Tommaso

tommaso


Mijn naam is Tommaso, en ook ik ben een "zoon" van deze Gemeenschap die zich, en niet alleen voor mij maar ook voor anderen, tot instrument van God heeft gemaakt opdat ik de gave van het leven opnieuw ten diepste kan waarderen.

Terugkijkend op mijn verleden, realiseer ik me dat er van kinds af aan altijd een constante strijd is geweest tussen goed en kwaad. Geboren en getogen in een fijn christelijk gezin, heb ik nooit genegenheid en liefde gemist, vooral niet van mijn moeder, een vrouw van geloof, met wie ik altijd een heel hechte band heb gehad.

Bij mijn vader was de relatie helaas anders: hij was erg toegewijd aan zijn job, en daardoor leek hij eerder een “vreemde” als het ging om het samen delen van een passie, een hobby of een sport. Bovendien zorgde zijn introverte karakter ervoor dat hij niks deelde van wat zich binnen in hem afspeelde, en hij zijn toevlucht zocht in  de drank. Dit had tot gevolg dat ik hem in de loop van de tijd ging veroordelen en verachten, doordat ik hem vaak vergeleek met andere vaders die meer aanwezig waren in hun gezin dan hij bij ons.

Naast alles wat ik binnen ons gezin meemaakte, ontbrak het me ook niet aan wereldse problemen, onder meer doordat ik me onwaardig voelde daar ik “mollig” was. Nadat ik meerdere keren gekwetst was door mijn manier van zijn, begon ik al snel mijn eerste grote maskers op te zetten.

Ik kon daden van solidariteit stellen voor mensen in nood - ik ben een paar jaar in Lourdes geweest als brancardier - en tegelijkertijd gedroeg ik me als een bullebak, en bespotte ik de zwaksten en de meest weerloze mensen, om de enige reden dat ik geaccepteerd wilde worden door leeftijdsgenoten die meer aanzien hadden.

Ik was amper veertien toen ik voor het eerst experimenteerde met drugs. Vanaf dat moment is het beginnen “escaleren”, en in de loop der jaren heb ik alles geprobeerd opdat anderen me meer zouden zien om wat ik deed dan om wie ik was.

Deze houding heeft ook zijn invloed gehad op de verschillende relaties die ik door de jaren heen had met meisjes met wie ik een nauwe band had. Vaak “speelde” ik met “nemen” en “weggooien”, alsof ik de waarheid wilde testen van wat ze zeiden dat ze voor me voelden. Ik was constant op zoek naar bewijzen van interesse van de anderen, van hun blik op mij, vooral omdat ik niet in staat was om positief en sereen naar mezelf te kijken.

In al die jaren heeft het vertrek van mijn vader uit ons gezin, de voortdurende ruzies, het verbale geweld tussen ons allen, en last but not least, de drugs die me al meerdere jaren kapot maakten, ertoe geleid dat ik op de bodem van het vat belandde.

Ik geef toe dat het niet gemakkelijk was om om hulp te vragen: ik had de afgelopen jaren al geprobeerd om er uit te komen, maar uiteindelijk was ik eerlijk met mezelf: ik wist dat ik daar nooit alleen zou in slagen… ik liet me bij de hand nemen en arriveerde bij de Gemeenschap Cenacolo. Dit was als “laatste redmiddel”.

Ik herinner me het enthousiasme dat in mij ontstond, alleen al door te luisteren naar de jongens die de intakegesprekken deden, of de verbazing die ik heb ervaren toen ik zag dat na het delen van de mislukking van mijn leven niemand aanstoot aan me nam.

Vanaf het begin ben ik er helemaal voor gegaan, ik wilde en wist dat ik beter kon. Ik vertrouwde op wat de Gemeenschap mij aanbood en “vloog” naar Kendal, Engeland: dáár ben ik mijn weg in de Gemeenschap begonnen.

Ik verbleef er meer dan twee jaar. En door veel gebed en strijd, groei en veel waarheid, heb ik niet enkel mezelf teruggevonden, maar bovenal die God ontmoet die barmhartig is, vooral in de relatie met mijn vader met wie ik me, in een lange omhelzing, heb verzoend na jaren van totale duisternis en verdeeldheid. Ik was nog maar een jaar op weg in de Gemeenschap en het leek me ongelooflijk dat er in zo'n korte tijd zoveel dingen weer op de rails konden komen.

Vandaag ben ik in Lourdes en enorm dankbaar voor het vertrouwen dat de Gemeenschap in mij heeft. Ik was iemand die tot voor kort zonder drugs zelfs voor zijn eigen schaduw bang zou zijn geweest, terwijl ik vandaag een ijverige man ben, vrij en in staat om lief te hebben. Onder de moederlijke blik van Onze-Lieve-Vrouw probeer ik te leren van mijn naaste te houden om elke dag te kunnen geven wat God, via de Gemeenschap, in mij heeft veranderd. Dank, Tommaso