Frédéric |
|
Hallo iedereen: mijn naam is Frédéric en ik ben geboren in het noorden van Frankrijk. Mijn familie is gekenmerkt door de afwezigheid van goede familiebanden. Er was veel ruzie en weinig waarheid tussen m’n ouders. Mijn jeugd is beschadigd door al het geweld dat ik om me heen zag en hoorde. Ik had liefde en vrede nodig. Toen ik al die conflicten meemaakte waar ik niet veel van begreep, begon ik mijn eigen wereld te creëren; daar vluchtte ik in en verstopte me er om niet te hoeven lijden. God bestond voor mij niet omdat niemand me ooit over Hem verteld had. Mijn ouders, verwond in hun leven, maakten zelf, telkens weer, diezelfde fouten uit het verleden en dat is wat ik meemaakte.
In de puberteit ben ik begonnen met klussen en mijn eerste slechte gewoonte was om op mijn weg naar school of werk te stelen. Na een korte tijd zijn daar ook harddrugs bijgekomen. Ik ben als visser gaan werken: gedurende 2 maanden verbleef ik op zee, op een boot met nog 30 anderen, en mijn gedrag werd altijd extremer, ik had geen grenzen meer.
Op 18-jarige leeftijd ontmoette ik een meisje met wie ik 15 jaar samen ben geweest. Ik heb een sterke liefde ervaren, die nog versterkt werd door mijn verslavingen die ik verborgen hield. Ik heb veel leugens verteld om m’n drugsgebruik te verstoppen maar dit werd snel ontdekt vanwege de veranderingen in mijn persoonlijkheid en mijn gemeen gedrag. Ik heb zelfs de liefde verraden toen mijn zoon werd geboren; in eerste instantie was het een beproeving door mijn gebrek aan identiteit en voorbeelden in mijn opvoeding; ik had geen referentiepunten. Op een zeker moment verlangde ik naar de dood om hier een eind aan te maken.
Toen het op een dag heel erg aan het regenen was, ben ik m’n vrouw gaan ophalen van het werk. Terwijl ik op haar wachtte voor een kerk besloot ik naar binnen te gaan en om hulp te vragen, want ik had ontwenningsverschijnselen. Op dat moment heb ik een kleine bevrijding gekend; dit begreep ik twaalf jaar later toen ik mijn weg in de Gemeenschap was begonnen. Het is op dat moment geweest dat mijn hart voor de eerste keer hulp heeft gevraagd aan God en dat Maria begonnen is met me te begeleiden.
Ik bedank God en Poupy, een priester die me opgevangen heeft en naar Jezus en het Cenacolo heeft gebracht. Vandaag gaat het weer goed tussen mij en mijn familie en ik ben erg dankbaar voor iedereen die me heeft opgevangen in de Gemeenschap en samen met mij geleden heeft.
Na gevallen en hervallen te zijn, zie ik nu de barmhartigheid van Jezus en mijn leven. Het stelt me in staat te begrijpen dat ik geduldig moet zijn en m’n verleden moet vergeven om het Licht te laten binnenkomen en de broederlijke liefde te kunnen beleven. De Gemeenschap leert me dat ook het lijden een waarde heeft en dat alles zijn eigen tijd heeft. Dit is wat me in staat stelt om in het heden te “ademen”: een rozenkrans, een tijd van luisteren, een blik op de natuur, een goed geklaarde klus of een oprecht gesprek… ik wil niet meer onverschillig in het leven staan.
Vandaag heeft het lijden een zin en leer ik om samen met mijn broeders in de vreugde te leven en te zijn. Vaak ontdek ik de schoonheid van vrij te zijn en mezelf te zijn. Ik hoef het gewicht van mijn tekortkomingen niet meer alleen te dragen, de Heer is er altijd om me te helpen.
Ik wil Moeder Elvira bedanken voor de vastberadenheid die ze heeft gehad met ons jongens - verwond in het verleden - door ons een weg in het geloof voor te stellen. Ik ben blij deel uit te maken van deze familie want hier ben ik mijn nieuwe leven aan het wederopbouwen, wat op een dag een mooie nalatenschap zal zijn voor mijn zoon, een levende hoop voor mijn en zijn toekomst. Frédéric