don Michel


Hallo allemaal, mijn naam is Michel en vandaag ben ik ook don Michel.

Ondertussen woon ik al enkele jaren in de Gemeenschap. Toen ik er naartoe ging was ik nog erg jong en vandaag ben ik werkelijk heel gelukkig als ik kijk naar de weg die ik afgelegd heb en naar al het mooie dat de Heer verwezenlijkt heeft in mijn leven. Hoewel ik nooit "in de fout ben gegaan", was ik een erg kwetsbaar, verlegen, angstig en gesloten persoon.

Ik ontmoette de Gemeenschap tijdens het Jongerenfestival in Medjugorje waar ik heen ging om na te denken, om aan Maria te vragen wat ik moest doen met mijn leven. Ik ging al twee jaar naar een charismatische gebedsgroep en in deze groep had ik al veel hulp gekregen, zowel van de mensen die me er verwelkomd hadden als door het gebed zelf waarin ik gestimuleerd werd door de andere jongeren van de groep.

Ik ontving twee "vruchten" tijdens het festival: de eerste was dat ik huiswaarts keerde met de overtuiging dat zonder God mijn leven betekenisloos zou zijn; dat ik zonder het dagelijks gebed altijd verdrietig en teleurgesteld zou zijn in het leven; de tweede was de ontmoeting met de Gemeenschap die me buitengewoon gefascineerd had. De getuigenissen van de jongens die ik gehoord had, bleven nagalmen in mij en ik dacht: "Maar kijk dan toch, deze jongens gaan dezelfde weg van geloof als jij". Van de duisternis naar het Licht, was de slogan die ook ik hoorde, in die zin dat het geloof het enige was dat mij vreugde, hoop en vertrouwen kon geven in een wereld die me compleet ontevreden en verdrietig maakte.
 
don Michel1Tenslotte voelde ik dat ik een plek had gevonden waar de geloofservaringen die ik had meegemaakt in mijn gebedsgroep gedeeld konden worden met anderen, zonder de noodzaak me te moeten verbergen. Hierdoor ontstond in mij heel sterk de wens om een periode in de Gemeenschap te gaan leven, "ervaring op te doen", want het zou zeker een completere ervaring zijn dan de slechts wekelijkse bijeenkomsten die ik had met mijn gebedsgroep. In die tijd was ik bijna klaar met het laatste jaar van mijn studies en zo rijpte het idee verder in mij om naar de Gemeenschap te gaan. Tegelijkertijd was ik nog altijd op zoek naar mijn roeping: aan de ene kant trok het idee me aan om een gelovige vrouw te ontmoeten en een christelijk gezin te stichten, maar aan de andere kant voelde ik het bestaan van iets dat ik zelfs niet eens goed kon uitleggen, maar dat de zoektocht was van een leven buiten de leugens en het bedrog van de wereld, van haar systemen ver van God verwijderd en op basis van vele valse, egoïstisch en oneerlijke waarden. Dat is waarom, toen ik de Gemeenschap ontmoette, het net was alsof ik eindelijk het "milieu" had gevonden die ik diep in mezelf zocht. Toegegeven, die dorst naar het goede, dat verlangen naar het echte, zuivere, transparante leven, dat voelde ik in de momenten waarin ook ik meer in contact was met het gebed; met andere woorden, ook ik werd bekoord door de talrijke materialistische verleidingen van deze wereld.

preti.hondeghemMijn "start" in de Gemeenschap heeft, zoals voor ieder van ons, een grote impact gehad op me. Het leven in de Gemeenschap legt al onze armoede bloot en dus moest ook ik een groot aantal tekorten en kwetsuren die ik in me droeg, bestrijden. Veel woede in mijn hart, maar ook verdriet en eenzaamheid die zich vele malen vertaalde door mijn trots en egoïsme in het bijzijn van anderen. Dus moest ik leren om me niet te rechtvaardigen, om in stilte te blijven als ik geprovoceerd of vernederd werd; op de een of andere manier weten te lijden en de problemen in te slikken zonder onmiddellijk te protesteren, te klagen of me boos te maken. Ik moet bekennen dat deze weg in werkelijkheid nooit eindigt maar een permanente vorming is… en in de Gemeenschap ontdek je ook dat dit er eentje is met ups en downs, want alles hangt af van de kwaliteit van je gebed.

Hoe mooi om uiteindelijk te zien hoe de Gemeenschap je juist op die manier helpt om je grenzen te overbruggen, om voorbij je angsten en datgene dat je verlamt te gaan, om voorbij je luiheid of gebrek aan wilskracht te geraken. In de Gemeenschap ontdek je de waarde van de dienstbaarheid, van je in te zetten voor de anderen, maar zie je ook de vruchten, omdat je gelukkiger, blijer en opener wordt.

En zo werd het, via deze weg, voor mij na een paar maanden al duidelijk dat ik geroepen was tot het gewijde leven, dat voor mij een leven in de Gemeenschap was. Toen ik dit gedeeld had met Moeder Elvira, heeft zij me onmiddellijk welkom geheten en bevestigd in mijn weg naar het priesterschap. Ik zal me altijd de eerste woorden herinneren die ik hoorde uit de mond van onze Moeder Elvira toen zij de jongeren toesprak. Ze legde hen uit dat het niet voldoende was om geen drugs meer te gebruiken, dat het niet genoeg was om, tussen aanhalingstekens, "geen kwaad meer te doen", maar dat het nodig was om het goede te doen. Deze woorden kwamen bij me binnen alsof ze tot mij persoonlijk gericht waren. Het is niet genoeg om niet te roken, niet te drinken, om niet uit te gaan naar discotheken of om ons in te beelden dat we iemand zijn die "correct" is in Gods ogen. Dat is niet genoeg! We moeten goed doen. En dat is wat ik me elke dag "moet herinneren".

donmicheledonjacquesAan wie God veel heeft gegeven, zal veel worden gevraagd. Er is altijd nog iets meer dat we kunnen doen. Het is niet genoeg om te denken dat wij zulke "goede christenen" zijn. Het is echt nodig onszelf elke dag die vraag te stellen en binnen in onszelf te kijken om te ontdekken wie we zijn, alvorens te geloven dat "we er al zijn"; maar het is mooi, want als we dit gewetensonderzoek in alle eerlijkheid doen, is het de toegangspoort tot de omhelzing van Gods barmhartigheid. Dit is de echte ontmoeting die we mogen beleven: elke dag beseffen dat ik tekort schiet, maar dat Jezus van me houdt! Ja, Jezus houdt echt van me en daardoor kan ik met opgegeven hoofd doorgaan.

Weten dat ik bemind ben door God, dat is het allerbelangrijkste om voor te leven, dat maakt je werkelijk gelukkig in het leven en zo, dankzij God, kan ik vandaag zeggen dat ik een man ben die gelukkig is dat hij leeft!
Dank u.
Don Michel