzijn en zorgen voor ontwikkeling en veiligheid voor hun staatsburgers.

Dierbare broeders en zusters,

ook aan ons, zoals aan de vrouwen die naar het graf kwamen, wordt gevraagd: “Wat zoekt ge de Levende bij de doden? Hij is niet hier, Hij is verrezen.” (Lc 24, 5-6) De dood, de eenzaamheid en de angst zijn niet langer het laatste woord. Er is een woord dat verdergaat, en dat alleen God kan uitspreken. Het is het woord van de verrijzenis. Met de kracht van Gods liefde kan de verrijzenis het kwaad overwinnen, de schuld wegwassen, de zondaars hun onschuld teruggeven en de bedroefden hun vreugde, de haat verdrijven, de machthebbers vermurwen, en eendracht en vrede brengen (Exsultet).

Iedereen een Zalig Pasen! (Publiek applaudisseert)

(tekst uitgeschreven van de rechtstreekse uitzending op NPO2-KRO/NCRV - 1 april 2018)


 

 

ONDERRICHT - 5. ONDERRICHT OVER DE BIECHT - DOOR BROEDER DIRK VAN DE GEMEENSCHAP MOEDER VAN VREDE


Merksem, 17 maart 2018

ONDERRICHT OVER DE BIECHT - DOOR BROEDER DIRK VAN DE GEMEENSCHAP MOEDER VAN VREDE - GISTEL/BELGIË

Zusters  en broeders, ouders en vrienden van de Cenacolo-gemeenschap,  

 Ik mocht onlangs de laatste oudervergadering bijwonen in Merksem. Pascal had mij gevraagd om bij deze gelegenheid en om op onze weg naar Pasen toe, het sacrament van de biecht wat toe te lichten en dan ook de gelegenheid te geven om dit sacrament te ontvangen. Een paar dagen later kon ik dan naar Hondeghem gaan en ook daar was het om voor de jongens die het wensten er de Barmhartige Vader te vertegenwoordigen in de biecht. Een genade zowel voor hen en misschien nog meer voor mezelf!?  Het raakt me telkens weer dat Jezus doorheen zijn priesters Zijn bevrijdende en vergevende kracht wil schenken. Zoals Moeder Elvira het zegt: ‘De priester is een arme mens zoals jij en ik, maar hij is gewijd geweest, hij is door God gekozen geweest om Zijn barmhartigheid te dienen. Hij is de tussenpersoon, niet door ons uitgevonden maar door God zelf gewild opdat wij ons zouden verzoenen met God, met de mensheid, met onze familie, met onszelf….’

Merksem.mrt3Over dit Sacrament is er net als over alle sacramenten veel te zeggen. Het is in ieder geval een sacrament geschonken vanuit de onuitputtelijke Barmhartige liefde die de Vader heeft voor Zijn kinderen. Het is goed dat hier en daar het sacrament van de biecht herontdekt wordt. In de Cenacolo-gemeenschappen is dit sacrament een belangrijk gegeven omdat we bij de jongeren veelal te maken hebben met diepe kwetsuren en gebroken harten. Het sacrament van de biecht is dan ook naast de vergeving een sacrament van innerlijke genezing en bevrijding. De zonden die wij hebben begaan in ons leven en waar we dikwijls in hervallen zijn meestal het gevolg van een gekwetst verleden.

Onlangs lazen we een boek over de biecht met als betekenisvolle titel: 'De biecht; genezing van innerlijke wonden' of een boekje van Pater Slavko uit Medjugorje, een plaats waar zoveel biecht wordt gehoord: 'Geef me jouw gewonde hart…'
De literatuur die we de laatste jaren vinden over de biecht gaat dus in diezelfde richting en toont aan dat de mensheid nood heeft aan genezing en bevrijding!
Indien we de catechismus raadplegen dan valt op dat we het sacrament van de biecht vinden bij de sacramenten van genezing en dat de biecht als eerste sacrament van genezing wordt genoemd en daarna pas die van de ziekenzalving. Dit alles heeft dus te maken met het hart. Het is ons hart dat gekwetst werd en genezing nodig heeft.  Jezus zelf heeft gezegd:  “Niet de gezonden hebben een dokter nodig, maar de zieken. Gaat heen en leert wat het zeggen wil: Ik wil liever barmhartigheid dan offers. Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen te roepen, maar zondaars.” Matt9,9-13  

Jezus is de dokter van de zielen en van de harten van de mensen. Als de biecht zo mag benaderd worden dan kunnen we met vertrouwen naar de priester gaan, die er aanwezig is in naam van de Barmhartige Jezus en van de Barmhartige Vader. Paus Franciscus herinnert ons er regelmatig aan dat de biecht een persoonlijke ontmoeting is met de Barmhartige Jezus.
Soms reageren mensen door te zeggen dat ze de biecht niet nodig hebben - 'voor de jongens & meisjes van het Cenacolo misschien, voor hen ja, maar voor mij?'
Toch, als we eerlijk zijn en diep in ons hart kijken, dan weten we dat ook wij Gods Barmhartigheid maar al te zeer nodig hebben. Als we alleen maar het gebod van de Liefde nemen "bemin God bovenal en uw naaste gelijk uzelf"…dan hebben we, als we eerlijk zijn, telkens weer stof genoeg om te gaan biechten.

Om ons te helpen in de overweging vooraleer we te biechten gaan is het goed om de geboden van de Heer erbij te nemen of om een passende evangelietekst te nemen.  Onlangs in een conferentie gaf de vastenpredikant van het Vaticaan Pater Cantalamessa een bedenking mee die ons kan helpen.
Hij haalt daarbij een passage aan uit het Johannesevangelie waar Jezus zegt: 'In die tijd sprak Jezus tot Nicodemus : De Mensenzoon moet omhoog worden geheven, zoals Mozes eens de slang omhoog hief in de woestijn, opdat eenieder die gelooft in Hem eeuwig leven zal hebben.'

Jezus heeft het hier over een passage uit het Oude Testament waar het volk van God onderweg is in de woestijn en het begint te klagen tegen God en tegen Mozes: onderweg werd het volk ongeduldig. Het keerde zich tegen God en tegen Mozes: “Hebt gij ons uit Egypte gevoerd om te sterven in de woestijn? Er is geen brood, er is geen water en dat minderwaardige eten staat ons tegen.” Toen zond de Heer giftige slangen op het volk af. Deze beten de Israëlieten en velen van hen vonden de dood. Nu kwam het volk naar Mozes en zei: “Wij hebben gezondigd, want wij hebben ons tegen de Heer en tegen u gekeerd. Bid de Heer, dat hij die slangen van ons wegneemt.” Toen bad Mozes voor het volk en de Heer zei tot hem: “Maak zo'n giftige slang en zet die op een paal. Iedereen die gebeten is en er naar opziet, zal in leven blijven.” Mozes maakte een bronzen slang en zette die op een paal. Ieder die door een slang was gebeten en zijn ogen op de bronzen slang richtte, bleef in leven. (Numeri 21, 4-9)

Wij zijn allen onderweg, we zijn op weg naar Pasen en ooit naar het eeuwige Pasen als we in de hemel mogen binnengaan. De jongeren in het Cenacolo zijn ook onderweg vanuit het ‘slavenhuis’, hun vroegere leven, naar een vernieuwd leven met God… 'van de duisternis naar het Licht’!

We kunnen ons persoonlijk afvragen welke de valkuilen zijn, de ‘slangen’ die ons hebben gebeten op onze levensweg.
Pater Cantalemessa zegt daarbij: Vroeger werd het vasten aan voedsel en drank beschouwd als het meest doeltreffende en noodzakelijke. Dat is niet meer zo. Vandaag vast men voor heel wat andere redenen, vooral voor de lijn. Geen enkel voedsel, zegt de Schrift, is in zich onzuiver, terwijl veel beelden dat wel zijn! Zij worden één van de belangrijkste wegen waarmee de wereld haar anti-evangelie verspreidt.  Op bepaalde momenten voelen wij ons in de war door onzuivere beelden  (o.a. via internet, TV en andere media) door onvoorzichtigheid van onzentwege, of door de bemoeienis van de wereld die haar beelden in de ogen van de mensen gooit. Laten wij dan doen zoals de joden in de woestijn, die door slangen gebeten waren , kijken wij dan naar een kruisbeeld of gaan we naar het Heilig Sacrament. “En deze Mensenzoon moet omhoog geheven worden, zoals Mozes eens de slang omhoog hief in de woestijn, opdat eenieder die gelooft in Hem eeuwig leven zal hebben” (Joh 3,14-15).  

Tijdens de ontmoeting met de ouders werd mij de opmerking gegeven dat er ook de beelden bestaan van
‘imaginatie’ en van ‘fantasie’. Jongeren die met drugs te maken hebben gehad weten maar al te goed wat dit betekent. De verleidingen of de slangen werken vaak op onze gedachten en voeden onze ‘fantasiewereld’ en is soms moeilijk om er van los te komen. Moeder Elvira zegt: ‘Wij vluchten zo dikwijls in fantasieën, wij vluchten uit het nu en dan krijgen we dromen en illusies…Wanneer we beginnen over gisteren na te denken, wat is geweest, daar vinden we een hoop dode lijken. Ofwel wanneer wij ons een toekomst die we toch niet in de hand hebben, projecteren met fantasieën, illusies, rook: we zullen doen, we zullen zeggen, we zullen willen… dan bouwen we aan iets onrealistisch… en dan verliezen we de vreugde....’


Merksem.mrt5Vandaar wellicht dat de waarheid en de Waarheid die Jezus ons brengt doorheen het woord van het evangelie in het Cenacolo zo’n belangrijke plaats heeft:  'Indien gij trouw blijft aan Mijn woord, zijt gij waarlijk Mijn leerlingen. Dan zult ge de waarheid kennen en de waarheid zal u vrijmaken’…

Een van de beste remedies tegen de leugen die in ons is binnengekomen, de beelden en fantasieën, is het sacrament van de Verzoening omdat de biecht voortvloeit uit het Barmhartig Hart van Jezus die voor ons stierf aan het Kruis.

Zozeer immers heeft God de wereld liefgehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat al wie in Hem gelooft niet verloren zal gaan, maar eeuwig leven zal hebben. God heeft zijn Zoon niet naar de wereld gezonden om de wereld te oordelen, maar opdat de wereld door Hem zou worden gered.

Zusters en broeders, beste vrienden,
zoals je ziet is er over het sacrament van de biecht nog heel wat te zeggen, maar de praktijk ervan is natuurlijk het belangrijkste. In bijlage heb ik daarom nog een folder meegegeven  (die ik was vergeten voor de bijeenkomst, sorry) We gebruiken deze folder in onze gemeenschap als mensen naar de biecht komen en kan voor jullie misschien een hulpmiddel zijn.

Ik wens jullie allen nog een genadevolle tijd toe naar Pasen!

P.s. ik dank de Heer voor de vriendschap die ik ervaar binnen de Cenacolo-familie, maar ik mocht toch wel een bijzondere nieuwe vriend leren kennen laatstleden in Merksem!

1. onderricht: klik hier  pdf                                     2. folder over de biecht: klik hier pdf

 


ONDERRICHT - 4. DE VERZOENING MET HET KIND IN ONS - DEEL 1

Merksem, 17 februari 2018

DE VERZOENING MET HET KIND IN ONS - DEEL 1

Als jullie kinderen hun hart openen, vraag ik hen soms: “ Maar heeft je moeder of vader dan niet beseft dat je met die dingen zat?”
En dan is hun antwoord vaak: “Nee, ze beseften het niet”.

Als je gekwetst bent, je niet goed voelt, lijdt, ... verlang je misschien dat de andere hier weet van heeft, misschien doe je iets om hem of haar te doen verstaan dat het je niet goed gaat! Neem je bepaalde gedragingen aan die de andere wakker kunnen schudden of zo…

Denk eens terug aan jullie kinderen onder die optiek…..

En denk ook eens terug aan jullie eigen kindertijd en jullie eigen ouders onder die optiek.

M6Ook zij hebben soms niet gezien….. niet gezien dat je jaloers aan het worden was, dat je je helemaal afsloot en over iedereen begon te oordelen, dat je vol woede of haat zat, dat de angst binnenin je alsmaar groter werd en je er niet meer overheen kon…….kwetsuren die niet genezen geraakten.

Die kwetsuren  worden dan motief om te vluchten.

Of ze worden motief om wraak te nemen op diegene die je gekwetst heeft.

Wraak nemen door jezelf te pijnigen.

Ik doe mezelf pijn om de andere pijn te doen, om het de andere  betaald te zetten.

Of de kwetsuren worden de weg waarlangs je gaat zoeken naar oplossingen die de pijn kunnen verdoven, kalmeren….. bijvoorbeeld drank , psychofarmaca of slaapmiddelen, maar als de onderliggende kwetsuur niet geneest, heb je daar steeds meer van nodig!

Ook drugs geven je een tijdelijk schijnbaar welbevinden, maar uiteindelijk zijn het allemaal vluchtwegen!

De kwetsuren worden zo open deuren waardoor ook slechte dingen  gemakkelijk naar binnen kunnen.

Daarom is het zo belangrijk dat jullie kinderen en jullie zelf een helder zicht hebben op jullie kwetsuren, niet om te verzinken in zelfmedelijden of  om te lijden omwille van het lijden zelf, maar om te genezen.

Als je ze goed in zicht hebt, weet je ook aan wie je ze moet toevertrouwen…. aan de Barmhartigheid van de Heer! De Heer passeert in deze kwetsuren!!!!

Kwetsuren kunnen de poort zijn waarlangs het kwade binnengeraakt, maar als je ze kent en kunt benoemen, kunnen ze evengoed een plaats zijn langswaar de Barmhartigheid van Christus binnenkomt! Het wordt een uitgelezen plaats om Christus te kunnen ontmoeten, wat anders misschien niet gebeurd zou zijn.

Wij ervaren dat in de Gemeenschap en we zien dat ook bij jullie…… wie een weg aflegt met de Gemeenschap kan op een bepaald moment een naam geven aan die kwetsuren, ze helder zien en ze toevertrouwen aan de Barmhartigheid van de Heer.

De kwetsuur wordt de plaats van waaruit je roept naar de Heer en de Heer houdt halt bij jou!

Net zoals Hij vroeger halt hield in de menigte, bij de gekwetste mensen die in het Evangelie vernoemd worden, zo houdt Hij vandaag halt bij ons!

De kwetsuren worden zo de plaats voor het mirakel van Christus!!! De plaats waar Jezus manifesteert dat Hij de Heer is, dat Hij geneest!!! Dat Hij bekwaam is om te herstellen, vrede en rust te brengen, ziekte(n) weg te nemen, waardigheid te geven aan levens die kapot lijken.

Dat is de ervaring die we moeten beleven!!!! De ervaring dat de plaats van de kwetsuur dé plaats wordt om de genade van God te ontvangen!!!

Elvira’s leven is een levende getuigenis van dit gebeuren!!!

(vertaling uit het Italiaans; een onderricht van don Stefano: Riconciliare la figliolanza - parte 1)

ONDERRICHT - 3. DE VERZOENING MET ONS ZOON/DOCHTER-ZIJN - DEEL 1

4Merksem 18 november 2017

DE VERZOENING MET ONS ZOON/DOCHTER-ZIJN - DEEL 1

De eerste barmhartigheid die we nodig hebben, is in de eerste plaats die met onszelf, we moeten ons verzoenen met onszelf en ons leven, ons kind-zijn, ons kind-zijn-van...

Als we jullie vragen “en jij, wie ben jij?”, stellen jullie jezelf altijd voor als “de mama van” of “de papa van”..

Klopt natuurlijk, maar we worden niet als moeder of vader geboren uiteraard, we worden allemaal als kinderen geboren, als zonen en dochters van het leven, van een vader en een moeder, gekend of niet gekend, zonen en dochters van God, die we vandaag ontmoet hebben dankzij Moeder Elvira.

Ik zeg jullie dit omdat we ons kind-zijn terug gezond moeten maken, de wortels van ons leven terug gezond moeten maken.

Veel problemen die we tegenkomen in het leven, hetzij persoonlijke, hetzij relationele of met de opvoeding van de kinderen, ontstaan precies dààr, aan de wortels van ons leven.

In het kind-zijn van dié bepaalde ouders, dié specifieke familiale of sociale context.

Om vooruit te kunnen, moeten we soms even achteruit gaan.

3Moeder Elvira begeleidde de jongeren tijdens de Aanbidding ook zo. Ze liet ons het verloop van het leven terug achterstevoren doen. Ze vroeg aan Jezus om ons te doen terugkeren in de schoot van onze moeder en ons bij de hand te nemen. Toen was je nog niet ”echtgenoot van” of “mama van “. Jij was jij, kind van God, van de Heilige Geest en van die 2 arme mensenkinderen, je papa en mama. Misschien wilden ze je, misschien niet, misschien ben je per toeval geboren, of uit liefde, of per ongeluk, wat heeft het voor belang, je bent geboren!

Zij liet ons dat parcours in aanbidding afleggen om het leven te kunen genezen.

We zijn allemaal vruchten van een boom, een familiale boom, die verlost moet worden, genezen moet worden door de Heer. We hebben allemaal een hele erfenis, niet die van het geld, maar een innerlijke erfenis. We zijn allen zonen en dochters en veel kwetsuren zijn begonnen in relaties met de ouders.

Als ik naar jullie kinderen luister, vertrekken ze nooit vanaf hun 15/16 jaar, toen ze hun eerste stommiteiten deden, maar altijd vanaf hun kindertijd, al-tijd!

En ook jullie zijn kind geweest... ook jullie kwetsuren zijn daar begonnen.

10Elkeen draagt zijn bagage. Als je terugkijkt naar je jeugd, zijn er mooie herinneringen, maar er kunnen ook kwetsuren zijn, veel pijn, die het leven zèlf geraakt heeft.

Wat zijn die kwetsuren? Wat zijn de gevolgen als we opgroeien? Wat is er gebeurd met jullie kinderen, maar ook met jullie zelf als jullie kind waren?

Als de kwetsuren niet rimarginate worden, gebeurt met ons innerlijk hetzelfde als met een gekwetst lichaam….als de kwetsuren niet verzorgd, ontsmet, of soms zelfs genaaid worden, genezen ze niet!
Integendeel, ze ontsteken en verrotten! Hoe langer het duurt, hoe meer de wonde heel het lichaam aantast…niet alleen je vinger doet dan pijn, maar de ontsteking van die vinger doet heel het lichaam pijnlijk worden.

Ik zeg dit niet om jullie schuldgevoelens te bezorgen, maar om samen een weg van genezing af te kunnen leggen.

Als jullie kinderen de pijn van hun kinderjaren vertellen, zeg ik altijd “ook jouw mama en papa zijn een gekwetst kind geweest. Wat wisten zij ervan? Zij hebben niet het geluk gehad om de Gemeenschap te ontmoeten, te genezen, te herbeginnen. Zij hebben de pijn misschien onderdrukt om vooruit te kunnen, met de tanden op elkaar, lijdend. Vergeef het hen!”

Het is belangrijk dat jullie begrijpen dat we nood hebben aan genezing, ook om jullie kinderen te begrijpen, want sommige kinderen met diepe kwetsuren, ontdekken dit pas nadat ze al menig jaren op weg gaan met de Gemeenschap; ze hebben er niet direct zicht op…..

Terwijl ze op weg zijn, dringt het licht van God stilaan binnen en ver-licht  hun kwetsuren.

God is goed en barmhartig, Hij komt je leven niet binnen als een bulldozer of een inbreker die alles openbreekt, maar ‘op het puntje van zijn hart!’

Hij weet dat de diepste en intiemste kamer van je leven delicaat is, kwetsbaar...

Hij komt niet om kwaad te doen, Hij komt om goed te doen.

Hij trekt misschien eerst een kleine lade open en helpt je om ze te ordenen, dan een schuif in de kast en helpt je om deze te ordenen, enzovoort. Het is een weg van Licht, Zijn Licht dat stilaan binnendringt in je hart. Hij laat je de dingen stap voor stap zien, alleen die dingen waarvan je bekwaam bent het gewicht te dragen. Misschien heb je de pijn altijd al onderhuids gevoeld, maar zag je hem niet echt, maar dan zie je het toch en lijd je, maar word je ook robuuster, je gaat er niet meer door onderdoor, je kan het aanvaarden en toevertrouwen aan de Heer.

Als je het ziet, aanvaard je het misschien met schaamte of pijn, maar je wéét nu aan wie je de pijn kan geven, je draagt ze niet meer op je eigen schouders.
De Heer komt ons in Zijn Barmhartigheid tegemoet, precies dààr waar we gekwetst zijn.

Dus voor jullie is het belangrijk niet alleen te blijven bij “echtgenote van” of “moeder van”, maar terug te gaan naar de eigen kindertijd, naar jullie mama en papa, waar jullie geboren zijn, geleefd hebben, een opvoeding gekregen hebben met gaven, maar ook met kwetsuren.

MENSEN MET KWETSUREN DIE ZELF NIET GENEZEN ZIJN, KWETSEN ANDEREN!!

Zo is dat, het is een mysterie, maar het is zo!

6Je wil het niet en toch doe je het, er ontploft iets vanbinnen zonder dat je het kan controleren. Soms veroorzaak je dezelfde kwetsuren als die je ondergaan hebt, soms niet. Daarom moet een gekwetst persoon genezen….anders ontplof je bij de kleinste gebeurtenis die lijkt op de oorspronkelijke kwetsuur, maar de persoon die je heeft doen ontploffen, weet niet wat er gaande is! Vaak  weet je zelf niet eens waarom je ontplofte…dàt is de kwetsuur die niet genezen is!

Zo brengt de kwetsuur een ketting van gevolgen voort, van kwetsuren die kwetsen…het wordt een vermenigvuldiging van kwetsuren.

Maar als Gods Barmhartigheid in de kwetsuren binnenkomt, breekt de ketting en genezen de kwetsuren, het is alsof er een ander getijde aanbreekt, daar waar eerst vloed was, is nu eb en de eb is zoet…..brengt sereniteit en vrede mee, niet alleen voor de gekwetste persoon, maar ook voor de personen die bij de kwetsuur betrokken waren. Het is een zegen die veel verder reikt dan jou alleen, dan jij die de barmhartigheid ontvangt.

Het is een golf van zegeningen, van Licht.

De kracht van Gods Barmhartigheid raakt via jou veel andere harten die ook deel uitmaakten van die ketting!
In deze tijd van de advent, zullen jullie op een bepaald moment de genealogie horen: Abraham verwekte Isaac, Isaac verwekte Jakob en zo de hele rij af tot we bij Jozef en Maria komen en eindelijk Jezus geboren wordt.

In die hele rij zitten namen van Heiligen en van prostituten, het is de genealogie van Jezus, zoon van God. Ook Hij heeft een menselijke wortel aan de basis van zijn geschiedenis.

Ook bij ons is het zo: sommigen hebben ons welzijn overgedragen, sommigen kwetsuren, maar Jezus is geboren!!!!! De barmhartigheid is geïncarneerd!!!!!!!!

Die hele geschiedenis die een samenraapsel leek van allerlei mensen  en gezichten zonder zin, wordt de weg die naar Jezus leidt.

De mensen voor mij zijn niet langer alleen maar mensen die mij gekwetst of vernederd hebben of me beschaamd lieten zijn over mezelf, maar een weg van Jezus; precies in de geschiedenis van al die mensen wordt Jezus geboren. De ontmoeting met de Gemeenschap moet in de eerste plaats dit zijn voor jullie: de ontmoeting van jullie persoonlijk leven met de barmhartigheid van God, zodat de ketting doorbroken wordt, zodat de kwetsuren zich niet herhalen , zoals bijvoorbeeld bij een dochter van een alcoholverslaafde vader die dan later een alcoholverslaafde man trouwt.

Dat jullie, als kind van God, het leven kunnen her-bekijken, het leven van binnen en rondom, zodat jullie de waarheid van het leven kunnen ontmoeten en niet van de regen in de drop moeten vallen, maar in de armen van de barmhartigheid van God.

Dat de kwetsuren precies een ervaring kunnen worden van Gods barmhartigheid.

REFLECTIE

1  Wat raakte me in deze tekst van Don Stefano?


2  Herken ik bij mezelf de nood aan genezing?


3  Zo ja, wat doe ik in mijn dagelijks leven om dit mogelijk te maken?


4  Herken ik God als een God die met zijn barmhartigheid de kwetsuren tegemoetkomt?
    Heb ik hier ervaring mee? Kan ik deze ervaring met anderen delen?

 

ONDERRICHT - 2. ADEMHALEN

1Merksem, 21 oktober 2017

Catechese – Padre Stefano (vertaling): ADEMHALEN

In het eerste deel van de catechese aan de ouders die we vanuit Italie hebben gekregen, brengt Padre Stefano de groeten van Madre Elvira en bedankt ook ons, de ouders, voor de gebeden voor haar.
Haar leven is op dit moment zwak en opgebruikt, maar toch ook heel sereen en stralend en dit is ook te danken aan het gebed.

Haar leven is vol van een “Aanwezigheid”, niet alleen de hare, maar ook van God die haar leven bewoont.

En het is mooi te zien, hoe rijk een leven wordt, als het Iemand (met grote I) ontmoet heeft die je geleerd heeft om lief te hebben. Het leven van Madre Elvira is het altijd gewend geweest om zich naar de anderen te keren, om eerst aan de anderen te denken en pas daarna aan zichzelf.

Te vaak zijn wij in aanbidding voor onszelf,  teruggeplooid op onszelf, altijd aan onszelf denkend, altijd voor onszelf geknield, voor onze noden, onze kwalen, onze behoeften, ons lijden...
We zijn zo vlug geneigd om rond onszelf te blijven cirkelen.

We aanbidden ons “ik” elk dag, meermaals per dag soms…
“Dio io” zeggen ze in het Italiaans, wat je zou kunnen vertalen als ” ikke God ”.

Het leven van Madre Elvira daarentegen heeft de blik altijd op de anderen gericht. Zelfs nu, op het kruis, in haar lijden, is ze bekwaam om zich te richten op het leven van de mensen rondom haar.

Ze vangt nog steeds de innerlijke nood op van de levens van hen die ze ontmoet, haar blik is nog steeds niet teruggeplooid op zichzelf. In haar lijden is ze nog bekwaam de andere te blijven zien, te doorgronden, zijn/haar pijn te vatten.
Dat is ook het mooie aan de weg die jullie kinderen, en jullie in de Oudergroepen, afleggen in de Gemeenschap: het leert ons de blik weg te draaien van onszelf en deze te richten naar de noden van de andere, naar de arme naast ons.

En die arme, is vaak gewoon onze man of vrouw, onze dochter of zoon. We moeten hem niet per se gaan zoeken ver van ons (ook al kan dat ook de roeping zijn voor sommigen).

De eerste arme van wie ik moet leren houden ben ikzelf, is mijn leven, met de mensen die God erin heeft gezet, want anders is het een vlucht.

We vluchten erop los, weg van huis, van ons hart, van ons leven, op zoek naar iemand, van wie we denken dat hij ons gelukkiger zal maken.

Jullie kinderen zijn ook ooit weggevlucht van jullie, op zoek naar het geluk. Als je vlucht, zie je nooit scherp, dus waarheen vlucht je , in welke handen kom je terecht…. ? Maar dan is God er met zijn Barmhartigheid, om ons terug naar huis te brengen …

Vorig jaar hadden we het Jaar van de Barmhartigheid. Jezus heeft ons al meer dan tweeduizend jaar geleden de Vader leren kennen als een barmhartige Vader, dus dat is niks nieuws.
Maar de paus heeft aangevoeld dat deze tijd extra nood heeft aan barmhartigheid. We leven in een tijd die erg gekwetst is, en meer innerlijk dan uiterlijk,  meer vanbinnen dan vanbuiten.

Op een bepaald moment in de geschiedenis is Lourdes ontstaan, Maria is willen tegemoetkomen aan de vele fysieke ziekten die toen onoverkomelijk waren, er zijn toen veel mensen genezen, de krukken getuigen er nog van en ook vandaag gebeuren er nog altijd fysieke genezingen, maar toch lijkt de wereld vandaag meer vanbinnen ziek,  op een dieper niveau, het gaat niet meer over een been of een arm tekort, het gaat over een ingrijpend ziek zijn………… vanbinnen.

De uitdrukking van deze zieke wereld zijn jullie kinderen.

Een geïntoxiceerde wereld, brengt geïntoxiceerde kinderen voort.

3Het is een wereld waarin iedereen moeite heeft om te ademen, we beseffen het niet meer, we zijn allemaal kortademig, de lucht in de wereld is soms effenaf vergiftigd en  niet alleen door externe factoren zoals klimaat of vervuiling, maar het is echt vanbinnen dat we moeite hebben met te ademen……

De vergiftigde lucht die wij hebben ingeademd in de wereld, en soms in de kleinere wereld van de familie, het gezin, is zware lucht, beklemmende lucht, maar het leven moet kunnen ademen!
We hebben momenten en plaatsen nodig waar we propere lucht kunnen inademen, ons leven oppoetsen, uitzuiveren, kunnen stilstaan bij ons geweten, ons aanvoelen van binnenin.

Deze oudergroep wil  ook zo’n plek zijn, een plaats waar we frisse lucht kunnen inademen, waar we kunnen a-de-men!

Wij hebben geluk in de Gemeenschap, want wij zetten de telefoon,  radio en tv uit, in de mate van het mogelijke, maar jullie zijn, na één dag, tegen de avond, in zuurstofnood, door alles wat er op jullie afkomt!

Als jullie hier aankomen (op de bijeenkomst) zijn jullie al helemaal vol met problemen en zorgen en indrukken!
We vergiftigen ons leven ook met oordelen, met kwaadheid, met kwetsuren die niet genezen zijn en die anderen steken; We ademen geen vrede, vergeving, hoop, broederlijkheid, ... maar we beladen ons leven met zwaarte en dan worden we triestig, bezorgd en zitten we vol angsten die we overdragen op de mensen rondom ons.

Maar elke dag heeft genoeg aan zijn eigen zorgen, dat zei Jezus al!!
We moeten een leven leren leven dat een andere ademhaling heeft, een ander vertrouwen, omdat  het vertrouwt op God, de God van het leven, die Hoop, Vergeving, Broederlijkheid, Barmhartigheid,  Liefde is,... de God die ons voedt, die ons doet LEVEN!

Veel mensen zijn aan de buitenkant levend, maar dood vanbinnen!
Jullie hebben jullie kinderen levend binnengebracht, maar ze waren vanbinnen al dood!

Welnu……… God biedt ons, bij het zien van deze zieke inwendige wereld, zijn Barmhartigheid aan. Hij doet dit bv. in Medjugorje, een bedevaartsoord, waar vooral inwendige genezing plaatsvindt. Wie gaat er vooral naar Medjugorje? Mensen met innerlijke kwetsuren, niet met fysieke beperkingen!
Maria heeft ons willen duidelijk maken dat God niet onverschillig is voor onze kwetsuren, dat Hij zich over ons heen buigt, ook over de, soms enorme, fouten die we gemaakt hebben,… fouten die ons niet in vrede laten en ons de adem benemen.

Misschien zegt iedereen dat ze normaal zijn, maar jij weet dat het niet zo is: het geweten roept vanbinnen, maar je onderdrukt het en je doet alsof het niet zo is, je voert redenen aan, maar je hebt geen vrede…. je hebt geen vrede!!

Maria heeft ons echt gegeven wat we vandaag nodig hebben, een welzijn vanbinnen!

God ziet ons vanbinnen, het maakt niet uit of we dokter, ingenieur, priester, zuster of wat dan ook zijn……….. God ziet onze “binnenkant”, Hij deelt ons niet in de categorieën van de wereld in!!

Hopelijk zijn wij, als we op straat iemand tegenkomen die diep gekwetst is, bekwaam om zijn innerlijk te zien en te vragen of we iets kunnen doen, want dát is wat God voor ons doet: God vraagt ons, in het helder besef van onze pijn: “Wat kan ik doen voor jou?”. Hij kijkt in welke toestand de mensheid nu is en biedt zijn barmhartigheid aan, zo is God!

Ik bied je adem, ik bied je vergeving, ik bied je wat je op dit ogenblik ook nodig hebt om vanbinnen te genezen!
Soms kennen énkel wij onze kwetsuren, onze misstappen….en stoppen we ze diep weg in onszelf, maar dan kan het van een diepe verborgen snede uitgroeien tot gangreen!
Laten wij ons dus openen voor de Barmhartigheid van God!

VRAGEN TER REFLECTIE:

Onze wereld is enorm “vergiftigd”,

1.    Waar ben ik “vergiftigd”?

2.    Waar vind ik plaatsen die me laten a-de-men?

 

ONDERRICHT - 1. HET BELANG VAN DE OUDERGROEP: BIDDEN, VERANDEREN, VERGEVEN...



Merksem, 16 september 2017

BIDDEN, VERANDEREN, VERGEVEN...

“Tijdens het bidden, vooral tijdens het bidden van de rozenkrans, heb ik terug vrede gevonden.”
“Ik wil mij verontschuldigen, want vóór de rozenkrans, heb ik mijn geduld verloren.”

Ook wij verliezen ons geduld af en toe en dan zeggen we “hij heeft mij mijn geduld doen verliezen”…..dat is het excuus hé…”ik ben iemand tegengekomen die... en hij heeft mij mijn geduld doen verliezen, want wij hebben hem misschien al voor de 30° keer gezegd wat hij moet doen en hij doet het niet.”

2Elvira heeft ooit eens in de missies gezegd -  wanneer er missionarissen waren die zeiden: “Elvira, dat kind doet mij altijd mijn geduld verliezen!” – “dat kind doet je niet je geduld verliezen…..dat kind laat je zien dat je geen geduld hèbt!”

Ook wij, ook ik, kom nog geduld te kort.
Dus ik vraag vergeving aan de persoon tegen wie ik daarstraks een beetje geroepen heb.

 *****

Iets anders dat me te binnen schoot tijdens het bidden:

Die persoon had me gevraagd: “Wat moet ik doén?....voor mijn broer, voor die ene, voor  die andere…..”

Ik heb hem gezegd: “Je moet bijeenkomen met je broers, proberen om onderling overeen te komen en proberen om hem te helpen…”

Maar daarna, al biddend, heb ik begrepen, dat het dààr eigenlijk niet om gaat….dat het niet gaat om “wat moet ik doén?”..............................maar... VERANDER  ZELF!!!

Dat heeft M.Elvira aan de ouders gezegd, dat zegt zij ook aan jullie: Wanneer jullie je kind naar de Gemeenschap hebben gebracht, is dàt het motief om hier te zijn, om samen op weg te gaan:

4En wat moeten jullie doen? BEGINNEN MET VERANDEREN!

E zijn dingen die moeten veranderen bij hen, maar er zijn ook heel wat dingen die moeten veranderen binnenin ons!
Dus moeten we de moed hebben om die weg effectief af te leggen, niet alleen om ons kind wat tevreden te stellen, of als een aanwezigheid, zodat hij… of gewoon zoals een groep: ik ga naar de oudergroep, omdat ik anders niet weet wat te doen op zaterdag en zo vind ik een beetje vrienden…………….

Dat zijn allemaal mooie dingen, maar de reden waarom de oudergroepen ontstaan zijn, is niet alleen om een beetje gezelschap te vinden, een beetje affectie, een beetje vriendschap, een beetje ondersteuning, maar om het leven te kunnen veranderen………..OM HET LEVEN TE KUNNEN VERANDEREN? VANBINNEN! VERANDEREN!!

Wanneer jullie jullie kinderen opnieuw zullen ontmoeten en met elkaar zullen praten, zullen jullie misschien dezelfde dingen zeggen, maar dat zal dan tegen een nieuwe achtergrond zijn, een achtergrond van waarheid en de nieuwigheid van een veranderd leven, dat hopen we toch!!

7De woorden zullen een andere kracht hebben, de woorden van een veranderd leven!!

Of ten minste een leven dat aan het strijden is om te veranderen.

De kracht van een waarachtiger leven, een beetje eerlijker, een beetje losser van slechte gewoonten die niet alleen zíj hebben, maar  die wij soms ook hebben.

Dus de relatie zal anders zijn, juist omdat er een verandering op gang gekomen zal zijn, in de kinderen doorheen de Gemeenschap, en in jullie…óók  doorheen de Gemeenschap, die jullie ontvangt, misschien niet ín de Gemeenschap zelf, maar in de oudergroepen.

Trouwens, ook als jullie een tijdje ín de Gemeenschap willen komen, dat misstaat niet hé.

Af en toe is er een moeder……enkele dagen geleden heb ik een fraterniteit bezocht en tijdens het vieren van de mis, zie ik een niet meer zo jonge vrouw ….ik zie ze nu opnieuw hier vooraan … en ik heb haar gevraagd: “wat doet U hier, wie bent U?”  “ik ben een mama! Mijn zoon is in de Gemeenschap en ik ben gekomen om een “ervaring” op te doen”,... maar niet in de fraterniteit van haar zoon, want het is nog niet het moment, maar ze is voor zichzelf gekomen…zie je?

Het is déze weg, dít verlangen om te veranderen,…….. niet alleen om te begrijpen!!

Soms ontmoeten we ouders die zeggen: “maar ik moet begrijpen hoe mijn zoon nu leeft, ik moet BEGRIJPEN!!! Ik doe 2 weken “experienza” om te “BEGRIJPEN”…
Maar wat moet je begrijpen? Jullie moeten veranderen, niet begrijpen…De pompoen zít al te vol!!!

Het is het hart dat stappen moet zetten, zichzelf moet wakkerschudden, soms in zichzelf moet kijken…….

Je weet niet wat te zeggen aan je zoon, je broer, je neef……….waarom niet? Omdat je zèlf nog niet in de waarheid staat, jij hebt zèlf geen stappen gezet!!

Dus wat kan je dan tegen hem zeggen, als je ziek bent in hetzelfde bedje, als je zelf niet zuiver op de graat bent?

Dus dàt is de gelegenheid die we hebben, de gelegenheid om te veranderen, OM TE VERANDEREN!!

6Maar echt……da’s zo mooi, de mogelijkheid dat ons leven verandert, dat jullie leven verandert. Wat mooi toch, dat jullie ouders zijn, wiens zoon of nog een stukje weg te gaan heeft in de Gemeenschap... of misschien nog heel een hele weg af te leggen heeft... of er misschien nog helemaal niks van wil weten... of er misschien al na korte tijd weer vertrokken is……en dat jullie toch komen! Er zijn er hier zelfs van wie de zoon uit de Gemeenschap vertrokken is na een heel korte periode en jullie, ouders, jullie blijven komen…..waarom?

Omdat de genade van die zoon niet geweest is dat híj verandert, maar dat jullie veranderen dankzij hem. Dat jullie zullen kunnen verànderen!

En dat is al een groot wonder, ja, DAT IS AL EEN GROOT WONDER!!!

Soms kom ik ouders tegen waarvan de zoon 3 maanden in de Gemeenschap is geweest en dan vertrokken is. Goed, zij zijn soms blijven komen naar de ouderbijeenkomsten, ze zijn verder op weg blijven gaan, ze blijven volhouden…..zij hebben begrepen dat ze verder moesten kijken dan de zoon die misschien niet is willen blijven. Omdat ze er zèlf nood aan hebben, niet alléén opdat de zoon zou terugkomen, maar omdat ZIJ moeten veranderen.

En àls ze veranderen, leert de zoon misschien datgene wat hij in de Gemeenschap had moeten leren,   ….. in het leven daarbuiten, …..en begint hij het te begrijpen.
(uit een catechese van Moeder Elvria - bewerkt door Padre Stefano voor de oudergroepen)

REFLECTIE

- Sta ik er soms bij stil dat de mogelijkheid om te veranderen een geschenk is?

- En hoe heb ik dit zien gebeuren in het voorbije jaar (t.t.z. hebben de onderrichten van het voorbije jaar mij veranderd)?

 

WERKJAAR SEPTEMBER 2016 - JUNI 2017

ONDERRICHT - 8. LATEN WE ONS KRUIS LEREN DRAGEN EN OMARMEN


Merksem, 20 mei 2017

1LATEN WE ONS KRUIS LEREN DRAGEN EN OMARMEN



Men verrijst niet al fluitend en zingend. Jezus hing aan het kruis, Hij heeft geleden, gekreund, geroepen en geschreeuwd, het heeft Hem veel moeite gekost, Hij heeft tranen met bloed gezweet. Om te verrijzen moet men afzien. Wij in de Gemeenschap, als we willen verrijzen, moeten we de moed hebben om door de weg van het lijden te gaan, en dat geldt ook voor jullie.

Moeder Elvira heeft geen "goedkope" verrijzenis voorgesteld, omdat de comfortabele en gemakkelijke dingen niet doen verrijzen, maar doen sterven. Ze nemen de kracht van het offer uit het leven, ze nemen er de pit (de kern) van weg. De gemakkelijke dingen bouwen het leven niet op, maar verzwakken het, ze doen het steeds brozer worden, steeds kwetsbaarder, omdat die niet de ruggengraat geven die je rechtop doet staan.

Wanneer Moeder Elvira in de beginjaren ons toesprak, zei ze dat wij “weekdieren” waren. En nochtans, als ik die weekdieren van toen met die van nu vergelijk, dan waren dat leeuwen. Dit omdat de wereld steeds zwakker wordt. Jullie zelf worden steeds zwakker. In jullie manier van opvoeden, in jullie angsten, in jullie schuldgevoelens…. Jullie zijn zwak… en dan verzwakken jullie je kinderen. Nog voor dat hij koorts heeft geef je hem al drie pillen, en zo wordt hij zwak.

Het is de structuur van de wereld die zwak is. We zijn niet meer in staat om voor even in het lijden te blijven staan. Dat is dramatisch. We zijn niet meer in staat het kruis, dat in elk leven aanwezig is, te dragen.

Wanneer iemand broeder of zuster in de Gemeenschap wordt of naar de missie gaat, dan krijgt hij/zij van Elvira een kruis om zijn nek gehangen. En Elvira zei ons : “Het kruis moet je leren dragen, niet alleen hier vandaag, maar ook op een dag in de miserie van je echtgenoot, in zijn hoogmoed, in de traagheid van je echtgenote, de moeilijkheden van je zoon, de problemen op het werk… Maar jullie, leven jullie zonder kruis? Ook al hebben jullie een kwellende doorn in de Gemeenschap achtergelaten, verloopt alles dan plots vlekkeloos bij jullie thuis? Ik zie jullie nochtans nog niet direct met een aureool hé! Soms is er iemand die nog wat droevig is, gekwetst, kwaad, onrustig. We zijn het allemaal, elke dag, ik als eerste. Maar we moeten met het kruis leren leven.”

11Dat behoort ons toe, dat hoort bij het leven van iedereen, ook bij wie niet gelooft. En hoeveel mensen hebben niet een veel zwaarder kruis dan het onze, en moeten het daarbij ook zonder geloof stellen? Het lijden verenigt ons, daarom wou Jezus dat ook ondergaan, omdat het een menselijke ervaring is, een ervaring van iedereen. Hij heeft ons immers getoond hoe wij het kunnen “doorstaan”. Dikwijls willen we er van wegvluchten, de schuld van dit lijden aan een ander geven… maar ook als dit kruis,  dat lijden, dat een ander je heeft bezorgd, voorbijgaat, komt er snel een ander aan.

Ook jullie kinderen ploeteren in moeilijke perioden en soms geven ze het op, juist omdat ze dit bewustzijn niet hebben dat het kruis bij het leven hoort. We moeten het leren dragen en omarmen.

En wanneer die momenten komen, mogen we ontdekken dat het juist het kruis is dat ons draagt.

Wat heeft jullie in de Gemeenschap gebracht? Het kruis! Het draagt u, zet u op weg en helpt u om de weg van de redding te vinden. Soms hoor ik iemand zeggen : “Moeder Elvira had zo’n kruis niet verdiend, een vrouw die zoveel goede dingen heeft gedaan…”. Het is een arme redenering als men nog steeds denkt dat het kruis als een straf komt. Het kruis komt gewoon, verdiend of niet verdiend, het is een deel van het leven. Elvira haar kruis is dat zij niet meer kan spreken, ze kan niet meer zeggen wat ze in haar hart draagt, ze kan ons niet meer berispen als het eens nodig is, ons op onze tekorten wijzen… ze ziet dat we met een bedrukt gezicht rondlopen en kan niet meer zeggen: “Hé! Open je ogen, kijk omhoog, glimlach, het leven is meer waard dan je problemen en je mislukkingen”.

VRAGEN:
1.    Wat heeft mij geraakt in de tekst en waarom?
2.    Wat vond ik het mooiste in wat ik heb gehoord?


ONDERRICHT - 7. ZALIG PASEN - STUKJES UIT TOESPRAKEN VAN MOEDER ELVIRA

Schoten, 22 april 2017

Het onderricht was ditmaal "samengesteld" uit 3 stukjes, woorden van onze lieve Moeder Elvira, die ons allen een gezegend Pasen wenst!!

1. WE ZULLEN NOOIT MEER STERVEN!

elvira con bambinoHet is geen fabeltje, het is de werkelijkheid. Het is ons verhaal van dood en verrijzenis. Deze nacht is datgene gebeurd wat men al duizenden jaren heeft verwacht. Het is gebeurd, het is volbracht, de Heer is verrezen, de dood heeft niet overwonnen. Maar dat telt ook voor ons, we zijn geboren en we zullen nooit meer sterven; dat is wat Jezus ons heeft gezegd.

Deze verwachting, vooral op deze zaterdag, wachten, verwachten, Hem verwachten. Ik denk dat Onze Lieve vrouw altijd in verbondenheid is gebleven met het geloof, met haar geloof. Onze Lieve Vrouw heeft zich niet overgegeven aan de dood. Ze is wel degelijk blijven geloven, en het geloof heeft haar het antwoord gegeven, heeft haar gelijk gegeven: haar Zoon is verrezen , onze Redder, Jezus de Nazareeër, voor altijd in ons midden. Moeder Elvira

2. PAASWENS MOEDER ELVIRA

giugno“In Jezus hebben we het Leven ontmoet,

het echte Leven! Door Zijn Opstanding

laat Hij ook ons opstaan, elke dag een beetje meer.

Dit is onze Paaswens:

dat wij allen op weg gaan

en enkel genoegen nemen

met door te gaan…
Zodat we op die manier die Jezus zullen ontmoeten

die het antwoord is voor ieder van ons!

ZALIG PASEN aan iedereen,

Succes met je "op weg gaan",

met het maken van een goeie overgang…

van het duisternis naar het Licht,

van chagrijnig zijn naar Glimlachen,

van droefheid naar Vreugde,

van haat naar Liefde!”

Moeder Elvira

 

3. DE LIEFDE HEEFT OVERWONNEN!

FOTOinternaCONeditoriale"Laten we met zijn Liefde de grafsteen wegrollen die op ons hart ligt en eindelijk zeggen: "Genoeg!“, weg met de dood, weg met de zonde, weg met de duisternis.

Het gewicht van die steen spreekt over de "lasten" die wij in ons binnenste meedragen en die zwaar wegen op ons geweten. Vaak leven we meer als doden in het graf van het verleden, dan als levende en verrezen mensen in het heden.

Laten we deze graftombe "ontdekken" en met verwondering en een grote glimlach naar onszelf kijken, want wij zijn verrezen, opgestaan! Dat graf, dat een plek van verwoesting en dood was, is uitgegroeid tot een prachtige tuin vol bloemen, vol groen.

Jezus is opgestaan! En zijn Verrijzenis heeft ook ons bevrijd! Jezus wil dat wij er in geloven: ja, de Liefde is sterker dan de dood, de Liefde heeft gewonnen, Hij is voor altijd verrezen!” Moeder Elvira

{mooblock=REFLECTIE}
-    Wat betekent voor mij de Verrijzenis van Jezus?

-    In mijn leven, hoe beleef ik dat?

-    Wat is er in mij verrezen?

-    Welke zijn de lasten in mij die me tegenhouden om te verrijzen, om weer op te staan?

ENKELE GEDACHTEN ROND HET ONDERRICHT


9-   DE LIEFDE IS STERKER DAN DE DOOD :
indien men verkeerde keuzes maakt, vindt men de liefde niet, maar maak je goede keuzes, dan kan je ook de liefde weer toelaten in je leven…

-   JEZUS IS OPGESTAAN! En zijn Verrijzenis heeft ook óns bevrijd! : deze woorden raken me, kijkend naar wat ik in mijn leven heb meegemaakt... de steen is nu weggerold.

-   Iemand getuigde: “ook al bid ik nu niet meer 3 Rozenkransen per dag, zoals in de Gemeenschap, mijn rozenkrans zit altijd in mijn broekzak; ik weet waarop ik kan terugvallen, waar ik mijn steun haal..."

-   LATEN WE LEVEN MET ZIJN LIEFDE:
we kunnen het enkel mét zijn Liefde doen, niet op eigen krachten.

-   Als je gelovig bent, hoeft niet alles perfect te gaan, maar dan heb je een draagvlak waarop je kan terugvallen... ook in de Gemeenschap gaat het op en af; na een goeie periode is er toch een moment waarop je moeilijkheden tegenkomt, maar door je geloof voel je dat je telkens sterker staat...

-   Ik beleef Pasen in mijn leven op een heel concrete manier, door het leven te beamen!

-   DE GRAFTOMBE :  het is niet nodig om er zélf uit te kruipen; beter is het te wachten op de Stem die je roept, zoals Jezus Lazarus riep... Dit gebeurt telkens weer in ons leven, tot aan ons eigenlijke sterven! Als we dán geroepen worden door Jezus, dan is het voor onze “laatste” verrijzenis. In de tussentijd ervaren we “kleine” momenten van verrijzenis.

ONDERRICHT - 6. LATEN WE ONZE VASTEN GOED HOUDEN - MOEDER ELVIRA

Merksem, 18 maart 2017

Het onderricht werd ditmaal gehaald uit een toespraak, een audio-opname van onze geliefde Moeder Elvira, met als thema:
"Laten we onze Vasten goed houden!" Hierbij aansluitend heel wat info over de Veertigdagentijd.

1"Laten we deze vastentijd goed houden! Het is een periode die we ons van tijd tot tijd moeten herinneren... En als er eens iets is dat we heel lekker vinden… laten we proberen niet afhankelijk te zijn van onze “goestinkses”. Een mens leeft niet alleen van waar men zin in heeft. Want iets “leuk” vinden, dat duurt maar een ogenblik.

Maar wij moeten op zoek gaan naar een leven in vreugde. En ik ben er zeker van dat velen van jullie deze ervaring hebben gehad: juist door aan onze “goesting” voor dit stukje chocolade, voor dat snoepje, die karamel te verzaken… ervaren we daarna de vreugde. Als je met kracht naar de vreugde verlangt, dan wordt die geboren. De vreugde is niet die “goesting”! Het “genot” duurt slechts een ogenblik zegt de psalm, maar de vreugde duurt een hele leven, omdat je dan bekwaam wordt om de vreugde te genereren (een vreugdezaaier te worden!) ... omdat je bekwaam bent om neen te zeggen tegen je goesting.

Misschien zal je tien keer struikelen.. en dan lukt het je toch één keer…  Maar dan heb je een wonderbaarlijke overwinning behaald! Dit is dus de vastentijd: het leven goed beheren. Het “genoegen” of de vreugde? Laten we de vreugde kiezen, je zal ze terugvinden en haar kunnen behouden voor de rest van je leven. Elk jaar laat de Kerk ons deze weg gaan, van de dood naar de verrijzenis, en binnen 40 dagen zullen we dansen." Moeder Elvira

Om het gehele artikel over de Veertigdagentijd te ontdekken en te lezen, klik op onderstaande foto.

5ffbf3fed91cdc5ed8000375e1cd2846 bannerintroRIFATTO2

 

 

ONDERRICHT - 5. HET KRUIS WORDT VREUGDEVOLLE GETUIGE

Merksem, 18 februari 2017

HET KRUIS WORDT VREUGDEVOLLE GETUIGE

De laatste stap: de liefde wordt “gave”, de zelfgave.

Het kruis dat aanvaard wordt in geloof en omhelsd wordt met liefde, ondergaat een wonder, het wordt verrijzenis, opstanding.

Dát is wat Jezus beleefd heeft…nadat hij het  kruis aanvaard en omhelsd heeft, heeft Hij het grootste wonder van God de Vader in Hem en door Hem beleefd: de verrijzenis!
En dat gebeurt ook binnen in ons! Dat wat in het leven van Jezus gebeurde, gebeurt ook in mijn leven!
En wat doet de Verrezene dan?

13Hij is een getuigenis voor iedereen! Het is de meest echte, de meest levendige getuigenis van de doortocht van God in iemands leven: hij is verrezen! Denk maar eens hoe mooi het is , als er in jullie stad, nadat jullie voorbijgekomen zijn, in tegenstelling tot het gemurmel voordien, gezegd wordt: “hij is verrezen….hij heeft een nieuwe glimlach, hij straalt een nieuwe rust uit………..hij heeft een nieuwe aandacht voor zijn vrouw.

Het teken waar de wereld het meeste nood aan heeft, is precies  de verrijzenis! … dat de pijn en het lijden dat aanvaard en omarmd wordt, niet het laatste woord heeft!  Het laatste woord van God voor ons leven is immers de verrijzenis, het kruis dat een nieuwe persoon heeft doen opstaan… Bijgevolg:  de verrijzenis moet verkondigd worden, dit wil zeggen moet gelééfd worden, we moeten leven als verrezenen. De wereld van vandaag en morgen, heeft nood aan de verkondiging van de verrijzenis, heeft nood aan iemand die zegt: “ik ben verrezen, ik ben niet dood, mijn zoon is niet dood, hij is verrezen, onze familie is niet dood, we zijn samen verrezen!

Er zijn verschillende plaatsen, terreinen of domeinen voor jullie missiewerk.
Ik zou jullie de komende tijd echt willen uitnodigen om van de terreinen van het dagelijks leven, “missie-terreinen” te maken.
Er zijn veel missie-terreinen, die we zelf niet gekozen hebben, maar waarover het leven heeft beslist. Het dagelijks leven van ieder van jullie is een missie-terrein, alle dagen, waar we leven, met wie we leven en hoe we leven… dat is allemaal missie-terrein.

Het eerste terrein ben ik zelf.
Missionaris van mezelf zijn, aan mezelf verkondigen dat ik een verrezene ben, het tegen onszelf zeggen: ”Ik ben niet meer zoals vroeger, ik ben een verrezen vrouw, een verrezen moeder…”

Zeg het met een mooie glimlach tegen jezelf in de ochtend, zeg het tegen je leven wanneer je uit bed stapt…zeg het! Verkondig het aan jezelf! Erken dat je dood was en nu levend bent!

Als het recital Credo werd ingeoefend, zei Madre Elvira tegen de jongen die Jezus moest spelen: “Als je verrijst, als het gaf opengaat, kijk dan niet direct naar de anderen… de eerste aan wie je je verrijzenis moet verkondigen ben jij zelf! Kijk naar de wonden waar je gekwetst was, die tekenen waren van de dood, en kijk ernaar met verwondering… want je bent levend!"

Ik zou jullie willen uitnodigen om met die ogen te kijken, het is belangrijk, zo’n kijk op ons leven!

Soms zijn we bang voor de verrijzenis, we voelen ons beter daar beneden, dood in ons graf, dan levend in de ruimte van de verrezenen… maar de verrijzenis is de mooiste, meest lumineuze realiteit van het leven!

Het tweede dagelijks missieterrein is de familie.
Een mooi terrein om mijn missie te beleven: vanaf het moment dat ik wakker ben, als verrezene, kijk ik naar mijn man, mijn kinderen, mijn vrouw… en kan ik hén zien als verrezenen,  wíl ik dat ze verrezen zijn, verlang ik ernaar om de vreugde van de verrijzenis te delen...  En daardoor leef ik op een andere manier samen met hen, aanvaard ik hen, beleef ik mijn menselijke relaties anders met mijn kinderen, mijn familieleden…

De verrijzenis… het nieuwe leven waarin de schijn niet moet hoog gehouden worden, niet doen alsof om het je kinderen zogezegd te leren, ….
Als je verrezen bent, spreekt je leven voor zich, je leven is immers veranderd, je relaties met je kinderen zijn anders, je laat de kwesties waarover je jaren hebt geruzied voor wat ze zijn, … de muren storten in als je verrezen bent, je interesseert je meer aan het leven dan aan de materiële dingen, meer aan de vrede dan aan je eigen gelijk… de familie wordt de plaats van missie-werk, de plaats waar het leven zich vernieuwt, nieuwe gebaren en nieuwe woorden ontstaan… 
- nieuwe gebaren: de verrezene heeft immers als taak vreugde te geven aan de anderen… 
- nieuwe woorden: je nodigt je familieleden uit voor het avondeten en praat met hen over jezelf, je opent je hart  als je je kind ontmoet dat dezelfde weg als jij aflegt, je maakt hem/haar tot deelgenoot, je vertelt in openheid!

En het mooiste missieterrein: de getuigenis, de waarheid door jullie verteld. Jullie verandering. De vrijheid in jullie hart, om te zijn wie jullie vandaag zijn, het verdwijnen van de schaamte om te vertellen.

Een ander prachtig terrein voor dagelijks missie-werk is het werk.
Hoeveel collega’s op het werk weten dat jullie een verslaafde dochter of zoon in de Gemeenschap hebben? Hoeveel onder jullie schamen zich er nog voor of verbergen het? We schamen ons soms een beetje voor wat er gebeurd is, maar we schamen ons omdat we het kruis nog niet aanvaard en omhelsd hebben. In dat kruis  bevindt zich echter de macht van de liefde van de Gekruisigde, die de verrijzenis wil laten ontstaan voor héél de familie. Doorheen het kuis  van de zoon of de dochter zijn ook de ouders verrezen, is heel de familie verrezen.

Het werk is een plaats van  menselijke relaties, van leven, hoe mooi dat je dus ook op het werk kan missioneren!

Het is een plaats waar je op het geschikte moment geen schaamte hebt, zonder opdringend te zijn, zonder per se iedereen te moeten bekeren… maar waar je op een geschikt moment, een moment van genade, je hart opent, vertelt, de ander deelgenoot maakt…

Hoe vaak heeft een ouder daardoor mogen ontdekken dat zijn of haar collega dezelfde problemen had?
Misschien was het voor jou gewoon even je hart openen en is het voor je collega de kans geweest voor zijn Redding, voor nieuwe hoop in zijn leven….

Kleine momenten van genade, je niet schamen voor een kruisteken, een woord van dank of om een lief woord te zeggen tegen een collega waarvan je weet dat hij/zij het moeilijk heeft …”Ik heb voor je gebeden, ik weet dat je niet in God gelooft, maar ik leef met je mee, ook ik heb geleden en lijd onder bepaalde situaties in mijn familie, maar ik ben er voor je, in zover dit mogelijk is.”

En dan is er nog de oudergroep.
Ook dit is een bevoorrechte plaats voor missie, waar je met anderen over je verrijzenis kan delen… of  over de kleine signalen van verrijzenis die er staat aan te komen, in je eigen hart en in je familie.

Misschien ben je nog niet helemaal verrezen, maar zijn er wel al stappen van verrijzenis gezet... je beseft dat je eerst dáár was en nu al hier, dat er iets veranderd is, dat je leven anders is, dat de liefde herboren is.

Moge de Heer ons dus helpen om het kruis te aanvaarden met geloof, om het te omhelzen met liefde en om ervan te getuigen met vreugde.
AANVAARD, OMHELS EN GEEF!

VRAGEN:
1.    Zie ik in mijn kruis de eerste tekens van de verrijzenis?

2.    Zie ik dat ik niet meer dezelfde ben, sinds het moment dat ik voor het geloof een plaats in mijn leven heb gemaakt?

3.    Kan ik het tegen mezelf en mijn familie zeggen dat ik een verrezene ben?

4.    Verlang ik ernaar om over mijn verrijzenis te getuigen?

5.    Ben ik bewust van de hulp die ik voor vele kan betekenen als ik met vreugde over mijn kruis getuig?
 

ONDERRICHT - 4. HET KRUIS OMHELZEN MET LIEFDE

Merksem, 21 januari 2017

HET KRUIS OMHELZEN MET LIEFDE

Merksem.jan.2Het kruis, het lijden, wordt aanvaard en omhelsd.

Het kruis omhelzen………..

Moeder Elvira , haar persoon en haar leven, is echt een levensschool in het lijden, in het kruis, vooral de laatste jaren van haar leven.

In de jaren dat Elvira het moeilijk begon te krijgen om te praten – en misschien hebben sommigen onder jullie haar nog gekend met haar snijdende taal, een taal die je ondersteboven haalde, een taal met de kracht van een aardbeving, die alles platwalste waar ze voorbijkwam -  wanneer dit kruis van haar gezondheid voor haar begonnen is,  heeft ze heel wat gevochten vooraleer het te aanvaarden hé,………. dat is voor iedereen zo, dat is voor iedereen! …………… het is niet zo dat je onmiddellijk staat te dansen met je kruis!

In het begin, voor je je kruis aanvaardt, sleur je het een beetje met je mee als een last, soms zou je willen dat je het kunt dumpen, soms zou je willen dat jouw kruis niet dát kruis zou zijn… Maar uiteindelijk heeft ze het aanvaard en omhelsd.

Er moet een moment komen dat je van het kruis houdt, dat je het aanvaardt, dat je het omhelst. Je neemt het op in de liefde en de liefde neemt jou op.

Het omhelzen van het kruis is een héél belangrijke passage… het omhelzen…… want als we het niet omhelzen, houden we er niet van.

Ik moet vaak denken aan de jongeren die als missionaris vertrekken en op het moment van vertrek altijd een rozenkrans en een kruisje krijgen; Elvira liet het kruisje altijd kussen als het werd omgehangen en ze zei altijd: “Hou het goed vast, dat kruisje, en grijp je eraan vast in de moeilijke momenten, omhels het, houd het heel dicht bij je, je moet het kruis liefhebben, je moet het kruis liefhebben, je moet het aanvaarden en liefhebben!”

Mijn kruis… dat van mijn zoon… mijn dochter… mijn man... hoeveel kruisen hebben we te aanvaarden!
We zouden de hele dag door kruisen moeten aanvaarden!... Het mijne, het jouwe, het zijne, dat van de anderen… in feite is dat het leven hé, het is een kruising van kruisen, die we ofwel weggooien, wegslingeren of ontvluchten, ofwel uiteindelijk aanvaarden en omhelzen.

Zo ís het echt en het is ook echt belangrijk dat het kruis ook van ons vraagt om elkaar te omhelzen.
In het kruis is het zó dat het ons of verdeelt of nog dichter bij elkaar brengt…
En als jullie vandaag hier zijn en jullie zoon/dochter op een weg van bekering en Redding is, worden jullie meer verbonden… door het kruis worden we verbonden in een meer waarachtige, authentieke liefde; als je in het kruis Jezus ontmoet hebt, de Heer ontmoet hebt, verenigt het kruis de liefde.

DUS ….een vraag voor jullie: “Heb ik mijn kruis aanvaard?”

Iedereen heeft zijn eigen kruis, vanbinnen dragen we allemaal een kruis….

Merksem.jan.1Brood en lijden, 2 dingen die we alle dagen eten…..er zit een klein stukje kruis in de schotel van elke dag, en eigenlijk wille we het niet, soms wensen we dat we het naar onze buurman kunnen schuiven … soms is het stuk wat groter, soms wat kleiner, de ene dag ben jij het die met het verkeerde been uit bed is gestapt, de volgende dag is het je vrouw, die met het verkeerde been uit bed is gestapt, de volgende dag wil het werk niet lukken en de dag erna is er een meisje van de gemeenschap dat het wil afbollen…… er is altijd een stuk kruis om op te eten, het maakt deel uit van de schotel van het leven.
Dit is héél  belangrijk om te begrijpen!!!

Het liefst van al willen we er allemaal van wegvluchten, we willen die grote brok niet eten, we willen die beker niet drinken, net zoals Jezus die op het moment van het kruis de verleiding heeft gekend om te vluchten, ertoe kwam om te zeggen: “Als ik deze beker echt moet drinken, drink ik hem, maar als Je hem aan mij voorbij kan laten gaan………”

Een zwaar moment voor het leven is het moment van het kruis… en toch, als we het kruis aanvaarden, wordt de bittere smaak stilaan zoet... wat ons eerst een wonde leek die ons hart deed bloeden, wordt een hart dat zich opent, een hart dat openbreekt!

DUS : Heb ik mijn kruis, mijn pijn, aanvaard of wijs ik het nog af?

Wil ik het kruis aanvaarden dat de anderen voor mij zijn?

En wanneer je vrouw, je man, je kinderen hun lijden laten zien, hun lijdend gelaat tonen, aanvaard ik dat, omhels ik dat of wijs ik het af?

Soms, oog in oog met het lijden, geraken we geïrriteerd; ook het kruis van de anderen kan ons irriteren, aanvaarden we het niet.
Maar Moeder Elvira leert ons in deze fase van haar leven, dat het kruis dat aanvaard, omhelsd en dus bemind wordt, vruchtbaar wordt. Dat is echt een ongelooflijk wonder: het kruis verandert je het meeste, verandert het meeste de harten. Jezus leert ons dat!

DUS: Wanneer de liefde pijn betekent, hoe reageer ik?

De mensen van wie ik houd, de familie, de zoon/dochter, de situaties die zich voordoen……wanneer de liefde pijn met zich meebrengt, hoe reageer ik, hoe beleef ik dat?
Aanvaard ik dat moment? Omhels ik het? Of word ik boos en wijs ik het af?

Met andere woorden: in het leven komt het erop aan het lijden tegemoet te gaan… de aanvaarding van het kruis ontpopt zich dan tot liefde… ik aanvaard het kruis… ik omhels het kruis.

Vragen:
1.    Is het kruis de gelegenheid geworden om elkaar te omhelzen, om de verbondenheid in de familie te versterken? Of is het de oorzaak van verdeeldheid?

2.    Het beminde kruis wordt vruchtbaar, maar hoe reageer ik wanneer de liefde pijnlijk wordt?

Extra vragen van de vertaler ter verdieping:

3.    Het omhelzen van het kruis is een heel belangrijke passage, zegt Don Stefano… het maakt immers onvermijdelijk deel uit van ons dagelijks leven en als we het niet omhelzen, zaait het verdeeldheid in onze relaties…

Heb ik het kruis al kunnen omhelzen?
Zo ja, wat heeft me hierbij geholpen? Kan ik hierbij raad geven aan anderen die hier nog mee worstelen?  
Zo nee,  wat houdt me tegen om dit te doen, kan ik dat bij naam noemen?  Misschien boosheid, angst, schuldgevoel, onwetendheid, onervarenheid, vroegere ervaringen?
Wat zou me hierbij kunnen helpen? Kunnen anderen mij hierbij helpen, zo ja, hoe? Durf ik hulp vragen?

4.    Kan ik het lijden van de anderen aanvaarden en verwelkomen of irriteert het me? Wat zegt dit over mijn houding ten opzichte van mijn eigen lijden?

ONDERRICHT - 3. HET KRUIS, HET LIJDEN, WORDT AANVAARD MET GELOOF, MET VERTROUWEN

Merksem, 19 november 2016

La croce viene accolta con fede - Het kruis, het lijden wordt aanvaard met geloof, met vertrouwen

Wij zijn gewend om te denken: “pff  …het kruis, het kruis, ik moét het kruis dragen!”
Dat is waar, we zijn allemaal in de Gemeenschap aangekomen met een flink, zwaar kruis. En de groep, de gemeenschap, welke rol speelt die hierin? Het wordt een plaats, waar iemand je helpt om het kruis te dragen. Dat is de eerste ontmoeting met de gemeenschap.
Je hebt een zwaar kruis dat je aan het verpletteren is en iemand komt naast je staan en zegt: “ik help je, je bent niet alleen!”.

We doén het, we dragen het kruis, maar het lijkt me dat er ook een bijkomende  stap gezet moet worden. Het kruis is niet alleen maar een zware last om te dragen of soms zelfs achter je aan te slepen; de groep, de gemeenschap ìs een hulp, maar niet alléén maar een hulp, ook veel meer dan dat!

Ze is niet alleen Simon van Cyrene die me helpt om het kruis te dragen, ook al is dat óók mooi, maar het is niet genoeg.

Het lijkt me nodig dat het kruis op een zeker moment aanvaard wordt…..dat betekent: het kruis moet op een zeker moment de Gekruisigde ontmoeten, zegt Madre Elvira.

Het lijkt me een heel belangrijke overgang, want alleen als ik in dat kruis de ontmoeting met de Gekruisigde ontdek, aanvaard ik dat kruis en spreekt het tot mij.

merksem.nov.3God heeft me iets te zeggen doorheen dat kruis…het is niet alleen een last, het is ook een gàve..om te ontdekken! En om die gave te ontdekken, moet het de Heer ontmoeten. Dat kruis moet de Gekruisigde zién, Hem ont-moeten..

Dààrom laat de gemeenschap ons bidden. Want anders blijft het kruis een grote last. Jullie kinderen, weet je, hebben daar heel veel moeite mee, precies met dat ervaren van het kruis. Het zijn experts in het wegvluchten van het lijden…dàt is precies een drugsverslaving: een verdoving van de ziel die lijdt.. en de illusie daarbij is, dat ze dan niét meer lijden, dat ze de oplossing gevonden hebben die het diepe lijden, dat ze vanbinnen, in de ziel ervaren, verdooft….ook in de ziel, niet alleen in het lichaam. ’t Is een lijden van binnenuit, dat soms vernietigt, dat het leven vernietigt.

Dus daarom is het voor jullie ouders belangrijk om opnieuw te leren om het kruis te aanvaarden, want als jullie het leren, brengen jullie het over aan hen.

Welk kruis moet je aanvaarden?  Vooral het jouwe !  Soms zijn wij zelf het kruis voor onszelf (door het leven niet te aanvaarden zoals het is)…..We moeten onze kruisen aanvaarden, we moeten leren om het kruis van ons leven, van ons verleden te aanvaarden.

Probeer jullie eens af te vragen:  “heb ik mijn kruis aanvaard?”

“Het kruis dat  ‘de andere’ soms is voor mij…mijn vrouw, mijn man, mijn zoon, mijn dochter….aanvaard ik dat kruis of weiger ik het?”

Dragen jullie het kruis, dat de zoon of de dochter in de gemeenschap is, met moeite of hebben jullie het aanvaard?

Hebben jullie ontdekt dat God iets aan jùllie te zeggen heeft , doorheen dat kruis….dat de Gekruisigde er ís op dat kruis, dat het iets te zeggen heeft voor jullie leven of bekijken jullie het nog als iets om zich voor te schamen, om te verstoppen, om voor iedereen te verzwijgen?

Bevraag jullie zelf: “heb ik het kruis aanvaard?”
Dat is de eerste belangrijke stap: het kruis aanvaarden!

Reflectiepunten:
1.    “Aanvaarding van het kruis betekent dat je kruis op een gegeven moment de  Gekruisigde ontmoet”, zegt Madre Elvira.

Begrijp ik wat hiermee bedoeld wordt? Kan ik het uitleggen aan iemand die hier moeite mee heeft?
Heeft die ontmoeting al plaatsgevonden in mezelf? Zo ja, hoe?
Zo nee, hoe kan ik die ontmoeting dan meer kans geven?

2.    Kan ik het kruis als een gave zien? Of nog niet?  Zo ja, wat ís die gave voor mij? Kan ik ze benoemen? Zo nee, wat staat er in de weg? Kan ik dat benoemen?

3.    Kan ik het verschil begrijpen tussen het kruis als een gave zien, het kruis idealiseren en het kruis ontkennen?

4.    Herken ik het vluchtgedrag van mijn kind ook bij mezelf of niet? Zo ja, hoe uit míjn vluchtgedrag zich? Zo nee, wat helpt me om niet te vluchten?

5.    “Als jullie opnieuw leren  het kruis te aanvaarden, zullen jullie dat ook overbrengen aan jullie kinderen”, zegt Don Stefano.
Hèb ik mijn kruis aanvaard? Kèn ik mijn kruis? Kan ik het benoemen?

6.    Waar sta ik in het aanvaarden van het feit dat mijn zoon/dochter in de gemeenschap is?

 

ONDERRICHT - 2. EEN KRUIS DAT ZENDING, DAT MISSIE WORDT

Merksem, 15 oktober 2016

Vandaag beluisteren we een stuk catechese welke volgende titel kreeg: “Een kruis dat zending, dat missie wordt.”

We volgen daarbij dezelfde lijn als de lijn van de kerk en paus Franciscus, nl. de lijn van de zending, van de missie. De paus heeft bewust voor dit thema gekozen en de taak op zich genomen om de Kerk  “naar buiten” te leiden, “op missie” te zenden. Hij wil niet dat de Kerk teruggeplooid is op zichzelf, aan zichzelf genoeg heeft, hij wil dat ze een Kerk wordt die op weg gaat.

Ook wij zijn deel van een ‘missionaire’ Gemeenschap. Moeder Elvira heeft nooit het gevoel gehad dat ze was "aangekomen”, ze is altijd op weg blijven gaan en heeft ook ons altijd op weg doén gaan… dàt is missie!

In de Gemeenschap zeggen ze: “Als je denkt dat je bent aangekomen, dan begint de weg pas.” Het leven zelf leert het ons……. wanneer je denkt dat alles rustig is, dat alles ‘in orde’ is……… ttrac……. dan gebeurt er iets dat de rust verstoort. Dat zit in de dynamiek van het leven…. deze dynamiek, bekeken door de bril van het geloof, ís de feitelijke weg, de weg van de missie, de weg die we samen aan het bewandelen zijn.

In de vorige bijeenkomsten hebben we gezien dat de eerste missie onze eigen verandering is, onze bekering… : toelaten dat God in ons werkt, ons verandert. Daarbij is de waarheid heel belangrijk: voor er een weg van verandering kan starten, dient er waarheid te zijn. De deur openen waardoor God in ons kan werken, is het moment dat we onszelf de waarheid zeggen.

De eerste waarheid die we onszelf moeten bekennen is……..“ik red het niet alleen”...
Zolang je denkt het alleen te kunnen, blíjf je alleen.

Dan: ........ ”ik heb hulp nodig”...

Dan: ........ "ik wil veranderen"...
Dit is heel belangrijk, het is niet genoeg om naar de Gemeenschap te gaan, er te verblijven en er weer uit te gaan, je hebt de wil nodig om te veranderen.

Verandering is echt wanneer deze zichtbaar wordt in je concrete leven……… als je vrede hebt gesloten met jezelf en de mensen rondom jou, als je in relatie bent met God, als je meer onthecht bent van de dingen...

In de bijeenkomsten van dit jaar, gaan we door met het thema: “Een kruis dat zending, dat missie wordt”

We luisteren eerst naar een tekst van Madre Elvira.

new“Doordat ik veel omgang heb gehad met jongeren die vaak gekwetst waren door een verslaving, heb ik geleerd dat ze graag maskers opzetten om te laten zien dat ze iemand zijn, om méér te lijken dan ze zijn... omdat ze zich schamen voor de waarheid, voor hun kwetsbaarheid, voor hun gebrek aan vrijheid…. en zo houden ze hun lijden “binnenskamers”.

Ik zeg tegen hen en tegen jullie: We hoeven ons niet meer te schamen over onze geschiedenis en over wat we meegemaakt hebben. Tot aan mijn  20° schaamde ik me ook over mijn familie, want we waren arm, met z’n negenen in huis en we hadden veel miserie. De grootste vernedering is de alcoholverslaving van mijn vader geweest. Ik herinner me dat ik op de lagere school zat, papa kwam mij ophalen met de fiets en alle andere kinderen lachten mij uit omdat ze zagen dat hij gedronken had. Ze zeiden me de waarheid, maar ik schaamde me. Ik was natuurlijk ook nog maar een kind. Nu ben ik niet meer bang om te zeggen dat mijn vader een alcoholieker was, uiteindelijk heb ik hem naar waarde kunnen schatten, ik heb begrepen dat de periode waarin ik in armoede heb geleefd mijn levensschool is geweest, mijn universiteit. Mijn vader is het instrument in Gods handen geweest om mij op te voeden tot opoffering en doortastendheid, gehoorzaamheid en moed.

Dit alles heb ik begrepen omdat ik de grootste ontmoeting heb ervaren die de mens kàn ervaren: de ontmoeting met de Liefde van God. Deze ontmoeting heeft het mij mogelijk gemaakt om mijn levensverhaal te omhelzen, mijn verleden, mijn heden en ook mijn toekomst… omdat ik weet dat mijn verhaal niet meer alleen het mijne is, maar ook dat van God, Hij ís er in aanwezig. Als ik mijn verhaal opnieuw bekijk en opnieuw ontvang uit de handen van God, met een nieuwe blik, is dit verhaal een gave en een voorzienigheid geworden voor iedereen. Daarom stel ik het gebed voor aan de jongens en meisjes van onze Gemeenschap. Ik was en ben ervan overtuigd dat het kruis dat ze hebben meegemaakt in hun leven het écht nodig had om God te ontmoeten om Redding te kunnen worden, om voorzienigheid te worden, een gave voor andere jongeren. De jongeren komen naar ons als hun moeders uitgeput zijn en hun vaders hen wegsturen van huis. Als ze niet meer kunnen liegen tegen vader of moeder: als ze alleen komen te vallen... dan vragen ze hulp…

Ze waren allemaal gekruisigd, ouders en kinderen; maar dat kruis heeft hen beetje bij beetje bij de redding gebracht, omdat er iemand gebeden heeft. Als we in onze pijn naar God roepen, geven we Hem toestemming om ons bij de hand te nemen en ons bij te staan. Zo is het kruis van de wanhoop de weg geworden om bij God te komen. Als ons kruis De Gekruisigde ontmoet, is Hij het die ons draagt. En wij kunnen nu “dank u” zeggen aan dat Kruis, waarop onze Koning gekruisigd is, onze Redder, Hij die ons het leven gegeven heeft en blìjft geven, want dat Kruis is de weg van de Redding. Het kruis is niet zwaar wanneer men in waarheid leeft; het is voorzienigheid.

Tijdens onze jaren in de Gemeenschap hebben we geleerd dat dat kruis, samen met de Gekruisigde, niet door ons moet gedragen worden, maar dat het het Kruis is dat óns draagt of beter gezegd, dat Híj het is die ons draagt en ons verandert. Daarom kunnen we vandaag alle lijden dat we in de familie dienden aan te pakken omhelzen en beminnen, want langsheen die kruisen hebben we de Gekruisigde ontmoet.”
M.Elvira

Dít is wat het betekent als een kruis missie wordt! Het geldt voor Moeder Elvira, maar ook voor ieder van ons.
Het lijden, de pijn, die jullie allemaal ten diepste ervaren hebben, wat heeft dat teweeggebracht? Het heeft jullie op weg gezet, doen opstaan en jullie naar hier gebracht, anders waren jullie hier niet. Dus dat kruis heeft een ontmoeting gecreëerd … een ontmoeting met ons, met de Gemeenschap, met Moeder Elvira.

De ontmoeting met de Gemeenschap heeft een duw in de rug gegeven aan de verandering, aan de bekering. Het heeft het voor God mogelijk gemaakt om een verandering in ons leven, in ons hart, te beginnen. Die verandering heet bekering en wat is die bekering aan het voortbrengen?

Het leven wordt nieuw, we worden nieuwe mensen, we zijn veranderd, we zijn aan het veranderen. Als we in ons binnenste kijken, denk ik, dat we het herkennen. Dat nieuwe leven, dat in ons aan het gebeuren is, dat in ons aan het komen is, dient om erover te getuigen aan anderen, om weg te schenken, om te leven en te delen. Er zijn jongens/meisjes die een periode op weg gaan met de Gemeenschap en dan terug naar huis, naar de maatschappij keren en godzijdank niet in de drugs hervallen of geen kwaad meer doen, maar dat is nog niet genoeg om gelukkig te zijn.

Als onze bekering geen missie wordt, ontbreekt er een stuk aan het leven, aan de vreugde.

God heeft precies dít gewild in de Gemeenschap………dat de bekering van de jongens/meisjes, dat de eerste veranderingen in hen, onmiddellijk een geschenk voor iemand anders worden, nl. in de rol van de beschermengel.

Ook bij jullie, ouders is dat zo: wie al een stuk weg afgelegd heeft in de Gemeenschap, wordt een geschenk voor hen die aan het begin van de weg staan.Als de bekering geen missie wordt, hebben we de gave van God verspild. God heeft ons zijn gaven niet gegeven om ze op te potten, onze God is geen bankier. Hij geeft geen cadeaus opdat wij er ons binnenshuis aan zouden vastklampen………. de gaven die God ons geeft, zijn gaven om door te geven. Dus als God ons de gave heeft gegeven van een opgestaan, verrezen leven, is het omdat dat verrezen leven een gave moet worden voor de anderen.

Als er in de Gemeenschap geen nieuwe jongeren meer zouden instromen, zou de missie van diegenen die aan hen moeten geven, uitblussen en dan zou ook hun bekering uitblussen.

Het naar de anderen uitreiken, doet óns op weg gaan, doet óns groeien. Jullie kinderen doen júllie op weg gaan……… naar hen uitreiken, hen proberen te helpen, zet jùllie op weg!

De andere is een grote gave voor ons leven, want het zorgt ervoor dat we niet gaan zitten, niet “stilvallen”………..het doet ons opstaan en op weg gaan.

Eigenlijk is de missie altijd de bron van de bekering……… hoe meer je de missie beleeft, hoe meer je de vreugde van het veranderen kan smaken.

De missie, missionaris zijn, is niet zozeer een geschenk dat we aan de anderen doen, het is een geschenk dat God aan óns doet, doorhéén de anderen. Het houdt ons “op de been”. Het houdt ons waakzaam. Het helpt om ons niet te verliezen in menig slechte gewoonte van het leven. Als de tijd van ons leven niet geschonken wordt, wordt hij gevuld met talloze onnozelheden of ego-trips die het leven zwaar en triestig maken.

                                                                             ***
Opdat het lijden dat jullie gekend hebben, missie zou kunnen worden, is het nodig om verschillende stappen te zetten:
1.    Ondanks alles wordt het kruis aanvaard met geloof
2.    Het kruis wordt omhelsd met liefde
3.    Het kruis wordt getuigenis met vreugde
In de volgende bijeenkomsten zal telkens 1 stap belicht worden.

Reflectiepunten:
1.    Wat heb ik vooral ervaren tijdens het luisteren naar de catechese, bv. herkenning, onbegrip, angst, enthousiasme, boosheid, verwarring, hoop, angst … en waarom?

2.    Welk onderdeel (woord, zin, idee) heeft me het meest geraakt en waarom?

3.    Kan ik me openstellen voor de kijk op het lijden, op het kruis dat hier wordt voorgesteld of is dat moeilijk? Heb ik er zelf al ervaring mee, ervaring die misschien anderen kan helpen?


ONDERRICHT - 1. RESPECT, LIEFDE EN DISCRETIE BIJ DE OUDERGROEP

Merksem, 17 september 2016
START VAN HET NIEUWE WERKJAAR!

Respect, liefde en discretie bij de oudergroep.

Het is heel belangrijk dat we heel discreet omgaan met wat gezegd wordt in de deelmomenten van onze oudergroep. Deze regel wordt ook toegepast door onze kinderen bij de revisiegesprekken die in de Gemeenschap plaatsvinden. Wat hier gezegd wordt, dat blijft tussen ons, dat mag niet verder verteld worden op een manier dat het buiten zijn context verkeerd begrepen zou kunnen worden en tot misverstanden kan leiden met alle gevolgen van dien. Het is de bedoeling dat ouders en familieleden zich in onze groep helemaal durven openstellen om in alle vrijheid over hun problemen, angsten, spijt, verdriet, alsook hun hoop, geloof, vreugde en wat hen echt aanbelangt te kunnen delen. Het zijn onderwerpen waar een mens kwetsbaar in is, en juist daarom vraagt dit om een veilige omgeving, waar respect, liefde en discretie heersen.

 •    We moeten opletten om niet te beginnen roddelen. Dat is een neiging die ik als eerste herken in mijn dagdagelijkse leven. Bijvoorbeeld: er wordt over iemand gesproken waar ik iets meer over weet en ik vertrek: “blabla bla”... een hele tirade over wat ik weet over die persoon… en achteraf denk ik bij mezelf: “Maar Pascal, waarom moest je dat allemaal vertellen? Kon je niet beter zwijgen? A.u.b. toch!” en ik heb spijt van mijn grote mond. Als het over positieve dingen gaat, dan is het niet zo erg, tot daar toe, maar als het over negatieve aspecten van die persoon gaat, dan is het echt fout. Dan heb ik het kwaad van die persoon, maar ook het Kwade “tout court”, openbaar gemaakt en verspreid, en dat is zonde, fout, slecht. Dat is roddelen. Daar dienen we ons voor te behoeden. Het roddelen maakt gemeenschappen, vriendschappen, families… kapot!

•    In diezelfde lijn kan de Gemeenschap ons ook iets leren over het durven uitspreken van onze ergernis aan de betrokkenen zelf. Bv.: ik erger mij aan Jozef zijn kapsel dat volgens mij helemaal niet gepast is. Het stoort mij geweldig! Ik kan het niet verdragen… De neiging om er met Jan over te spreken is groot. “Zeg, heb je gezien met welk kapsel Jozef nu rondloopt? … Dat lijkt toch nergens op!”… waarop ik hoop dat Jan mij iets als “Ja, en zijn baard dan!” zal antwoorden… enzovoort... En hupla, het roddelen is begonnen. Daarentegen wil de Gemeenschap mij leren om de moed te vinden om er rechtstreeks met Jozef over te spreken… nadat ik wat tijd heb genomen om daarover te bidden, aan God en mezelf de vraag stellende: “Is het wel zo? Of ben ik het die mezelf iets wijs maak? Hoe is mijn relatie met Jozef de laatste tijd? Is het belangrijk dat ik er met hem over spreek? Is het echt nodig? Hoe kan ik dat op een goede manier doen?...” Dan kan ik de stap zetten naar Jozef toe om hem met nederigheid en barmhartigheid mijn probleem uit te leggen :“Jozef, je weet dat ik je graag zie hé, maar mag ik je zeggen dat ik me zo over je haarsnit erger? Weet je,  want volgens mij dit en dat… waarom heb je eigenlijk deze haarsnit?...” zoiets in die aard maakt een dialoog mogelijk (als Jozef langs zijn kant ontvankelijk is). Na dit gesprek ken ik Jozef beter, en hij mij, en dat is mooi. Op zo’n manier kan het kwade in het goede gekeerd worden.

M5•    Een gouden regel: “Toen ik in Medjugorje was gaf Elvira, toen ik haar daar voor het eerst ontmoette, ons een gouden regel: “Als je een probleem hebt met één van de broers, mag je er niet met een derde over spreken. Je mag er alleen met de betrokkene over spreken.” Voor mij, die nieuw was, werd dit een moeilijke klus. Inderdaad, toen het woord van Elvira nog maar juist uitgesproken was, werd het letterlijk toegepast (daarna zwakte het beetje bij beetje af). Problemen met de broers om mij heen waren er natuurlijk genoeg. Maar plots mocht ik er met niemand meer over spreken, zelfs niet toen ik om advies wou vragen, het antwoord klonk genadeloos: “Daar moet je niet met mij over komen spreken, je moet er met X over spreken, ik wil er niets over weten, los dit zelf op!. Gezellig hoor! Toch werd het een goede leerschool om recht op de man te durven spreken, met de bijhorende botsingen, spanningen (innerlijke meestal) en verzoeningen. Het heeft me enorm geholpen om mijn angsten te overwinnen en ik ontdekte daardoor ook de innerlijke vrijheid.” (getuigenis Pascal)

Getuigenis Lars
In de Gemeenschap wordt er om 10 en 16u rondgegaan met een hapje (fruit, koek…). Ik had de gewoonte om steeds het grootste stuk te kiezen, ik vond dat normaal. Op een dag wees een jongen mij er heel vriendelijk op dat dit eigenlijk niet hoorde, dat ik integendeel het kleinste stuk zou moeten kiezen, denkend aan degenen die nog achter mij komen. Vanaf die dag begreep ik dat ik mijn gedrag zou moeten aanpassen als ik niet terechtgewezen wilde worden. Maar toch probeerde ik het om het grootste stuk te kiezen, zo onopvallend mogelijk natuurlijk.. Na een tijd werd ik er natuurlijk op betrapt en twee jongens namen me apart om mij met mijn egoïstisch gedrag te confronteren. Gezien ik toch geen gehoor gaf aan hun woorden en mijn gedrag in de volgende dagen niet veranderde, werd ik vervolgens in de kapel, in aanwezigheid van heel de fraterniteit, terechtgewezen. Ik besefte toen dat ze het echt meenden en dus paste ik mijn gedrag aan. Het werd stilaan een goede gewoonte en ik besefte met blijdschap dat ik daardoor bevrijd was van een van mijn egoïstische trekjes. 

“De waarheid zal u vrij maken” zegt ons … Het was het thema van de dagelijkse catechese in 1997 in Medjugorje. Elke dag getuigde een jongen over hoe de waarheid hem vrij had gemaakt. Geen theorie maar echt gebeurde feiten. Dit waren boeiende aangrijpende en verhelderende getuigenissen.

OPDRACHT
Laten we nu ook daarover delen met elkaar in de kleine groepjes: “Wanneer en hoe heb ik ervaren dat de waarheid mij vrijmaakte?”



WERKJAAR SEPTEMBER 2015 - JUNI 2016

ONDERRICHT - 7. "De dingen zeggen", ook al lijden we hierdoor gezichtsverlies...

Merksem, 18 juni 2016

LAATSTE SAMENKOMST VAN HET JAAR: dit betekent dat we ons “jaar” afronden.

Deze keer geen onderricht in de reeks “hoe is onze relatie met...” maar een ander belangrijk punt, welke men ook constant toepast in de Gemeenschap, bij en met onze kinderen: “dirsi le cose” en “perdere la faccia”.

Pascal vertelt: Ik mis iets in het leven buiten de Gemeenschap: ginds zeggen we in het Italiaans: “dirsi le cose” en “perdere la faccia”, dat betekent: elkaar “de dingen zeggen” ook al lijden we hierdoor gezichtsverlies... Er wordt mee bedoeld dat we elkaar vermanen als we foutief handelen, dat we de ander attent maken op datgene dat niet correct is en waarvan de persoon in kwestie niet altijd bewust is, het niet “ziet”...

Bv: ik merk dat ik af en toe egoïstisch handel. Ik vind dat jammer, maar ik heb de kracht niet om het te veranderen. Dus denk ik er maar niet te veel over na, want dat vind ik lastig. Op den duur is dit “egoïstisch zijn” een onderdeel van mezelf geworden, een gewoonte geworden.

Als mijn broer me op een dag zegt: “Je bent egoïstisch geweest op dit of dat moment”, dan doet het, wanneer ik dat hoor, altijd een beetje pijn, want iemand legt de vinger op de wonde. Misschien zal ik me verdedigen, me verantwoorden… maar als ik er nadien over nadenk, dan weet ik dat hij gelijk had.

Ik ben altijd dankbaar wanneer iemand mij de “dingen” zegt. Ten eerste, omdat ik dan weet wat ik aan die persoon heb, maar misschien nog meer omdat ik dan niet meer alleen ben met mijn probleem: hij heeft het gezien en hij zegt het me. Hij zegt het me en durft mij daarvoor te “storen”, en hij doet de inspanning om het me te komen zeggen. Ik ben niet meer alleen met mijn probleem, hij dwingt mij en geeft mij de kracht om aan dat probleem te werken.
Dit is de kracht van de vriendschap en van de waarheid. Maar ik weet niet of dit kan zonder het gebed.

Elvira leert ons altijd om eerst te gaan bidden alvorens wij iemand de “dingen” gaan zeggen, opdat “de ander” zijn hart ontvankelijk zou zijn, en opdat onze woorden de juiste zouden zijn. Ze leert ons ook “tacere, ingoiare e soffrire” toe te passen: dit is de weg om wat ik heb gehoord tot mij te laten spreken, in de diepte, in mijn hart, in mijn geweten. “zwijgen, inslikken, lijden”: wat ik gehoord heb, daar ga ik niet onmiddellijk op reageren, ik zwijg. Ik “slik” het in als het ware, en ga erover nadenken.. al kan dit betekenen dat ik eronder lijd. Het lijkt eenvoudiger als ik onmiddellijk kan en mag reageren, maar dan zitten we nog in de emotie, en zeggen we dikwijls zaken die pijn kunnen doen, omdat we vertrekken vanuit onze verdediging, omdat we ons “aangevallen” voelden...

VANDAAG zou ik ook een “ding” willen zeggen tot jullie allemaal:

Jullie komen regelmatig op de derde zaterdag van de maand naar onze ouderbijeenkomst. Het wordt door de Gemeenschap gevraagd en het is niet vrijblijvend, het is een opdracht voor de ouders.

Daarvoor doen jullie moeite, inspanning: jullie bereiden je voor op de samenkomst, andere afspraken worden bijvoorbeeld verlegd, jullie leggen een lange afstand af om tot hier te komen (sommigen komen vanuit het hoge noorden van Nederland), wie zal welke "provvidenza" meebrengen, enz. En dat is goed.

En toch merk ik een trend: voor de mis blijven er alsmaar meer minder mensen. Mensen komen  en wonen slechts een halve vergadering bij… en ik vraag me af: “één mis per maand, is dat zoveel?” één samenkomst per maand, is dat zoveel?”

In Italië komen ouders en familieleden ELKE WEEK samen, en ze moeten daar ook dikwijls grote afstanden voor overbruggen. Jullie kinderen vieren 2 à 3 keer per week de heilige mis; zij bidden elke dag drie volledige rozenkransen en staan uit vrije keuze ‘s nachts en/of vroeg in de ochtend op om te bidden…

Zijn we niet beschaamd dat we maar zo weinig kunnen opbrengen? Denken jullie dat jullie kinderen in de Gemeenschap allemaal zo graag naar de mis gaan? Naar de kapel gaan om te bidden? Néé! Ze moeten, het hoort erbij, het is een kans om te ontdekken hoe goed en belangrijk het is.

dennisWe horen het in de getuigenis van Dennis:
"Toen ik me begon af te vragen waarom iedereen altijd zo vrolijk was en waar hun doorzettingsvermogen vandaan kwam, ontdekte ik dat dit door het gebed kwam. Dat maakte me nieuwsgierig en deze nieuwsgierigheid heeft ook mij geholpen om het gebed te “leren kennen”. Vandaag kan ik zeggen dat het mij een kracht geeft die ik vroeger nooit gevoeld heb! Ook in de momenten dat ik het moeilijk heb, vind ik er de steun die ik nodig heb."

Waarom is het belangrijk?
OM TE GELOVEN! Jezus geneest mensen, relaties, bevrijd ons van het kwaad… en telkens zegt Hij: “Je geloof heeft je gered!”
Het geloof redt ons. In de Katholieke Kerk, waartoe wij behoren, is de mis de voornaamste aangeboden weg naar het GELOVEN. Maar niet alleen de mis, ook het gebed, het lezen en mediteren van het Woord van God, daden van naastenliefde… zijn belangrijk.

Is de mis leuk?  NEE! Maar het gaat hier niet over “leuk zijn” of “goesting hebben” (dit zijn trouwens verboden woorden in de Gemeenschap “mi piace, non mi piace” = parole prohibite! Opdat we een andere maatstaf zouden leren handhaven om onze keuzen te maken)

De mis moet niet leuk zijn, de mis is goed. En als ik er ben, dan is die nog beter, voor mij en voor de anderen.
Stel jezelf nu de vraag: “Hoe zit het met mijn deelname aan de mis, hoe zit het met mijn gebedsleven? Heb ik interesse, doe ik er moeite voor? Wil ik Jezus leren kennen, wil ik de Kerk beter leren kennen, wil ik eraan deelnemen? Ben ik er mij van bewust dat mijn deelname een offer is dat mijn geloof ten goede komt? Dat het ook de anderen ten goede komt? Ben ik er mij van bewust dat mijn aanwezigheid in de mis, mijn actieve aanwezigheid, moed en sterkte geeft aan de anderen op hun geloofsweg? Of is dat allemaal secundair voor mij en hecht ik meer belang aan mijn bankrekening, mijn hobby’s, mijn vriendjes, mijn lekker eten, mijn “goestingskes” en mijn genieten? Ze zijn trouwens veel plezanter dan het kruis van Christus!

Zo, ik heb jullie “de dingen” gezegd, datgene aangekaart wat mij toch verkeerd lijkt te zijn. En ik vraag jullie nu om er niet met elkaar over te spreken, integendeel “tacere, ingoiare e soffrire”.

Deze namiddag zou ik graag hebben dat jullie, op jullie beurt, aan mij “de dingen” zouden zeggen. Niet een antwoord op wat ik zopas heb gezegd, liefst niet, want dan zou het een discussie worden en dat help ons geen stap vooruit (wil je er toch iets over zeggen, heb je dat nodig, zeg het me dan liefst apart). Maar jullie volgen deze samenkomsten al enige tijd, en ik zou graag hebben dat jullie mij openlijk zeggen wat je ervan vindt, wat goed is, en wat beter zou kunnen volgens jou, ook wat de werking van het team betreft. Ik wil ook graag terechtwijzingen naar mezelf gericht horen. En ook voorstellen voor het komende jaar.
Dankjewel om naar me te luisteren, na te denken en dan later te antwoorden...
Pascal.

Nota: Dankjewel om op deze vraag alsnog jullie antwoord te sturen naar Pascal via e-mail: Dit E-mail adres wordt beschermd tegen spambots. U moet JavaScript geactiveerd hebben om het te kunnen zien.  

We hebben ze namelijk niet kunnen beantwoorden tijdens onze bijeenkomst, omdat Pascal zich in de deelgroep bevond die de nieuwe mensen wat meer info bezorgt ivm de Gemeenschap en de Oudergroep. Dank bij voorbaat, hij rekent op jullie! Het hele team van de Oudergroep rekent op jullie! Opdat we samen kunnen verder groeien in onze weg met de Heer!

3 VRAGEN TER REFLECTIE

DELEN MET ELKAAR OVER DRIE VRAGEN.

1.    Hoe is mijn relatie tot God en tot mezelf? (gebed, geloofsgemeenschap, geloof, innerlijkheid…)

2.    Hoe is mijn relatie tot de anderen? (in de familie, op het werk, in de buurt…)

3.    Hoe is mijn relatie tot de materiële dingen? (geld, bezittingen, eten, drank, genot…)

BEN IK HIERIN GEGROEID? IS ER IETS VERANDERD?

ONDERRICHT - 6. Onze verhouding/relatie tot de dingen



Merksem, 22 mei 2016

ONDERRICHT: ONZE VERHOUDING/RELATIE TOT DE DINGEN

We hebben al over onze relatie met God, met onszelf en met de anderen gesproken. Dit onderricht gaat over onze relatie met de materiële zaken. Als we God laten binnenkomen (in ons leven, ons hart), dan gebeurt er een revolutie!

Zonder dat we er ons van bewust zijn, kan geld gemakkelijk het idool van ons huis geworden zijn. Hoeveel ruzies zijn er niet omwille van geld, omdat er iemand is die er teveel spendeert.. hoeveel (uren, dagen, enz) werk je niet voor zoveel zaken: een huis, auto, vakantie…

Moeder Elvira zegt : “de kinderen nemen het geld om zichzelf te doden met hun drugsgebruik. Dit houdt in zich een veroordeling in tegen het geld dat de familie al heeft gedood, de relaties heeft gedood, de sfeer in huis heeft vergiftigd”. Het geld gebruiken om zichzelf te doden, het is een werkelijkheid die we moeten leren lezen: het heeft al de liefde die hen heeft gegenereerd, gedood. Het is de baas geworden in ons huis.

M.jongerenDe Gemeenschap leeft van de Voorzienigheid, er wordt jullie geen maandelijks bedrag gevraagd voor uw zoon/dochter die in de Gemeenschap is (sommigen organisaties vragen héél véél geld).

Dat wil niet zeggen dat jullie moeten vergeten dat jullie zoon/dochter leeft, slaapt, eet … in de Gemeenschap; En dat veel van de jongeren daar geen familie hebben die hen steun kan geven, voorzienigheid - provvidenza - schenkt/opstuurt.

Deel zijn van een Gemeenschap die van de voorzienigheid leeft mag geen reden zijn om zelfzuchtiger te worden. Het feit dat het gratis is betekent niet dat ik daarom mijn eigen buik nog meer moet vullen. Integendeel, het is een kans/gelegenheid om te delen, om te leren delen. En je mag het delen met wie je wilt: met de armen bij jou thuis, in je familie, in de buurt, met liefdadigheidsorganisaties, met de missie in Afrika…

Moeder Elvira zegt: “de bekering passeert ook door de portefeuille!”: vroeger was je gierig, en nu word je een beetje vrijer, onthecht, vrijgevig, je leert te delen, je leert leven op een nieuwe manier, niet meer met het geld als voornaamste houvast en zekerheid. Stel jezelf deze vraag : “wat is voor jouw de beste verzekering? Weten dat je een dikke geldbeurs hebt of weten dat God er is? Ook voor mij, als priester in de Gemeenschap, is die vraag geldig : “wat is voor mij de beste verzekering? Weten dat de voorraadkamer goed gevuld is, dat we genoeg eten hebben? Of weten dat God er is, en dat Hij een Vader is die zijn kinderen helpt?

Let op: het betekent ook niet dat we de dingen moeten verwaarlozen. Er is een regel in Gemeenschap: “het stukje brood waar je aan begonnen bent, dat moet je ook helemaal opeten, er wordt geen half stukje brood weggegooid. Dit is omdat we de voorzienigheid willen respecteren, en daarmee bedoel ik ook wat anderen gespaard hebben om het aan ons te schenken. De voorzienigheid is een gave van God, het is een gave om te kunnen delen en rijk te worden in vriendschap en in liefdadigheid. De voorzienigheid is ook: het hart openen, zowel om te geven als om te ontvangen.
Welke gedachte houd je het meest bezig tijdens de maand? Het is waar dat er crisis is, dat er daardoor ook zorgen zijn… ook in de Gemeenschap hebben we soortgelijke zorgen. Maar het leven is meer waard dan de materiële dingen. We zien het zo goed bij de vluchtelingen: wanneer het gevaar te groot is, dan vluchten ze en laten ze alles achter: hun huis, hun eigendom… om hun leven en die van hun dierbaren te redden. Wat heeft er meer waarde: de dingen of het leven?

We willen op een nieuwe manier leren leven, met respect voor de dingen, zonder er ons aan te hechten. Als de materiële dingen er zijn, “dank U God”, maar als die er niet zijn, dan is het voor ons een gelegenheid om te zien dat het leven meer waard is. 
“Wanneer er minder is, dan is er meer” zegt Moeder Elvira.

Wanneer we een nieuw huis van de Gemeenschap opendoen, dan is er meer armoede, zijn er minder dingen, minder comfort, meer offers te brengen: een klein huis, hard werken, één enkel toilet… Maar er is meer vriendschap, meer vreugde… wanneer het leven meer offers van ons vraagt, dan is het tijd om ons meer tot God te richten, dan is het tijd om elkaar in de ogen te kijken en te zeggen: “toch zijn we er, jij en ik, en we houden van elkaar, onze liefde is meer waard dan de materiële dingen”.

Onze job is ook meer dan wat je ermee verdient, het is een geschenk, het is een dienst, het is een talent, het zijn kwaliteiten die naar boven komen: creativiteit, intelligentie; Het is eenheid, hulp, solidariteit… het is niet alleen wat je verdient. Werken, zweten, zwoegen, iets overwinnen, offers brengen.

park1Het geloof helpt ons opnieuw een juiste verhouding tot (of relatie met) de dingen te vinden, een verhouding die werkelijk is, echt, authentiek.

In alle huizen van de Gemeenschap bidden alle jongens en meisjes, maar ook de medewerkers, elke dag het derde blijde mysterie van de rozenkrans (dit is deze van de geboorte van Jezus in een arme stal in Bethlehem) voor eenzelfde intentie. Hoe wordt Jezus geboren? Arm! Elvira laat ons dit mysterie bidden om een vrij hart te vragen, een hart dat onthecht is van de dingen, van het geld en van onszelf. Een vrij hart dat het geld apprecieert, maar er niet aan gehecht is.

Vragen wij om een nieuwe relatie met de dingen.

Vragen

- Wat is het belangrijkste in mijn leven: de mensen of het werk en de dingen?

- In mijn dagelijkse gesprekken: hoeveel spreek ik over het leven, over familie, over genegenheid… en hoeveel over geld?

- Voel ik me aan de dingen gehecht, of ben ik een beetje guller geworden? Deel ik op zijn minst iets met de anderen?

Laten we één opdracht per week kiezen om te groeien in mijn relatie tot de dingen.
Bv : beslissen om minder over geld te spreken / een daad van liefdadigheid/solidariteit/generositeit doen, hoe klein ook, naar de armen toe / meer aandacht schenken aan de mensen dan aan de dingen.


ONDERRICHT - 5. Paasboodschap Paus Franciscus - Fragment catechese Moeder Elvira

Merksem, 16 april 2016

Op deze Ouderbijeenkomst werd ter bezinning/catechese gebruik gemaakt van een toespraak van onze geliefde paus Franciscus enerzijds, en anderzijds een stukje uit een catechese van Moeder Elvira.
Op het einde waren er enkele vragen ter reflectie:

1. UIT DE BOODSCHAP VAN PAUS FRANCISCUS OP PAASZONDAG (27 april 2016)

pasquaDierbare broeders en zusters, zalig Pasen!

Jezus Christus, belichaming van Gods barmhartigheid, is uit liefde gestorven op het kruis en uit liefde verrezen. Daarom verkondigen wij vandaag: Jezus is de Heer!

Zijn verrijzenis vervult de profetie van de Psalm helemaal : Gods barmhartigheid is eeuwig, Zijn liefde is voor altijd, Hij zal nooit sterven. Wij kunnen ons helemaal aan Hem toevertrouwen en danken Hem omdat Hij voor ons tot in de diepte van de afgrond is neergedaald.

Tegenover de spirituele en morele diepten van de mensheid, tegenover de leegte die in de harten opengaat en haat en dood veroorzaakt, kan alleen een oneindige barmhartigheid ons het heil geven. Alleen God kan deze leegte, deze afgronden met Zijn liefde vullen, en ons in staat stellen niet in mekaar te stuiken maar samen op weg te blijven gaan naar het land van vrijheid en leven.

De blijde boodschap van Pasen : Jezus, de Gekruisigde, is niet hier, Hij is verrezen (cf Mt. 28,5-6), geeft ons de vertroostende zekerheid dat de afgrond van de dood overschreden werd en dat met Hem rouw, jammerklachten en angst overwonnen werden (cf Apoc. 21,4). De Heer die geleden heeft onder de verlatenheid door Zijn leerlingen, onder het gewicht van een onrechtvaardige veroordeling en de beschaming van een onterende dood, maakt ons nu deelgenoten aan Zijn onsterfelijk leven en geeft ons Zijn blik van tederheid en medelijden voor hongerige en dorstige mensen, vreemdelingen en gevangenen, marginalen en uitgestoten mensen, slachtoffers van misbruik en geweld. De wereld is vol mensen die in hun lichaam en geest lijden; dagelijks staan de kranten vol met nieuws over wrede misdaden - dikwijls begaan in het gezin, gewapende conflicten op grote schaal die hele bevolkingen onderwerpen aan onzegbare beproevingen…

…Aan allen die in onze samenleving iedere hoop en smaak in het leven verloren hebben, aan bejaarden die hun krachten in eenzaamheid voelen verminderen, aan jongeren die denken geen toekomst te hebben, tot iedereen richt ik opnieuw de woorden van de Verrezene: Zie, Ik maak alles nieuw … Aan wie dorst heeft geef Ik water van de bron van het leven, om niets (cf Apoc. 21,5-6). 
Moge de geruststellende boodschap van Jezus ieder van ons helpen om met meer moed, met meer hoop opnieuw op weg te gaan, om wegen van verzoening aan te leggen met God en de broeders; wij hebben dat zo nodig!


2. UIT DE CATECHESE VAN MOEDER ELVIRA OP DE ZONDAG VAN DE BARMHARTIGHEID (dit is de zondag na Pasen)

scintille1

  Gods Barmhartigheid is veel groter dan onze zonde  


"Ik geloof dat Jezus verrezen is. Daarom zeg ik dat ik geloof dat Jezus vrede is, dat Jezus de oneindige, oneindige, oneindige barmhartigheid van God de Vader aan ons komt openbaren. Hij zegt dat wij deze zondag als een tweede doopsel mogen ontvangen. Wij ontvingen het doopsel toen we klein waren. Nu heeft Jezus het gezegd tegen zuster Faustina, die nederige zuster... die een kokkin was. Welnu, toen Jezus aan deze zuster verscheen, sprak hij over de oneindige barmhartigheid. En hij zei: "Ik wil dat de hele mensheid dit weet."

We moeten onze ogen sluiten en binnen in ons zeggen: “Jezus, ik geloof, ik geloof in jouw oneindige barmhartigheid, ik geloof dat je barmhartigheid groter is dan al mijn zonden, groter dan alle zonden van de mensheid bij elkaar. Heer, ik geloof dat Gij mij terug ongerept wilt maken, opnieuw heel zuiver. Ik word een nieuwe schepsel, mijn zonden wegen niet meer (op mijn schouders). Zo is het, Hij wil ons dit geschenk geven op de zondag na Pasen. Wat heeft Hij gedaan zodra Hij zelf verrezen was? Hij heeft aan ons gedacht. Zondag is het het feest van onze verrijzenis. Jezus is verrezen en hij zei: “Ik zal het doopsel toedienen, het doopsel van de barmhartigheid. Dat is zo goed als iets reëel, iets tastbaar. Hij zorgt ervoor en wij zullen het daarna zien, in het paradijs zullen we het zien… datgene dat zijn barmhartigheid was. Maar wat zeker is, we plukken er de vruchten van."
(uit: "La Misericordia di Dio è più grande del nostro peccato")

3. VRAGEN VOOR ONZE REFLECTIE

- Wat vind ik het belangrijkste in deze tekst?

- Wat vind ik het mooiste in deze tekst?

 

ONDERRICHT - 4. Onze verhouding/relatie tot de anderen

Merksem, 19 maart 2016

ONZE VERHOUDING/ ONZE RELATIE TOT DE ANDEREN

Bekering betekent een nieuwe manier van leven met God, met mezelf en met de anderen. Bekeren betekent veranderen. Het zou interessant zijn om aan elkaar te zeggen (man en vrouw) waar we zien dat de ander veranderd is...

Bijvoorbeeld: “Sinds je met de Gemeenschap op weg gaat, glimlach je meer, je verwelkomt mij als ik thuiskom van het werk met een glimlach, ik voel opnieuw dat je van me houdt, je vraagt me soms om je te vergeven, je geeft mij opnieuw een hand… (of: je houdt opnieuw mijn hand vast...)"

Het is het mirakel van de bekering: je voelt je beter in je vel, maar ook met de anderen, en de anderen met jou… probeer om aan elkaar te zeggen “ik hou van jou!”.

Ik zou jullie nu 2 tips willen geven:

De eerste komt van de Paus, hij heeft aan de verloofden iets gezegd dat Elvira ons altijd al heeft gezegd: “Leer thuis 3 woorden te zeggen: Mag ik? Sorry en Dank u." Het zijn 3 woorden die in de Gemeenschap voortdurend gebruikt worden.
Probeer ook om s’ avonds mekaar bij de hand te nemen en elkaar te zeggen : “weet je, ik wou je vergeving vragen voor vandaag; ik had beloofd om je op te bellen, en ik heb het niet gedaan, ik ben het vergeten…” = de verhouding tussen jullie als echtpaar, als vrienden, als broers en zussen wordt de plaats waar jullie de liefde beoefenen en inoefenen. Zo leef je beter samen met de anderen.

De tweede tip is voor wanneer iemand je uitdaagt in je relaties thuis of op het werk… het zijn drie andere woorden, het is een houding : “tacere, ingoiare e soffrire” = “zwijgen, inslikken en het lijden ervan dragen” …(en na een poosje, ook glimlachen) Maar bovenal stil blijven.
In onze verhoudingen gebeurt het heel dikwijls dat de ene gelijk wil hebben… maar de andere ook: “ik heb gelijk!!” .. En dan wordt er geroepen, dan komt er ruzie van… Uiteindelijk zal er iemand gelijk krijgen…Maar in huis is er een helse sfeer, een explosieve spanning.

M. Elvira zegt: “waar dient het toe om gelijk te hebben als je daarvoor de vrede verliest en men oorlog voert?”. Ze zei dat eerst en vooral aan de vrouwen (maar het is ook geldig voor de mannen!) Nadien benadrukte ze ook de grootheid van een vrouw die kan zwijgen; die kan wachten tot het juiste moment om haar mond open te doen, misschien tot op het moment dat haar man kalmer is geworden en zijn kwaadheid wat afgekoeld is.

DE STILTE. Met de stilte laat je het geweten spreken in de ander en het spreekt meer dan een lange preek. Blijf stil en doe voort waar je mee bezig bent, misschien met droefheid in je ziel (hart), maar blijf in stilte, en laat God binnenkomen. Want als jij binnenkomt, dan wordt het een ramp.

"In het begin wensten wij in Gemeenschap elkaar de vrede bij de vredeswens tijdens de mis. Ik was toen 21 en ik had nog nooit tegen mijn vader of mijn moeder gezegd dat ik van hen hield. Ik had nooit de moed gehad om met mijn mond de gevoelens van mijn hart uit te drukken. Ik had de indruk dat zeggen “Ik hou van jou” tegen iemand iets was dat mij zou verkleinen.
Op een zekere dag gaf Elvira ons een nieuwe regel: tijdens de vredeswens moesten we van nu af aan elkaar in de ogen kijken en zeggen “Ik hou van jou” (= ti voglio bene). Het was een overwinning “ik hou van jou” te zeggen aan een broer, aan Moeder Elvira, aan mijn mama, mijn papa. De gevoelens van het hart uit te drukken, iets moois tegen iemand anders zeggen.
Daarna kwam er een andere zin: “Het is mooi dat je er bent (dat je bestaat/leeft)”;

Neem voor jezelf zo’n opdracht, bij voorbeeld s’ morgens bij het opstaan, kijk naar je vrouw en zeg haar “het is mooi dat je er bent”, of tegen jouw kinderen. Zoiets is belangrijk, de kinderen hebben borden zien vliegen en slechte woorden gehoord die hen en jullie hebben gekwetst. Zie hoe mooi het kan zijn als ze nu zien dat jullie van elkaar houden, als zij kunnen aanvoelen dat de liefde tussen jullie herboren is."

De bekering verandert je, je bent anders, je kunt nu ook kritische opmerkingen aanhoren/ontvangen in vrede; je bent bereid tot dialoog, tot het delen van jouw beleving met de anderen.

Stel jezelf de vraag: “kom ik goed met de anderen overeen, thuis en op het werk?” Het christelijk leven is 24/per dag. Je bent niet die ene thuis en die andere op het werk, in de kerk die ene en buiten de kerk die andere… anders zijn wij zoals jullie kinderen het zeggen : schijnheilig, mensen die dikke maskers ophebben!

We moeten onszelf zijn = mensen zijn die zich inspannen om hun leven en hun geloof ook op hun werkveld te beleven. Vroeger hoorden ze je de hele dag door klagen en vloeken en nu zien ze jou een kruisteken maken voor het eten, zonder schaamte, zonder angst… Je doet dit niet voor hen! Je doet dit niet om uit te pakken, maar omdat er een verandering is gebeurd in je leven. ZE ZIEN HET AAN JE! Iemand zegt “het geloof hoeft niet gezien te worden” maar dat is niet waar: het geloof is zichtbaar omdat jij verandert. Het is jouw leven dat veranderd is door de ontmoeting met de Heer. Ze zien het allemaal dat je veranderd bent, je bent vernieuwd, sereen, ontspannen, vredevoller…

Vragen voor de reflectie
- Hoe kom ik overeen met de anderen, en hoe komen de anderen overeen met mij?

- Is mijn verhouding tot mijn man/vrouw/kinderen/collega’s veranderd?

- Welke zijn, in dit verband, de zaken die ik zou moeten veranderen en waar ik wil aan werken?

Een werkpunt nemen voor deze week om aan mijn relaties met de anderen te werken.

Bijvoorbeeld: ‘s avonds een moment vinden om elkaar vergeving te vragen / dank u zeggen aan mijn vrouw voor het eten dat ze heeft bereid, voor de gestreken hemden… / een vreugdevol onthaal schenken aan mijn man/vrouw wanneer die terug thuiskomt van het werk / elkaar een omhelzing – kus – zegening geven voor het slapengaan / in stilte blijven en luisteren wanneer de ander spreekt…

 

ONDERRICHT - 3. Mijn persoonlijke relatie met God en de relatie met mezelf

Merksem, 16 januari 2016

TWEEDE CATECHESE
BEKEERDE OUDERS/GEREDDE KINDEREN
Alles wat je meegemaakt hebt, wordt een reden voor je verrijzenis, voor je nieuwe leven, voor je onderlinge relaties... met meer liefde, vergeving, vreugde. Je ontwaakt vanuit een mooie winterslaap, vanuit een verloren, verward en materialistisch leven. De drugsverslaving van je kind, dat kwam als een klap... maar achter die klap zat de streling van God die jullie het echte leven wou teruggeven.

Het confronteert jullie op zo’n manier dat het jullie “uitdaagt”. Maar het geeft jullie ook de kans om jullie te “openen”.

In onze vorige catechese hebben we op 3 punten gefocust, deze zijn de grondhouding/de basishouding van de bekering... laten we er nog eens op terugkomen ...

Het zijn 3 uitspraken die elkaar opvolgen:
1. Ik kan het niet alleen
2. Ik heb hulp nodig
3. Ik wil veranderen

Er zijn er die zeggen : “Ik ga één keer per maand (in Italië 1x/week) naar de Ouderbijeenkomst ...” En ze stellen zich daar tevreden mee, ze denken dat ze hun plicht hebben gedaan. Maar denk eens na, wat zou er gebeuren indien je slechts een keer per week zou eten?! Het volstaat niet om enkel naar de groepsbijeenkomst te gaan; het moet echt een “willen veranderen” worden, met dagelijkse stappen van bekering en gebed.

EERSTE PUNT VAN ONZE TWEEDE CATECHESEREEKS IS:
 MIJN PERSOONLIJKE RELATIE MET GOD EN MET MEZELF


2Merksem.janBEKERING = een andere kijk op het leven krijgen / een nieuwe manier van leven. Het is een actie van God, van de Heilige Geest, van zijn Liefde: langzaam vernieuwt ze ons, geneest ze ons, bevrijdt ze ons, zuivert ze ons... Ze verzoent ons met ons leven, ze geneest de wonden in de relaties .. en je merkt dat je een nieuwe mens wordt... Dat is de weg die de Gemeenschap aan onze jongeren voorstelt, maar ook aan ons, de ouders en de ex-jongeren...


We moeten de moed hebben om in gedachten even terug te gaan naar onze eerste ontmoeting met de Gemeenschap, toen wij er aankwamen met al onze problemen... en dan eens kijken hoe het NU gaat... Dan voel je, dat hoop ik toch, dat er binnen in je iets veranderd is! Er is al een beetje meer ademruimte, een beetje meer licht, hoop... Misschien ook al iets meer gebed, vriendschap... en een beetje minder eenzaamheid.


Het leven verandert als we de Gemeenschap ontmoeten. Wat is er veranderd? Ons innerlijk leven, ons intieme leven... Ieder van ons komt hier aan met een geschiedenis (familie, geboorte, verwondingen, omstandigheden ...) Dit is een uiterst belangrijke intieme en persoonlijke dimensie.
 
Als je niet tevreden bent met jezelf, dan is er niemand anders die je die tevredenheid zal kunnen geven. Integendeel, je ongenezen kwetsuren zullen op hun beurt de anderen kwetsen.

Er zijn dus in mij twee fundamentele dimensies: mijn relatie met God en met mezelf.

Ten eerste: God.
Denk hier eens over na: Wie was God voor jullie voordat jullie de Gemeenschap leerden kennen? Niemand? Een vijand? Een slechte baas? Een illusie voor de armen, opdat ze een beetje hoop krijgen over een betere wereld? Een idee? ... Of misschien (en dit dankzij een Christelijke opvoeding)  een vriendelijke Aanwezigheid ? Misschien een Vriend, een Vader ... hoe dan ook, Iemand die er was...

De Gemeenschap zegt: "God is er, en jij hebt het nodig om Hem te ontmoeten! Hij is een vriend, een Vader die om je geeft, die zorg draagt voor jou en die je wil redden. Hij is niet vies van mijn ellende/miserie geweest ... Hij is mij tegemoet gekomen in mijn zonde om mij te redden.” Dit gebeurde in de persoon van Jezus. Hij kwam naar ons en is gestorven aan het Kruis om ons te verlossen. Denken we ook maar aan onze Engelbewaarder, die zijn handen vuil maakte om ons te helpen, te redden...

6Merksem.janIn het begin vraag je je af: “Maar hoe heeft het gebed/God iets te maken met de verslaving van mijn kind?”

Elvira: "Het interesseert me niet of jij al dan niet gelooft in God (je gelooft waarschijnlijk wel in geld, of in de vele andere idolen die je aanbidt...). God zelf gelooft in jou en wij geloven voor jou. Je bent niet alleen naar hier gekomen om bevrijd te worden van de drugs, maar ook van al je angsten, van je verleden. Probeer vertrouwen te geven, wij geloven in je. Anderen zeggen me uitdagend, alsof ze me op de proef wilden stellen: maar die God, die kan ik niet zien! En ik vraag hen: Maar heb jij de deur geopend voor Hem? Heb je geprobeerd om Hem te zeggen “Heer ik heb Je nodig, help me!”... Velen van jullie hebben dit gezegd, toen ze in het diepste van hun ellende zaten, ten einde raad waren.
"

De deur van het hart heeft slechts één deurklink en die zit aan de binnenkant! Als ik om hulp vraag, dan open ik de deur naar God die mij gelukkig wil maken, opdat mijn vreugde compleet zou zijn. Laat Hem binnen en je zal gelukkig zijn. Er zal een nieuw licht in je ogen zijn, dat is de bekering.

Hoe kunnen we God opnieuw verwelkomen in ons leven? Door het gebed: persoonlijk, in de Gemeenschap/in groep, in het gezin, door de rozenkrans te bidden in het gezin, door dagelijks het Woord van God te lezen (en erover na te denken).

Ik vraag dit jullie in alle eerlijkheid, wie van jullie bidt thuis samen de rozenkrans? Ik ben er zeker van dat diegene die dit doet, zich nadien beter voelt! Wij ervaren dit ook in de Gemeenschap. “Wanneer ik bid, dan voel ik me beter!”. Het is een mooie catechese-les! Het leven in Gemeenschap is veel eenvoudiger.. soms hebben we momenten dat het niet goed met ons gaat. En we beseffen; ik moet meer bidden, ik moet me herpakken. Dit geldt ook voor ons, voor mij vandaag...

Moeder Elvira zegt: "Wie goed bidt, die leeft goed".

Bidden betekent God opnieuw verwelkomen in mijn leven. Probeer het eens om ’s avonds elkaar bij de hand te nemen (voor hen die samen zijn als echtpaar; al denk ik, jammer genoeg, dat de echtparen niet in het merendeel zijn) en samen een tientje van de rozenkrans te bidden; een stukje van het Evangelie te lezen en elkaar te zeggen wat je geraakt heeft.
God opnieuw verwelkomen in mijn eigen leven = je eigen leven opnieuw verwelkomen! Je merkt het niet onmiddellijk, maar je gaat je beetje bij beetje beter voelen: ik ben in vrede met jezelf! =  ik ben verzoend met mezelf = ik kom in vrede met mezelf = het is een nieuwe manier van leven, van hoe ik met mezelf omga.

Datgene waarover jij je schaamt, waarover je jezelf veroordeelt, datgene dat je soms verstopt voor jezelf, voor anderen... dat ga je nu als een geschenk “beleven”... Je voelt je bevrijd door de Heer, en je kan het zelf aan de anderen zeggen. Ik ben verzoend met mezelf...

Hier vraagt don Stefano ons: "Ben ik verzoend met mezelf? Ben ik in vrede met mijn eigen persoonlijke geschiedenis? Als ik aan mijn ouders denk (ook als ze reeds in de hemel zijn), voel ik me dan rustig, in vrede?"

Elvira is op dat punt een groot voorbeeld voor ons en onze jongens: haar vader was een alcoholist, ze waren arm en geïmmigreerd vanuit het Zuiden... Elvira heeft veel beschamende momenten doorgemaakt, bv als hij haar dronken kwam afhalen van school; als ze midden in de nacht sigaretten moest gaan kopen voor hem...

Ze heeft dit alles in het Licht van de Heer gebracht en Hij heeft haar bevrijd. Zo voelt ze zich veel lichter (zoals iemand die een lange weg afgelegd heeft met een zware rugzak... Als hij die afdoet... aaah... dan lijkt het alsof hij kan vliegen!) En zo kan dit ook voor ons gebeuren...3Merksem.jan

Ik verklap je een geheim om in vrede te komen met datgene dat moeilijk is: je moet niet aan je vader, je moeder denken in de momenten dat ze je pijn hebben gedaan, je gekwetst hebben... neen, denk aan hen in de momenten dat ze klein waren: arme  en gekwetste kinderen... angstig, verpletterd door de problemen zij hebben meemaakten... in het stukje geschiedenis dat je niet kent van hen. Daar zal je hen kunnen omhelzen en vergeven. God verandert je veroordelende blik in een barmhartige blik. Vraag dat als een geschenk aan de Heer in het gebed, opdat je hen niet langer als gekwetste zoon/dochter bekijkt, maar als een barmhartige moeder/vader. 
Verander het perspectief: word jij nu “ouder” en kijk naar het arme kind (in hen) dat lijdt en omhels hen, ... (tel tot 7) ... en je zal in vrede komen met jezelf.
Je zal je verzoenen met jezelf.
Elvira: "Vandaag kan ik zeggen dat mijn vader mijn eerste “universiteit” was. Hij was de eerste arme die ik moest verwelkomen, beminnen en dienen.

Hoe ben ik zelf met mezelf en met God? Wie was God voor mij, en wie is Hij voor mij vandaag? Het is zo mooi als hij een vriend geworden is, een Vader, iemand waarin ik vertrouwen heb, aan Wie ik alles kan zeggen, ook al die dingen die ik nooit zou kunnen zeggen aan mijn man/vrouw.
En hoe ben ik met mezelf? (niet met mijn vrouw / man / dochter / of anderen ...) Hoe mooi moet het zijn als ik me goed voel met mezelf. Het is mijn wens voor jullie, het is het wonder dat ik al vele keren heb zien gebeuren. Ook bij Moeder Elvira bijvoorbeeld: zij is een vrouw die zich goed in haar vel voelt, vrij van haar verleden, vrij in het heden. Ze voelt zich  goed met haar vader/moeder, met ieder van ons.
Het is zo belangrijk: zich goed in zijn vel voelen. In vrede zijn met onze eigen geschiedenis...

De vragen waarover we mogen reflecteren:

1.    Wie was God gisteren voor mij en wie is Hij nu voor mij, vandaag?
2.    Hoe verwelkom en beleef ik het voorstel van het persoonlijke gebed en hoe wordt dit  beleefd in de familie?
3.    Ben ik in vrede met mijn verleden en met mijn geschiedenis?
4.    Waar zie ik al verandering in mijn leven? Waar voel ik me veranderd?
5.    Wat zijn belangrijke punten die ik wil veranderen?

 

OUDERBIJEENKOMST -  21 november 2015 - startpunt: Video over Congres van de Barmhartigheid in Rome in 2008

Merksem, 21 november, 
Weekend van Christus Koning

"Leer te vergeven, vergeef jezelf, vergeef elkaar! Bemin, je "moet" beminnen, want God is Liefde!" Moeder Elvira


Daar er de vorige maand veel afwezigen waren, hebben we op onze derde bijeenkomst het onderricht van de vorige maand in grote lijnen hernomen. Zie onderaan...

LOGOOp 8 december start het Jaar van de Barmhartigheid; onze Paus kondigde aan dat die dag in alle kerken een “heilige deur geopend wordt”: de deur van de Barmhartigheid. Naar aanleiding van dit bijzonder jaar bekeken we de video-opname van het Congres rond de Barmhartigheid: het vond plaats in Rome, in 2008, en Moeder Elvira gaf er een ontroerende getuigenis. De opname is onderaan dit artikel te bekijken, met Engelstalige ondertiteling. 
(onze excuses dat er geen Nederlandstalige ondertiteling bestaat voor deze opname, maar we hebben er het volle vertrouwen in dat men in België en Nederland zich goed kan behelpen in het engels.) Na de opname deelden we wat ons geraakt had: verschillende uitspraken van Moeder Elvira werden vernoemd, alsook het opmerkelijk feit hoezeer Mongseigneur Schönborn, aartsbisschop van Wenen, ontroerd was en vol liefde, respect en bewondering naar dit “kleine dametje” keek die haar getuigenis gaf. Je zag die liefde en dit respect ook op de gezichten van alle aanwezige jongeren van de Gemeenschap. Ze zongen samen het lied “Aprite le porte a Cristo” – “Open de poorten voor Christus”. Dit lied werd, toen het gemaakt werd, opgedragen aan Paus Johannes Paulus II. 


“Eén van de dingen die we onze kinderen hebben geleerd, is geknield bidden, voor het Heilige Sacrament van Jezus”, zei Moeder Elvira. Na het moment van onderling delen, brachten we alles wat in ons hart leeft bij Jezus in de kapel, terwijl we de Droevige Mysteries baden op het Feest van Christus Koning: Jezus die geen koning is van deze wereld en die nooit het kwaad met het kwaad wou vergelden. Hij is een “koning” die zijn hart openzet voor de mensen, die zich ophoudt met zieken, armen, mensen die nergens meetellen. Een koning die op een ezel zit. Die voeten wast. Die een kroon van doorntakken wordt opgezet en wiens troon hier op aarde, het kruis is.  Als wij ons toevertrouwen aan Hem, laten wij toe dat Hij “koning” wordt in ons hart. En in verbondenheid met Moeder Elvira mochten ook wij bidden: “Heilig Kruis van God, laat ons niet in de steek.”, een gebed die zijzelf in die moeilijke tijden van haar moeder had geleerd.

Enkele van onze jongeren hebben een getuigenis gegeven naar aanleiding van de video-opname die we bekeken hebben over het Congres van de Barmhartigheid. (zie hierboven) 

LARS

"Vergeven is zo mooi!”, je ouders vergeven, .... dit leer je allemaal tijdens je parcours in de Gemeenschap. Maar als je thuis komt, dan ontdek je dat het voor je broers/zussen moeilijk is. Het is het verhaal van de Verloren Zoon: diegene die vroeger alles verprutst had, komt thuis en er is een feestje... Ik leerde hieruit dat het voor de thuisblijvers niet zo evident is, dat het belangrijk is om hen om vergeving te vragen. In mijn hart heb ik een heel grote dankbaarheid voor alles wat Moeder Elvira voor ons gedaan heeft: ze heeft haar leven "totaal"  gegeven voor ALLE JONGEREN.

MICHAËL
Bij het zien van het filmpje komen veel herinneringen naar boven, in het bijzonder die van het feest, waarbij we de intrede van Moeder Elvira in het klooster te Borgaro herdenken. Tijdens de homilie weende Moeder Elvira. Ze kon niet meer praten maar toch ging er zo’n grote kracht van haar uit.

PASCAL
“We mogen niet beschaamd zijn over onze afkomst, we zijn allemaal publieke zondaars” is iets dat Moeder Elvira ons dikwijls zei. Dit heeft ons telkens geholpen om “losser” te komen, ons niet langer te verschuilen achter maskers...

 

VIDEO-OPNAME getuigenis Moeder Elvira op het Congres van de Barmhartigheid in Rome - engelse ondertiteling

 


ONDERRICHT - 2. Alleen kan ik het niet redden

 Merksem, 17 oktober 2015

WEDERGEBOORTE VAN FAMILIES
Onderricht  - 2. Alleen kan ik het niet redden

Verleden maand hadden we het over “fare verità” =  de waarheid “doen” =  er actief mee bezig zijn.
Jullie gingen naar huis met een dubbele opdracht:
1.    Elke dag een tientje bidden (voor het slapen gaan)
2.    Soms een moment van stilte te nemen en jezelf de vraag stellen: 
“Kruis van mijn kind, wat wil je me zeggen?”
De waarheid doen, waar worden in en met onszelf, daar begint de missie die bekering heet.

Paus Franciscus  gebruikt in zijn homilieën altijd 3 kernelementen, als drie nagels die hij goed in onze hersenen wil prenten:
    1.    De waarheid in ons helpt ons een stap vooruit, opdat we zouden zeggen: IK KAN HET NIET ALLEEN
    2.    IK HEB HULP NODIG
    3.    IK MOET VERANDEREN; IK WIL VERANDEREN
    1+2+3  = Als een jongere dit doet in Gemeenschap, maakt hij/zij progressie… zo ook jullie, ouders.


1.    IK KAN HET NIET ALLEEN
We hebben geprobeerd om het alleen op te lossen: “Mijn zoon is anders dan de anderen, het lukt ons wel op ons eigen houtje!”… We hebben van alles geprobeerd zonder resultaat. Totdat jullie de Gemeenschap hebben leren kennen = samen op weg gaan!
Als we ons bewust worden van  “Ik kan het niet alleen”, dan begint de weg van de redding.

Als integendeel jullie zoon/dochter nog denkt: “Ik kan het wel op mijn eentje”, en dan korte tijd nadien bij jullie thuis komt aankloppen met die woorden in de mond: “Het lukt me wel op mijn eigen houtje!”… en jullie denken er ook zo over, ja, dan begint deze lijdensweg voor jullie allemaal opnieuw...

Alleen kan ik mezelf niet redden: daarom heeft God de Vader Jezus naar ons gestuurd: om ons te redden!
Het is mooi wanneer wij dan zeggen: “Heer, alleen lukt me het niet… ik heb je nodig!” Ook als we het tegen onze vrienden zeggen: “Vrienden, alleen lukt het me niet… ik heb jullie hulp nodig!”
Samen met God en samen met de anderen zullen we de strijd winnen.


2.    IK HEB HULP NODIG
Ik ontvang de hulp, ik verlang ernaar, ik ga ernaar op zoek. Sommigen van jullie hebben het meegemaakt met jullie eigen kind: “Papa, mama, ik heb jullie hulp nodig!” Hij is met een open hart gekomen, ondanks zijn fouten. En jullie hebben hem goede hulp aangeboden, gelukkig maar! Want het had ook “verkeerde”  hulp  kunnen zijn, die hem opnieuw gekwetst en ontgoocheld zou hebben.

Wanneer het leven ons om hulp doet vragen, dan komt de redding binnen. Zoveel jongeren komen als ongelovige aan in de Gemeenschap (een beetje zoals jullie hé). 
Maar ze hebben hulp nodig , en ze zijn bereid om de hulp van God te ontvangen: HET GEBED. Ook aan jullie wordt het gebed voorgesteld. De Gemeenschap stelt u voor om een tientje te bidden voor het slapengaan… probeer het, wat kost het je? Het kost je minder dan de dokter! Zeg dan: “Heilige Maria Moeder Gods, bid voor ons NU en in het uur… NU, juist NU, is het tijd om de hulp van God te ontvangen.

Het is de weg van het geloof en de broederlijkheid, de weg van God en de anderen. God die mij tegemoet komt in de anderen en de anderen die mij naar God brengen.
Ik heb zorgen, lijden… Ik heb hulp nodig… ik heb jou nodig… dat te zeggen, geneest mij… en geeft een grote vreugde aan de ander.

Wanneer Moeder Elvira tegen mij zegt: “Ik heb je nodig”, dan ben ik altijd gelukkig. Misschien kan ik haar niet helpen, maar toch ben ik er, eenvoudigweg, aanwezig, nabij.
IK HEB JE NODIG: woorden die genezen en bevrijden… "ik ben geen superman, ik heb je nodig!"
"Ik,  don Stefano, ik heb jullie nodig, jullie ouders, jullie, jongens en meisjes, broers, zusters, vrienden… van de Gemeenschap. Alleen zou het leven zo leeg en droevig zijn!" Maar er zijn er ook ouders die zeggen: “Ik heb nood aan de oudergroep, ik moet er naartoe!”

Laat ons nu samen zeggen : “JEZUS, IK HEB JE NODIG!”.  Sluit de ogen en zegt het tegen Jezus. En ook aan jullie man, vrouw, je naaste: “IK HEB JE NODIG!”.
 KIJK ELKANDER IN DE OGEN EN ZEG HET TEGEN ELKAAR: “IK HEB JE NODIG!!!”



3.    DE WIL OM TE VERANDEREN
God verandert je door het gebed van de anderen. Als een jongen hulp ontvangt, dan verandert hij, hij heeft de deur opengedaan. Er komt snoeiwerk aan te pas opdat het leven opnieuw tot adem kan komen: oppervlakkigheid, egoïsme, ziekelijk genot… begin er maar mee te vechten, heb geen angst als je  je in die strijd bevindt, je bent wakker geworden! In die strijd zal je groeien, bidden, herbeginnen, hervallen, heropstaan…
De wil om te veranderen mogen voelen… dat is prachtig! Er komt een moment in het leven waar je die wil mag voelen, het is een wondermooi moment. Je wordt bewust van je nood en van je wil om te veranderen: HET IS MOGELIJK!

MAAR WAT MOET IK DAN VERANDEREN???? 

Dat kan je best aan de anderen vragen. In de Gemeenschap houden wij regelmatig een moment wat wij “levensrevisie” noemen. Ik vraag dan hulp aan de anderen op een manier dat zij niet meer bang hoeven te zijn om mij te zeggen wat zij in mij zien, datgene dat ik best zou veranderen. Wees gerust, je zult genoeg te horen krijgen om aan de slag te gaan. Je komt eruit met hoop en ook zelfbewuster.

Het is voldoende om zich de vraag te stellen: “Wat kan ik doen opdat de anderen, mijn vrouw en mijn kinderen gelukkiger zouden worden?”. Niet door een taart voor hen te kopen of iets dat zij leuk vinden… MAAR wat kan ik veranderen in mezelf opdat degenen die met mij leven zich beter gaan voelen? De richting is veranderd: het is niet meer: “Wat de anderen zouden moeten doen”, maar “Wat kan en moet IK doen opdat het leven van de ander beter zou worden?” Dat is DE MISSIE.
Je verandert van binnen, je verandert je gedrag ten overstaan van je vrouw, je verhouding met het geld, met de materiële dingen verandert… Vroeger dacht je er altijd aan, sprak je enkel en alleen daarover, nu begin je te veranderen dankzij het “kruis” van je kind. Moeder Elvira zei dikwijls dat de bekering ook langs de portemonnee passeert. De wijsheid onthecht je van de materiele dingen, je blijft niet meer gierig, gulzig, gehecht aan het VERGODDELIJKTE GELD dat op de eerste plaats kwam… hoe droevig!

Vele van jullie zijn al veranderd, dikwijls hoor ik hier mooie getuigenissen van hoe jullie anders leven, jullie verhouding is anders geworden, de manier om de moeilijkheden aan te pakken… Een nieuwe kijk op het leven , op je vrouw, op je man, op je verhouding met de materiële zaken… Dat is heel mooi, dat is een getuigenis die de wereld nodig heeft.

Als wij deze veranderingen ontvangen, dan brengt God ons ook in beweging naar de anderen toe. Wat wij dan doen wordt echt, het is geen compensatie meer voor al onze mislukkingen; Nee! Het wordt dan de uitdrukking van mijn verrijzenis. Het zijn dan authentieke daden van liefde. We gaan verkondigen, we zijn getuigen van iets moois.

En dan sturen we jullie allemaal naar de MISSIES. We hoeven niet direct naar Peru of Brazilië te vertrekken om "in de missies" te zijn; Hier om ons heen is die ook aanwezig: er zijn zoveel droevige families, wanhopige jongeren en ouders…
En als je wilt, kom een poosje naar de Gemeenschap, kom een tijdje samen met ons leven, samen werken met de jongeren, jullie kennis doorgeven (tuin, knutselen, …)

4.    MOMENT VAN STILTE
Een moment waarin we delen over dit onderricht, in kleine groepjes. Diegene die gesproken heeft, zegt op het einde: “IK WIL VERANDEREN! ALSJEBLIEFT HELP MIJ. DANK U”

 

ONDERRICHT - 1. Laten we in waarheid herbeginnen

Merksem, 19 september 2015
WEDERGEBOORTE VAN FAMILIES
Onderricht -1. Laten we in waarheid herbeginnen

Een nieuw jaar, een nieuwe start!
We komen samen om kracht en hoop aan elkaar te geven, om de overgang te maken van een periode van droefheid naar die van de vreugde, van een periode van ,verslaving naar die van de vrijheid.
Elvira zei dikwijls dat het grootste wonder niet de jongeren zijn, maar de ouders. Families waar het kwaad zoveel kapotgemaakt had en waar God nu herboren wordt, waar Hij verrijst: in het gebed, in de vergeving, in de liefde, in het elkaar opnieuw omhelzen, in het goede wensen voor de ander…

EEN WEG
Verleden jaar was het voor de Kerk het jaar van de missie (Paus Franciscus)
“God houdt van wie met vreugde geeft”

Waarom ben ik hier vandaag gekomen?
•    Omdat ik moet? Omdat anderen er ook naartoe gaan?
•    Uit dankbaarheid? Om mijn zoon/dochter te steunen, te volgen?
Het is allemaal juist, maar het is méér dan dat, het is een missie! We zijn hier gekomen om een nieuwe kwaliteit voor ons leven te vinden; opdat ons leven zich voor de redding zou openstellen, opdat wij de hand van God die ons uit het moeras wil halen, zouden grijpen.

De weg in de Gemeenschap Cenacolo wil ook ons erbij betrekken, hij daagt ons uit, doet ons uit onze schelp komen: “Kom eruit!”
Don Stefano zegt: “Je komt naar de Gemeenschap, een plaats waar je veel hebt gevonden: God, de vrede, vrienden… Maar het is ook een plaats die je soms ook enorm dooreenschudt. De liefde, het leven: ze hebben tederheid nodig, maar moeten soms ook eens stevig door elkaar geschud worden”

IN ITALIË
•    1 keer per maand komen de ouders samen in de Gemeenschap (Envie)
•    1 keer per week komen ze samen in hun groep in hun streek (dat wordt ook aan ons gevraagd)
•    1 keer per jaar is er een bedevaart (Maria)
•    1 keer per jaar is er het “Festa della Vita” (Feest van het Leven)
Waarom zoveel inspanningen?

DE MISSIE : de eerste missie is de bekering. Als we het woord “missie” horen, dan denken wij aan “iets doen voor de anderen”… héél mooi! …MAAR… er is een andere missie (die hieraan voorafgaat): de missie van God in ons; wat God in mij doet; en dat wij Hem laten doen!

MOEDER ELVIRA ZEGT :” Vanaf het begin hebben de jongens, jullie kinderen, mij geleerd hoe belangrijk het is om ook hun families te verwelkomen. En ze bij de weg van wedergeboorte van hun kinderen te betrekken. Ik heb hen véél gevraagd en dat doe ik nu nog altijd: de bekering! De ouders zouden bijna altijd liever een maandelijkse bedrag betalen. Vooral als ze wanhopig zijn. Ik heb altijd aan de ouders gezegd die mij hun kind brachten en die hun hand bij hun portefeuille deden en vroegen “zuster, hoeveel moet ik betalen voor mijn zoon die hier zal verblijven? Hoeveel kost het?” Ik antwoordde dat het leven van de kinderen niet met geld wordt betaald. Geld hebben de kinderen al gehad, véél, en te véél! En ze zijn eraan kapot gegaan. Ik zeg aan de papa’s en de mama’s: wij willen geen geld, maar een samenwerking die jullie levens erbij zal betrekken, jullie keuzes, jullie dagelijkse stappen. Jullie moeten samen met jullie kind op weg gaan. Jullie moeten samen met hem veranderen! De wedergeboorte van jullie kind wordt betaald door jullie bekering.

Ik vraag de ouders om samen te bidden, en op die manier treedt de waarheid van God binnen in de familie en verlicht wat zij fout hebben gedaan. Omdat de gedrogeerde zoon ook een beetje een mislukking voor hen als ouders betekent. En de ouders voelen zich daar schuldig voor en geven elkaar de schuld. Maar dat schuldgevoel dat dikwijls op de schouders van de partner wordt gelegd moet waarheid worden, waarheid van elkeen tegenover zijn geweten. Waarheid en vergeving. Aan de ouders zeg ik: de grootste kracht om jullie kind te redden is dat jullie zich bekeren. Dat jullie verenigd zijn om hem te redden. BEKEERDE OUDERS, GEREDDE KINDEREN!

Veel ouders hebben ervaren dat het kruis van hun verloren kind, het kruis dat hen op de knieën heeft gezet, de bron is geweest van hun bekering. Wat het ongeluk van heel de familie leek te zijn, dat heeft God aangegrepen als een gelegenheid tot bekering van iedereen, een gelegenheid om de echte waarden van het leven te herontdekken. Waarlijk, alleen onze God kan de duisternis in licht veranderen, Hij alleen kan het goede naar boven halen daar waar het kwade schijnt gewonnen te hebben.“
Zo spreekt moeder Elvira over de ouders en het belang van hun bekering.

Dan rijst er de vraag : 
WAT MOET IK DOEN? Waarom ben ik hier? Missie, bekeren…? Wat is dat nu echt?
Probeer aan uzelf de vraag te stellen: “Wat wil God mij zeggen door het kruis van mijn kind?” Jullie hebben ontdekt (of zullen ontdekken) dat dit kruis een geschenk voor jullie wordt. Niet voor jullie kind, maar voor jullie zelf! DUS: onze eerste MISSIE is NIET (HET ZELF) DOEN maar GOD LATEN DOEN!

EERSTE STAP: de handen uit de mouwen steken en aan de slag gaan: niet naar buiten gaan, naar de anderen toe, maar naar binnen, in mezelf. En ik kan jullie verzekeren, het verloopt er veel moeizamer, er wordt veel meer gezweet. De innerlijke weg beginnen die ons, en wie weet waarom, soms afschrikt.
De jongeren in Gemeenschap spreken over “fare verità”, letterlijk vertaald, “de waarheid doen”, eerlijk met mezelf worden. Dit is niet hetzelfde als “de waarheid zeggen”, het is concreter, er moet aan gewerkt worden. Het is een weg, dus: we "moeten" stappen zetten, zweten, moe worden, soms ontmoedigd geraken… maar na een steile helling wordt er dikwijls een prachtig, onbekend landschap ontdekt (vraag het maar aan Greet! - nota: Greet maakte een pelgrimstocht per fiets vanuit Nederland naar Santiago, om bekendheid te geven aan de Gemeenschap Cenacolo)

Dus, het is geen fantasie, geen theorie, noch is het de waarheid die ik aan de andere zeg… neen, het is een weg, de Weg van de Waarheid binnen in me (leven in de waarheid). Je moet het willen, je moet er zelf voor kiezen. Het is een deur met één enkele klink, aan de binnenkant, jij kiest of je ze wel of niet wil opendoen.
Ook jullie kind in de Gemeenschap moet dezelfde keuze maken. Hij kan er anders zolang staan (of liever blijven zitten) voor zovele redenen; er blijven, maar zonder iets te doen, zoals de banken in de kapel. Tot het MOMENT dat hij de deur opendoet, dat hij bewust wordt van een nood in zichzelf, dat hij beseft dat er iets moet veranderen.
Ook wij moeten er bewust van worden, en daarvoor dienen we het kruis te ondervragen: “Kruis van mijn kind, wanhoop van mijn kind, wat wil je tegen mij zeggen? Kruis dat bij ons thuis kwam aankloppen, wat wil je tegen ons zeggen?"

PAS OP! Het is een moment van grote strijd en moeilijkheden. Het lijkt dat het kwaad weet dat, als je die deur opendoet, de weg van de redding voor jou begint. Hij suggereert je 1000 excuses om het niet te doen: “Hij heeft de Gemeenschap nodig, ik niet! Hij heeft zich gedrogeerd, ik niet! Ik heb heel mijn leven gewerkt, ik heb mijn plicht vervuld, ik heb hem onderhouden (kinderen dienen geliefd en opgevoed te worden) zoveel excuses om de klink niet om te draaien, omdat we bang zijn. Die excuses zetten zich dan om in verdediging, beschuldiging, weigering, hardheid… Schuldgevoelens die bij de mama’s droefheid en slapeloosheid veroorzaken, en bij de papa’s het hart doen verharden. En toch hebben die schuldgevoelens ook iets te zeggen, namelijk dat je bij het leven van je kind betrokken bent, je bent niet onverschillig!

“FARE VERITA” = eerlijk worden met mezelf. Het is niet de waarheid aan de anderen zeggen, het eruit flappen: “Trek er jullie plan mee!” Maar in mezelf eerlijk worden, de waarheid verwelkomen in mezelf. Dat is het werk van God, Hij is de Waarheid. God laten doen, mijn geweten door Hem laten verlichten in het gebed.
OPGELET! Het is een waarheid die ons niet veroordeelt! Integendeel, ze bevrijdt ons… open de deur… en er komt onmiddellijk een beetje frisse lucht binnen, aaah, je kan weer ademen! Het is de eerste stap, met die frisse lucht, die jullie hoop zal geven; Hoop: het lijden dat jullie thuis hebben beleefd is niet alleen kwetsuur, niet alleen een zwaard dat jullie hart heeft doorboord, maar het is een mogelijkheid om opnieuw te starten.
Als de eerste stap in de waarheid er niet is, dan kan het kruis dat jullie gedragen hebben niets BAREN dan woede, opsluiting, veroordeling, vervalsing… De Waarheid integendeel is de Verrijzenis: Jezus is gestorven om mij te redden, niet om mij te veroordelen, maar om mij de volheid van het leven te schenken.

OEFENING:
1.    Bidt elke avond samen een tientje voor het slapengaan.
2.    Neem soms een moment van stilte en vraag “kruis van mijn kind, wat wil je me zeggen?”

VOLGENDE KEER: 3 PUNTJES OM BINNEN IN ONS OP WEG TE GAAN...